Erft van schoonvader Anthonij van Benschop een huijsinghe en tapstede aan de Tolsteegpoort (1716, notaris C.de Munnik).
Laat na huijzinghe en hofstede met warmoesiersland (580 roeden) aan de Nieuweweertsendijk (akte 1736 voor notaris W.J. van Overmeer). Idem hofje van 40 roeden en een halve mergen warmoesiersland aan de Cingel tusschen Catharijnepoort en ’t Waterpoortje; 432 roeden warmoesiersland aan de Nieuwe Weertzendijk; derde part in huijzinge c.a. wz Marriestraat.
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.