Genealogische data Golse Genen » Henricus Franciscus Moonen (1773-1845)

Persoonlijke gegevens Henricus Franciscus Moonen 

• Hij werd gedoopt op 21 augustus 1773 in Blaarthem (Eindhoven).

  Notitie bij Henricus Franciscus: Werd te Gestel op 21 augustus 1773. Ten doop gehouden door Arnoldus Hoeben en Joanna Aerts. Hij trouwde op 2 mei 1802 te Gestel met Adriana Christina de Beer, dochter van Gerardus de Beer en van Catharina Swagemakers.
  Het huwelijk vond plaats kort nadat Hendrik f2175 had geleend; het moet dus een feestelijke trouwpartij zijn geweest en ongetwijfeld heeft het jonge paar zich nog wat aangeschaft.
  In ieder geval vond de grootste koop plaats op 10 juni 1802, dus een maand na de huwelijksdag. Hendrik Moonen kocht toen van Jan de Groot voor f 3440 het Pannenhuijs, een extra schoon en wel ter neering staande logement van ouds genaamd het Pannenhuijs voorsien van verscheide kamers, kelders, kelderkamers, stookkeukens met fornuijsen, schoone put, stallinge tot berging van vee, en twee tuinen in hunne bueke heggen leggende agter gemelde stallinge, groot 2 lopense vijf en twintig roeden, gelegen te Gestel, van voor de Gemeene Straat, van agteren de Laagstraat, aan de Eene zijde de heer H.v.Rijsingen, aan de andere zijd de Laagstraat en Piet van Kuijten.
  Dit logement stond op de hoek van de huidige Catharinastraat en het begin van de Hoogstraat in Eindhoven.
  Het is wel duidelijk, dat Hendrik Moonen daarvoor het vele geld had geleend. Overigens voor een goede koop, want meer dan een eeuw later stond het Pannenhuijs er nog en het is een drukbewoond en drukbezocht logement geweest. Ook werd er veel verhandeld; zo werden er diverse malen varkens of paarden verkocht.
  Op 24 maart 1797 besluit de gecombineerde Dingbank van Gestel, Strijp en Stratum voortaan te vergaderen in het Pannehuijs te Gestel, sijnde het centrum voor de vergaderingh ter raadcamer.
  Als Hendrik de herbergier wordt, heeft hij er dus evenals zijn vader de Dingbank bij, een belangrijke klant.
  Dat er vfeel te doen was zien we ook in 1814. Dan verteren bij Hendrik Moonen de Cosakken.
  Ook Hendrik Moonen was lid van het st. Catharinagilde te Gestel. Hij werd er in 1790 gildebroeder en bleef dit tot 25 november 1843. Hij betaalt dan f 1,50 zoals dat in het gilde gebruikelijk was, waarbij werd opgeschreven: uijtgegaan en voldaan.
  Hoewel Hendrik in het gilde geen bestuursfuncties heeft gehad, speelde hij er toch een belangrijke rol; niet alleen zal hij gildehuisheer zijn geweest, maar ook werd hij in 1805 koning, iets dat zijn vader en grootvader nog niet hadden bereikt. Hij liet ’zijn’ gilde een fraai zilveren schild na met het opschrift: HENDRICKUS MOONEN, KONING VAN ST. CATERINA GILD TOT GESTEL ANNO 1805.
  In 1807/1808 is Hendrik borgemeester te Gestel en in 1809 wordt hij benoemd tot lid van het Gestelse gemeentebestuur. In die functie zet hij zijn handtekening onder een rekening van de gemeente van Gestel betreffende werkzaamheden en leveranties op den geboortedag van den nûve Koning van Roeme.
  Op 31 augustus 1814 wordt ten woonhuize van Hendricus Moonen, voerman en herbergier, verkocht een Hoeve of Erve, genaamd het Severeijn, gelegen te Zeelst, te zamen met een aantal percelen grond. De verkoop geschiedt namens de zwagers en gildebroeders Hendricus van der Waerden en Hendricus Moonen. Hendricus van der Waerden was getrouw met Digna de Beer, een zus van Adriana Christiana, welke laatstein de wandeling Christina werd genoemd.
  De bovengenoemde Hoeve was in hetzelfde jaar door de beide zister geërfd. Op genoemde datum werd f 3300 voor de hoeve geboden; op 14 september daaropvolgend vonden de beide zwagers dat bedrag na hunneberekeninge niet genoeg, zodat zij besluiten de verkooping op te houden.
  Een jaar later, op 6 september 1815, worden de bezittingen van wijlen Reijnier Moonen en Joanna van Stratum door de kinderen Moonen verkocht.
  Dit zijn dan: Henricus Moonen, logementhouder te Gestel, Jan Moonen, linnenfabrikant te Gestel, Johanna Moonen, gehuwd met Johannes Franciscus de Wit, notaris, wonende te Veldhoven, Elisabeth Moonen, gehuwd met Johannes Cornelis Elen, medicinae doctor, wonende te Gorinchem en Mechtildis Moonen, weduwe van Norbertus Bakers, koopvrouw te Eindhoven.
