Abraham Stevens Cremer (1686-1749). Zoon Abraham heeft net als Jan Berends van Calker getracht een bestaan als landbouwer op te bouwen. Slechts van 1720 tot 1722 is hij eigenaar geweest van een boerderij aan het Achterdiep, nabij Sappemeer. Mogelijk is hij eerst teruggekeerd naar Harssens, om zich vervolgens als apotheker te vestigen in Groningen. Dat er ook van zijn kant relaties waren met de Zwitsers, blijkt uit het feit dat hij de boerderij aan het Achterdiep heeft gekocht, doordat Johannes Abrahams Leutscher (1683-ca. 1737), een van de Zwitserse vluchtelingen van 1711, als gevolmachtigde voor hem optrad.
Abraham Stevens Cremer (1686-1749) was apotheker te Groningen.
Abraham Stevens Cremer |
"Doopsgezinde Bijdragen", nieuwe reeks 24, geredigeerd door S. Zijlstra
"Doopsgezinde Bijdragen", nieuwe reeks 24, geredigeerd door S. Zijlstra; "Huwelijk en vermogen: Een (rechts) historische case study naar de verzorging van de langstlevende echtgenoot in de stad Groningen onder doopsgezinden (1699-1809)" van M.R. Kremer