Op 11-1-1625 compareerde Crijn Adrijaensz. Huijsaert te zijnen huize op Slikkerveer met zijn kinderen en zwager [=schoonzoon] Heijdrijck Sijmonsz., met Cornelis Adrijaensz., zijn broeder, en Dirck Ploennen Verschoor. Zij verklaarden op behagen van de schout en gerechten van Ridderkerk, aangaande de goederen die de kinderen zouden mogen hebben tot erfgenis van hun overleden moeder Leijtgen Ploennendr. Met de ooms kwamen zij tot een akkoord. Er was sprake van een zoon Adrijaen Crijnen, die voor zichzelf optrad, en nog 3 onmondige weeskinderen die vader Crijn zou opvoeden etc. Aan elk van deze 4 kinderen zou hij 1000 gld. uitreiken en als zij bruidegom zouden zijn nog aan elk kind 100 gulden voor bruidegomskleding. Voor dit alles zou Crijn in de boedel blijven zitten, bestaanden uit huis, hof, lant, ’sande’, roerende en onroerende [goederen], schulden en baten, etc.
Op 10-11-1658 wordt in Ridderkerk een verklaring afgelegd door:
- Arijen Quirijnen Huijser de oude, 62 jaar,
- Lenert Quirijnen Huijser, 55 jaar,
- Arijen Quijrijnen Huijser de jonge, 46 jaar en
- Pieter Quirijnen Huijser, 43 jaar.
Zij verklaren op verzoek van Pleun Quirijnen Huijser, dat zij op 22 april 1653 met hun stiefmoeder, Neeltgen Gerrits dr. samen met
- Gerrit Quirijnen Huijser,
- Leija Quirijnen Huijser en
- Quirijn Quirijnen Huijser, hun halfbroers en -zuster, in het sterfhuis te Slikkerveer van Quirijn Arijensz Huijser (hun vader) hebben vergaderd inzake de bereddering van de boedel. Zij hebben toen een overeenkomst gemaakt voor de verkoop van de woning en het land aan Henrick Pietersz van der Bos te Dordrecht.
Uit aanslagen voor haardstedegeld en 200ste penning blijkt dat Crijn behoorlijk welgesteld was.
Charlois, 21-4-1625: Crijn Adriaensz. Huijser, wonende tot Ridderkerk, heeft getransporteerd: 1. Aan Bastiaen Aertsz., wonende in Pendrecht, omtrent 16 hond land gelegen in Charlois in het Abtsblok. 2. Aan Ellert Jansz., onze inowner, omtrent 2 morgen land gelegen in Charlois in het Abrsblok.
Rotterdam, 23-9-1625: Cornelis Arijensz Keyser machtigt Cornelis Dircxz Bom, secretaris te Ridderkerck, om de eigendom over te dragen aan Crijn Arijensz Huyser, won. te Ridderkerck op Slickkerveer, van een stuk land gelegen in Nijeuw Ridderwaert en een stuk land van 12 morgen genaamd Nel Damen twaalf morgen. Het 1e stuk land is belend door ten oosten Pieter Henricxz en ten westen Cornelis Adriaensz Crompeyn. Het 2e stuk land strekkende van den Oudt Ridderwaertse Grasdijck tot aan de Cruyswech en Kievitswegh of tot Pieter Henricxz.
Krimpen a/d Lek, 30-3-1626: "Aelwijn Jacobsz, korenmolenaar, wonende te Charlois, verkoopt aan Krijn Ariens Huijser, wonende Slikkerveer, een molen te Krimpen a/d Lek met een huisje binnendijks en erf".
Crijn Ariensz Huijser tradt op als administrerend voogd van zijn zwager Pieter Gerritsz Cranendonck, die in 1630 naar Oost-Indië was vertrokken. In 1639 raakte Krijn echter in conflict met zijn schoonfamilie over de erfenis van zijn overleden zwager Willem Gerritz Cranendonck.
In 1639 werd door Quirijn Arens Huijser, wonende in Ridderkerk, aangevoerd, dat hij landpoorter van Dordrecht was en dat om die reden door het gerecht van IJsselmonde geen beslag kon worden gelegd op zijn goederen.
Rotterdam, 19-6-1640: Crijn Ariensz Huyser, wonend te Ridderkerck, bekent 500 gld. schuldig te zijn aan Jan Coenraetsen van der Muyl, lakencooper. Arien Cornelisz Huyser, zijn neef, stelt zich borg.
Adres: Slikkerveer
Hij was Lidmaat te Ridderkerk.
Hij is getrouwd met Lijntge Pleunen Verschoor.
Toestemming voor het huwelijk is 3 april 1597 verkregen te Ridderkerk.
Zij zijn getrouwd op 20 april 1597 te Charlois, hij was toen 28 jaar oud.Kind(eren):
Alternatieve naam:
Cryn Adriaensz Huyser
Quirijn Ariens Huijser | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
1597 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Lijntge Pleunen Verschoor |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.