Lodewijk II van Italië (?, 825 Ghedi, 12 augustus 875) was keizer van het Roomse Rijk (toen nog niet '"Heilig" genoemd) en koning van Noord-Italië.
Lodewijk was de oudste zoon van keizer Lotharius I en werd in 839 door hem aangewezen als toekomstige koning van Italië. Hij was verloofd met een dochter van keizer Theophilos van Byzantium maar verbrak de verloving in 842, na de dood van Theophilos. Op 15 juni 844 werd hij gekroond tot koning van Italië en trok daarna met een leger naar Rome om de stad te beschermen tegen de Saracenen die de stad kort daarvoor hadden geplunderd. In 847 leidde hij een vergeefse expeditie om Saraceense kapers te verdrijven uit hun bases in Zuid-Italië. Hij werd als medekeizer gekroond door paus Leo IV in 850. In 851 trok hij opnieuw naar het zuiden op verzoek van de kloosters van Monte Cassino en San Vincenzo, die door de Saracenen waren aangevallen. Hij greep ook in in de interne strijd in het hertogdom Benevento. Door het hertogdom te verdelen tussen de twee strijdende fracties wist Lodewijk een vrede te bemiddelen. Toen beide partijen hun Saraceense huurlingen niet meer nodig hadden, verraadden ze die aan Lodewijk - die ze liet ombrengen. Datzelfde jaar hield hij een landdag in Pavia.
Na het overlijden van zijn vader werd Lodewijk gekroond tot keizer. Hij was echter ontevreden over de verdeling van de erfenis omdat hij buiten het koninkrijk Italië geen aanvullende gebieden kreeg.
In het noorden werd de politiek van Lodewijk bepaald door zijn broers die geen wettige erfgenamen hadden, en waar Lodewijk dus moest proberen om hun erfenis te verwerven. In 857 sloot hij een bondgenootschap met Lodewijk de Duitser, tegen zijn broer Lotharius II (die Lotharingen en delen van Bourgondië en Zwitserland had gekregen) en Karel de Kale. Maar een jaar later verzoende hij zich met Lotharius en steunde zijn pogingen om van zijn onvruchtbare echtgenote te scheiden. Als dank werd Lodewijk goed bedeeld toen hij in 863 met Lotharius het koninkrijk van hun broer Karel van Provence verdeelde: Lodewijk kreeg al het gebied tot aan de Rhône, behalve Lyon en Vienne. Het volgende jaar steunde hij nogmaals de positie van zijn broer in de scheidingskwestie en trok zelfs met een leger naar Rome om de paus onder druk te zetten. Doordat Lodewijk ziek werd, was hij echter genoodzaakt om van militaire actie af te zien en sloot een compromis met de paus. Ondanks de inspanningen van Lodewijk lukte het Lotharius niet om te scheiden en vervolgens zijn buitenechtelijke kinderen te echten. Toen Lotharius in 869 zonder wettige erfgenamen stierf was Lodewijk gebonden door de belegering van Bari. Zijn ooms Karel en Lodewijk konden daardoor bij het verdrag van Meerssen het koninkrijk van Lotharius verdelen - protesten van Lodewijk en de paus konden daar niets meer aan veranderen. In zijn laatste jaren zocht Lodewijk toenadering tot Lodewijk de Duitser en benoemde diens zoon Karloman van Beieren tot opvolger, omdat hij zelf alleen dochters had.
In het zuiden was er regelmatig oorlog met de Saracenen die heersten over het Emiraat Bari en waren er wisselende verstandhoudingen met het Byzantijnse Rijk en de lokale adel. In 866 versloeg Lodewijk de Saracenen maar kon hun hoofdstad Bari niet innemen omdat hij geen vloot had, en de stad dus niet vanaf zee kon insluiten. Daarom sloot hij in 869 een bondgenootschap met Basileios I, wat werd bezegeld door de verloving van zijn dochter Ermengardis met Konstantinos, zoon van Basileios. Basileios stuurde een vloot die echter pas in Bari aankwam toen het leger van Lodewijk zich in het winterkwartier had teruggetrokken. Toen Lodewijk en de Byzantijnse admiraal ruzie kregen, omdat de admiraal Lodewijk als "rex" (koning) aansprak, vertrok de vloot weer. In 871 lukte het wel om Bari in te nemen met hulp van een Byzantijnse vloot. Ook nu is er een ruzie omdat de Byzantijnse admiraal Lodewijk aanspreekt als "keizer van de Franken" terwijl Lodewijk zichzelf "keizer van de Romeinen" noemt, wat de Byzantijnen niet kunnen accepteren. De verloving van de kinderen van de keizers werd verbroken. Toen de Saraceense macht in Zuid-Italië leek te zijn gebroken, had Lodewijk de mogelijkheid om ook daar zijn gezag te vestigen. Voor de lokale adel had dat geleid tot een forse inperking van hun autonomie. Daarom overviel hertog Adelchis van Benevento Lodewijk in zijn palts in Benevento, beroofde hem van zijn schatten en zette hem gevangen. Hierdoor ontstond het gerucht dat Lodewijk was gedood en prompt boden een aantal Italiaanse edelen de kroon aan aan Karel de Kale. Die accepteerde het aanbod en trok daadwerkelijk naar Italië maar keerde terug toen hij hoorde dat Lodewijk nog in leven was. Toen een Saraceens leger landde in Italië werd Lodewijk vrijgelaten, nadat hij een eed had gezworen om zich niet te wreken. Lodewijk trok naar Rome en werd daar in 872 door de paus van zijn eed ontslagen, en opnieuw tot keizer gekroond om zijn soevereiniteit te onderstrepen. Lodewijk trok met een leger naar het zuiden en versloeg de Saracenen bij Capua maar was niet in staat om Adelchis te verslaan.
