Hij is getrouwd met NN ? van Merheym van Merum?.
Zij zijn getrouwd rond 1195.
Kind(eren):
Dr. J. A. Coldeweij. De Heren van Kuyc 1096 - 1400. STICHTING ZUIDELIJK HISTORISCH CONTACT. TILBURG-1981 p. 228 en 229
V Albert van Kuyc, ridder.
Geboren circa 1160. Vermeld 1191-1233. Sterft 1233. Heer van Kuyc en Grave 1204-1233. Heer van Herpen, Merum en half Asten. (Stads)graaf van Utrecht tot 1220. Trouwt ± 1195: N. van Merheym (Merum), dochter van Rutger en van Aleydis (van Horne).
Uit dit huwelijk:
1. Hendrik III, volgt VI.
2. Rutger.
Geboren circa 1200. Vermeld 1226-1264. Sterft na 1267. Heer van Herpen 1233-1267. Trouwt ± 1230: (waarschijnlijk) (Maria) van Diest, dochter van Arnold IV en van Aleydis van Hengebach (Heimbach). Uit dit huwelijk: de heren van Herpen.
3. Godfried.
Vermeld 1238-1255. Is 1259 dood. Kanunnik te Xanten en te Utrecht.
4. Dirk.
Geboren circa 1205. Vermeld 1240-1253. Is 1260 dood. Burggraaf van Leiden 1243-1253/60. Trouwt ± 1235: Christina van Oegstgeest, burggravin van Leiden; vermeld 1251-1253; sterft 1271; dochter van Willem en van (Margaretha van Teylingen). Uit dit huwelijk: de burggraven van Leiden.
5. Willem.
Geboren circa 1205. Is 1240 dood. Posthuum vermeld 1282. Heer van Escharen en half Asten. Trouwt ± 1235: N.N. (vermeld 1282); vermoedelijk dochter van Arnold IV van Diest en van Aleydis van Hengebach (Heimbach). Uit dit huwelijk: de heren van Asten en Escharen.
6. Agnes.
Sterft na 1282. Trouwt: Hendrik heer van Reifferscheid; vermeld 1248-1282; zoon van Frederik en van N. van Zweibrücken.
7. Dochter.
Is dood 1240? Trouwt ± 1220: Gijsbrecht III van Amstel; vermeld 1230-1252; zoon van Gijsbrecht II en van N.N.
8. Everard.
Vermeld 1233-1261. Sterft 1261, 23 of 28 december. Magister. Kanunnik van St. Gereon te Keulen. Waarschijnlijk later deken van St. Pieter te Utrecht en proost van Tiel.
9. Margaretha.
Vermeld 1226. Trouwt voor 1226: Folpert II van der Leek; vermeld 1219-1243; zoon van Folpert en N.N.; weduwnaar van Othildis van Smithuysen.
10. Frederik.
Vermeld 1240-1248. Kanunnik te Xanten.
Bron: http://www.zwiebelfam.nl/gendata/roland/i98325.htm dd 20-03-2013
ridder,getuige bij een schenking van het allodium Herpen aan de Brabantse hertog 1191, heer van Cuyc en Grave 1204-1233, heer van Herpen, Merum en half Asten 1220-1233, stadsgraaf van Utrecht tot 12 mrt. 1220, verkocht zijn rechten voor 200 pond Utrechts, leenman van de bisschop van Utrecht voor het hoge en lage gerecht van Gasperde en Everdingen, overl. 1233, tr. omstr. 1195 (een 4e-graads huwelijk) Hadewig (Heiwig) van Merum (Merheym), geb. Limburg eind 1182 of later (dochter van Rutger van Merum, nam deel aan de Derde Kruistocht 1189-1192, en N.N. (Aleydis van Horne?)).
Verkoopt op 12 maart 1220 het Utrechtse graafschap en het ambt van Burggraaf (zonder de daarbij behorende goedenren) voor 200 pond aan bisschop Otto van der Lippe van Utrecht. De bisschop beleend daarna Boudewijn, graaf van Benthem met het Burggraafschap (het ambt). Het benificium van het Burggraafschap blijft bij Cuik. Het is niet bekend hoe het leen in het geslacht Uten Goye is gekomen.
Bron: http://www.genealogieonline.nl/kwartierstaat-de-paula-lopes/I3132.php dd 22-03-2013
Ridder, getuige bij een schenking van het allodium Herpen aan de Brabantse hertog 1191, heer van Cuyc en Grave 1204-1233, heer van Herpen, Merum en half Asten 1220-1233 (eerste heer van Asten waarvan schriftelijke gegevens bekend zijn. Dit betreft een document uit 1212 waarin hij het patronaatsrecht van Lierop en Asten doet toekomen aan de abdij van Floreffe, die ook de priorij van Postel heeft gesticht), stadsgraaf van Utrecht tot 12-3-1220, verkocht zijn rechten voor 200 pond Utrechts,leenman van de bisschop van Utrecht voor het hoge en lage gerecht van Gasperde en Everdingen.
Albert Albrecht van Kuyc | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
± 1195 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
NN ? van Merheym van Merum? |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.