Hij is begraven in Wormer, Wormerland in de NH kerk, zijn grafschrift luidt: "Hier leit begraven denEerweerdygen ende Godtsalygen man Eustathius Manglerius getrouwendienaar des goddelycken woorts tot Wormer, sterf den 2 December 1613"
Hij is getrouwd met Willemijntje Francois Behagels.
Zij zijn getrouwd.
Kinderen:
1. Eustachius Manglerius
2. Janneken Eustatius Manglerius +12-9-1678
3. Grietje Eustatius Manglerius
4. Susanna Eustatius Manglerius *1607
5. Johannes Eustatiusz Manglerius +1666
6. Angenietje Eustatius Manglerius *1608 - 28-12-1672
Kind(eren):
Ook: STACIE MANGLERS, Manglierius
Om godsdienstredenen uit Vlaanderen gevlucht, vanaf 1604 predikant te Oost Vlieland, vanaf 1608 tot aan zijn dood te Wormer.
Beroepen:
predikant te Wittewierum (159.).
predikant te Oost-Vlieland (1604).
predikant te Wormer (1608).
Eustachius Mangleris, als kandt ber. te Loppersum 1595/96, Wittewierum paschen 1603/mei 1604, enz. (Collectie Regt, niet gepubliceerde naamlijsten van predikanten); Ber. te Witte-Wierum onder de Classis van Loppersum in Groningerland 159.., t' Oost Vlieland 1604, Wormer 1608, overl. 1614 (Bron: Vernieuwt kerkelijk alfabet van de namen aller leeraren).
Studeerde theologie in Heidelberg 1599. Geref. pred. Wittewierum 1603, Oostvlieland 1604, Wormer 1608-1613. Zijn echtgenote heette Willemina (t 1639).
Geboortig uit r.-k. ouders studeerde M. theologie
aan de universiteit van Leuven. Hier kwam hij tot
reformatorische inzichten, waarna hij naar Frankenthal vluchtte. Op kosten van de Ned. gemeente aldaar zette hij zijn theol. studie aan de universiteit
van Heidelberg voort.
Tot M.' vrienden behoorden C. Heydanus, G. van Breen, F. de Vry, A. Rotarius en wellicht J. Panneel.
De betekenis van M. ligt op vertaalgebied. Hij heeft een niet onbelangrijke bijdrage geleverd aan de bevordering van het geref. piëtisme in de Nederlanden, met name door de geschriften van O. Casmannus te introduceren. Dit deed hij op instigatie van F. de Vry en in mindere mate van diens zwager J. Bogaert. Waarschijnlijk heeft M. op zijn beurt G. van Breen aangezet tot diens eerste vertaling, een werk van W. Perkins.
Geschr . : M. vertaalde: O. Casmannus, Den oprechten christen met name ende daet, in leven ende sterven vol versuchtinghen, Amst. 1608; 2e dr.. Amst. 1660. - W. Perkins, Problema, Amst. 1609. - O. Casmannus, Pulvinar: ofte de rijekdom der
christelycke gherustheyt, Amst. 1611. - O. Casmannus, Cnorismata
dat is de kenteeckenen van de verkiesinghe ende salicheyt der kinderen Godes, Amst. 1613; 2e dr., Middelb. 1657. - W. Perkins.
Een seer uytnemende tractaet ende verhandelinghe der h. sacramenten des nieuwen-verbondts ofte testaments, Amst. 1613. In: W. Perkins, Verscheyden Üieologische wereken, Amst. 1614; herdrukt in: W. Perkins, Opera theologica, Amst. 1615.
L i t . : N, XIV, 332b. - Reitsma, Van Veen, Acta, I, 350. - W.J. op't Hof, De Nederlandse vertalers van W. Perkins'geschriften vóór 1650. In: DNR, VIII (1984), 57-60. - Dez.. Engelse piëtistische geschriften, reg. in v.
W.J. OPT HOF
Eustatius Manglerius | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Willemijntje Francois Behagels |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.