Lodewijks vrouw Engelberga had grote invloed op zijn bewind. Bovendien kregen zij en haar familieleden grote schenkingen van Lodewijk. Dit leidde tot veel weerstand bij de Italiaanse adel. Haar arrogante gedrag zou ook de directe aanleiding zijn geweest voor het hierboven beschreven incident in Benevento in 871.
Lodewijk is begraven in de basiliek van Sant'Ambrogio in Milaan.
Louis II, sometimes called the Younger[1] (825 Ghedi 12 August 875), was the King of Italy and Roman Emperor from 844, co-ruling with his father Lothair I until 855, after which he ruled alone. Louis's usual title was imperator augustus ("august emperor"), but he used imperator Romanorum after his conquest of Bari in 871, which led to poor relations with Byzantium. He was called imperator Italiae ("emperor of Italy") in West Francia while the Byzantines called him Basileus Phrangias ("Emperor of the Franks"). The chronicler Andreas Bergomatis, who is the most important source for Louis's activities in southern Italy, notes that "after his death a great tribulation came to Italy."[2]
He was the eldest son of the Emperor Lothair I and Ermengarde of Tours. He was designated King of Italy in 839 and took up his residence in that country and was crowned king at Rome by Pope Sergius II on 15 June 844. He at once claimed the rights of an emperor in the city, which claim was decisively rejected; but in 850 he was crowned joint emperor at Rome by Pope Leo IV, and soon afterwards, in 851, married Engelberga and undertook the independent government of Italy. He marched into the south of Italy in the year of his imperial coronation and compelled the rival dukes of Benevento, Radelchis I and Siconulf, to make peace. His mediation split the Lombard duchy and gave Radelchis his share with Benevento as his capital and gave Salerno as a principality independent to Siconulf. Radelchis, now pacified, had no need of his Saracen mercenaries and happily betrayed them to the emperor. Louis fell on them and they were massacred. He then quashed some accusations against Pope Leo and held a Diet at Pavia. He confirmed the usurping regent Peter as prince of Salerno in December 853, displacing the dynasty he had installed there three years earlier. On the death of his father in September 855, he became sole emperor.
The division of Lothair's dominions, by which he obtained no territory outside Italy, aroused his discontent, and in 857 he allied himself with Louis the German against his own brother Lothair, King of Lotharingia, and King Charles the Bald. But after Louis had secured the election of Pope Nicholas I in 858, he became reconciled with his brother, and received some lands south of the Jura mountains in return for assistance given to Lothair in his efforts to obtain a divorce from his wife, Teutberga.
In 863, on the death of his brother Charles, Louis received the kingdom of Provence, and in 864 came into collision with Pope Nicholas I over his brother's divorce. The archbishops, who had been deposed by Nicholas for proclaiming this marriage invalid, obtained the support of the emperor, who reached Rome with an army in February 864; but, having been seized with fever, he made peace with the pope and left the city.
In his efforts to restore order in Italy, Louis met with considerable success both against Italy's turbulent princes and against the Saracens who were ravaging southern Italy. In 866 he routed these invaders, but could not follow up his successes owing to the lack of a fleet. So in 869 he made alliance with the eastern emperor, Basil I, who sent him ships to assist in the capture of Bari, capital of a local Islamic emirate, which succumbed in 871.[3]
Louis' gravestone in Milan.
Meanwhile his brother Lothair had died in 869, and owing to his detention in southern Italy, Louis failed to prevent the partition of Lotharingia between Louis the German and Charles the Bald. Some jealousy between Louis and Basil followed the victory at Bari, and in reply to an insult from the eastern emperor Louis attempted to justify his right to the title "emperor of the Romans."
He had withdrawn into Benevento to prepare for a further campaign when he was treacherously attacked in his palace, robbed and imprisoned by Adelchis, prince of Benevento, in August 871. The landing of fresh bands of Saracens compelled Adelchis to release his prisoner a month later, and Louis was forced to swear he would take no revenge for this injury, nor ever enter Benevento with an army. Returning to Rome, he was released from his oath, and was crowned a second time as emperor by Pope Adrian II on May 18, 872.
Then Louis won further successes against the Saracens, who were driven from Capua, but the emperor's attempts to punish Adeichis were not very successful. Returning to northern Italy, he died, near Ghedi, in what is now the province of Brescia, on August 12, 875, and was buried in the church of Basilica of Sant'Ambrogio at Milan, having named as his successor in Italy his cousin Carloman, son of Louis the German.
Hij is getrouwd met Engelberga van Parma.
Zij zijn getrouwd.
Kind(eren):
grootouders
ouders
broers/zussen
kinderen
Lodewijk II van Italië | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Engelberga van Parma | |||||||||||||||||||||||||||||||||||