Hij is getrouwd met Annigje Alberts Kwast.
Zij zijn getrouwd op 2 juni 1911 te Vollenhove , hij was toen 24 jaar oud.
Kind(eren):
Aan het einde van de jaren vijftig komt er een einde aan de adel in Vollenhove. Havezate Oldruitenborgh is sinds 1947 al in handen van de gemeente en zal later het gemeentehuis worden. "Jonker Tony (Antonio Frederik Baron Sloet van Oldruitenborgh} staat op straat en heeft geen dak meer boven het hoofd. Weg luxeleventje op Oldruitenborgh. Hij besluit in te trekken bij de rijke kleermaker IJspeert, bij wie hij kost en inwoning heeft. De adel mag dan enig aanzien hebben, veel geld haddenze niet in die tijd. Maar de kleermaker stopt snel na de komst van de jonker met zijn zaak en opnieuw moet hij op zoek naar een plaats om te slapen. Geertje biedt de jonker onderdak aan." [Bron: internet : De stad Vollenhove door de eeuwen heen]
De periode IJspeert wat betreft het pand Kerkstraat 12 Vollenhove
Het gezin IJspeert, komende van (de huidige) Kerkstraat 7, waar zoon Albert werd geboren, trok in 1927 in het huis. IJspeert, bekend als 'Piet de kleermaker', was kleermaker en barbier van beroep. Vrouw Annigje Kwast overleed al in 1938. Zus Jans trok in om te helpen in de huishouding.
In de Tweede Wereldoorlog speelt Piet IJspeert een belangrijke rol in het verzet. Samen met Geert Stoker verspreidde hij, uit Kampen aangevoerde, illegale lectuur. Later werd deze thuis gestencild. IJspeert had, via ds. Tjadens, onderduikers in huis: Bob en Liesje Arons.
Tijdens de razzia van 17 november 1944 is IJspeert, met o.a. broer Jan, door de Duitsers meegevoerd via Steenwijk naar Heerenveen. Ondertussen probeerden de Duitsers, die het huis van buurman notaris J.J.J.van Kluyve geconfisqueerd hadden, het huisvan IJspeert in brand te steken door een aantal granaten bij de achterpui naar binnen te gooien. Een dreigende brand in de 'meidenkamer' (westelijke slaapkamer achter) wordt door oplettendheid van buurman Kwakman geblust. De onderduikers zijn dan algevlucht met achterlating van hun bezittingen. De Duitsers zouden hun schuilplaats niet ontdekt hebben, omdat Roel en Henk Buimer en Hein Rosema in opdracht van verzetsman Harmen Visser de sporen hadden gewist.
IJspeert komt rond de bevrijding vrij en krijgt, met Jans, onderdak in Oldruitenborgh. Zij bewonen de achterkeuken, de opkamer en de Koningskamer. Het onderduikerpaar, dat de oorlog had overleefd, voegt zich aldaar bij IJspeert.
Na de oorlog heeft IJspeert, als wederdienst, de ongetrouwde jonker Tonny Sloet van Oldruitenborgh in huis opgenomen, omdat de havezate Oldruitenborgh verkocht werd aan de Gemeente in 1947. Voor de oorlog had Tonny op kamers gewoond bij de familie Roebers op het Kerkplein waar nu het Vietnamees restaurant is. De gebrandschilderde ruitjes in de vestibuledeurtjes zijn later geschonken door de heer Roebers.
Later is jonker Tonny met zijn vroegere schoolvriendin en latere huishoudster van zijn vader, Geertje Jongman, in de vroegere tuinmanswoning van de Toutenburg, in het park Oldruitenborgh gaan wonen.
In 1978 verkoopt IJspeert het huis aan het journalistenechtpaar Linders / Lamers. In 1988 verkoopt het paar het huis aan de familie Calis. Zij hebben het dak onder monumentenzorg grondig laten restaureren. Sinds maart 1997 is het pand eigendom vanE.J. Tjalsma, de auteur van dit stuk. [Bron: Henk van Heerde Vollenhove]
Peter Jans IJspeert | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1911 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Annigje Alberts Kwast |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.