  De kinderen veropen: een huijs, schuur, stallingen, bakhuijs, hoven en daar bij hoorende groes en teullanden, gelegen te Gestel aan de Hoog of Regte straat, groot een lopense, dertig roeden, en een Perceel groes, genaamd het stuk van den overhof, gelegen ter zijde van gemelde Huijzinge oostwaarts, groot sestien roeden, belend aan erve met d’eene zijde Peter en Jacobus Vechel, d’andere zijde Godefridus Hurkx, d’een einde de goederen in deze, en van voren de Hoogstraat.
  Verder worden nog verkocht diverse stukken grond te Gestel en Stratum.
  Op het hele bezit wordt f 4655 geboden. Dit vinden de kinderen Moonen te weinig en daarom worden de goederen separaat verkocht.
  Het is niet weinig, wat de kinderen Moonen erven. De separate verkoop betreft het volgende onroerend goed: het huis, den overhof, een perceel teulland den Donk, een perceel groes de beemd achter LucasJansen in de Leegstraat, een perceel groes het klein Mortelke, een perceel land de Sterrebeemd van Jan Wouters, een perceel groes en teulland aan de Bleik, twee beemden aan de Gender, een akker aan de Schenkenschans, een perveel groes het veld van Raassens Bleik in de Sandstraat, de twee beemden achter de Mortel, alle gelegen te Gestel. Dan nog grond te Stratum. Dit alles wordt verkocht op 20 september 1815. Drie maanden later verkopen ze de rest van de grond (nog eens zeven percelen).
  Tellen we de verkopen op, dan blijkt, dat de kinderen Moonen in totaal f 4870 hebben ontvangen;. alle extra moeite heeft hun ruim tweehonderd gulden meer opgeleverd!
  In diezelfde maand , op 18 december 1815, worden ook de meubilaire goederen van wijlen Reijnier Moonen en Joanna van Stratum verkochr. Overigens ontbreken de persoonlijke beziitingen, die zullen door moeder Johanna wel van te voren verdeeld zijn.
  De kinderen Moonen kopen zelf ook nog iets uit de boedel; zo schafte b.v. Hendrik twee koeien, een theeservies en een pop aan; Jan ’n Coffijcan, ’n spoelcom, twee tafels, borden, een hoogkar en een aardkar; Mechtildis (de wed. Bakers) een schilderij; Elisabeth (via haar man) diverse borden etc.
  In 1820 behoorde Hendrik Moonen tot de twintig Notabelste Ingezetenen van Gestel en Blaarthem; hij wordt dan in de gronbelasting aangeslagen voor f 14,25 en stond daarmee in de lijst van grondbezitters op de 10e plaats.
  Op 5 september 1825 wordt aan Hendrik Moonen te Gestel toestemming verleend tot het rijden van vrachtkarren tussen Eindhoven en Den Bosch v.v. Dit wordt bekrachtigd bij Koninklijk Besluit dd 13 september 1825.
  Dat hij al wat langer voerman was blijkt uit een notitie uit 1814; in dat jaar brengt hij in opdracht van de gemeente Gestel een aantal Franse deserteurs naar Veldhoven.
  In 1836 wordt door Maria Roos, Gerardus van Rijsingen, Ambrosius van Rijsingen en Wilhelmina van Rijsingen toestemming gegeven tot ophef en vernietiging van twee inschrijvingen ten kantore van de hypotheken te Eindhoven tegen Hendrikus Moonen, wijlen Renier Moonen en wijlen Nicolaas van Mierlo.
  Het betreft hier o.a. de hypotheek van f 675, die Hendrik in 1802 opnam van Hendrina van Duijnhooven, wed. van Gerrit van Rijsingen, namens haar kinderen Jan, Ambrosius, Gerardus en Wilhelmina. Uit deinhoud van de akte blijkt dat de schuld was afgelost. Kennelijk wilden de kinderen van Rijsingen de zaak goed afwerken.
  Op 7 mei 1841 tekent Hendrik Moonen mede namens zijn vrouw een schuldbekentenis van f1000; het onderpand vormde zijn huis, erf en bouwland, te zamen groot 3 bunder 40 roeden te Gestel.
  Zo blijft Hendrik in de geldzaken;. mogelijk heeft hem zijn grote gezin erg veel gekost. Hij had elf kinderen van wie er in 1841 nog negen in leven waren.
  Het gezin van Hendrik Moonen en Adriana de Berr te Gestel had 11 kinderen.
  Hendrik Moonen woonde tot op het eind van zijn leven in het Pannenhuijs. Hij overleed te Gestel op 20 september 1845. Zijn vrouw Christina, die te Gestel geboren was op 1 juli 1870, overleed op 4 augustus 1856, eveneens te Gestel.
  Dopeling Henricus Fransciscus Moonen
  
  Bruidegom Henricus Moonen ,
  Bruid Adriana Christiana de Beer ,
  
  Plaats Blaarthem
  Datum trouwen 02-05-1802
  
  Vader Raynerus Moonen
  Moeder Catharina Houben
  Getuige Arnoldus Houben
  Joanna Aerts
  
  Plaats Blaarthem
  Datum doop 21-08-1773
  
  DTB Blaarthem inv.nr. 5.4 , folio 20v
  ==========================================
  
  DTB Blaarthem inv.nr. 5.2 , folio 58v
  
  Notitie bij de geboorte van Arnoldus: Kind Arnoldus Moonen
  Geslacht m
  Datum doop 31-08-1778
  Plaats doop Blaarthem
  Vader Raynerus Moonen
  Moeder Joanna van Stratom
  Getuige Arnoldus van Stratom
  Getuige Joanna Hoeben
  Deel Rooms-Katholiek doopboek 1765-1800
  Plaats Blaarthem
  Toegangsnr. 8015
  Inv.nr. 4
  Folio/pagina 33v

• Hij is overleden op 20 september 1845 in Eindhoven.
• Een kind van Reijnier Moonen en Catharina Elisabetha Hoeben
• Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 11 oktober 2018.

Gezin van Henricus Franciscus Moonen

Hij is getrouwd met Adriana Christiana de Beer.

Zij zijn getrouwd

Kind(eren):

1. Catharina Anna Moonen  1803-1857
2. Gerardus Arnoldus Moonen  1804-1892 
3. Reijnerus Moonen  1806-1886
4. Theodorus Josephus Moonen  1809-1846
5. Johanna Maria Moonen  1811-????
6. Arnoldus Cornelis Moonen  1812-1851
7. Maria Elisabeth Moonen  1815-1886
8. Johannes Antonius Moonen  1815-1889
9. Henricus Franciscus Moonen  1818-1821
10. Dimphena Theresia Moonen  1819-1820
11. Henricus Franciscus Moonen  1822-1889

Notities over Henricus Franciscus Moonen

Werd te Gestel op 21 augustus 1773. Ten doop gehouden door Arnoldus Hoeben en Joanna Aerts. Hij trouwde op 2 mei 1802 te Gestel met Adriana Christina de Beer, dochter van Gerardus de Beer en van Catharina Swagemakers.
Het huwelijk vond plaats kort nadat Hendrik f2175 had geleend; het moet dus een feestelijke trouwpartij zijn geweest en ongetwijfeld heeft het jonge paar zich nog wat aangeschaft.
In ieder geval vond de grootste koop plaats op 10 juni 1802, dus een maand na de huwelijksdag. Hendrik Moonen kocht toen van Jan de Groot voor f 3440 het Pannenhuijs, een extra schoon en wel ter neering staande logement van ouds genaamd het Pannenhuijs voorsien van verscheide kamers, kelders, kelderkamers, stookkeukens met fornuijsen, schoone put, stallinge tot berging van vee, en twee tuinen in hunne bueke heggen leggende agter gemelde stallinge, groot 2 lopense vijf en twintig roeden, gelegen te Gestel, van voor de Gemeene Straat, van agteren de Laagstraat, aan de Eene zijde de heer H.v.Rijsingen, aan de andere zijd de Laagstraat en Piet van Kuijten.
Dit logement stond op de hoek van de huidige Catharinastraat en het begin van de Hoogstraat in Eindhoven.
Het is wel duidelijk, dat Hendrik Moonen daarvoor het vele geld had geleend. Overigens voor een goede koop, want meer dan een eeuw later stond het Pannenhuijs er nog en het is een drukbewoond en drukbezocht logement geweest. Ook werd er veel verhandeld; zo werden er diverse malen varkens of paarden verkocht.
Op 24 maart 1797 besluit de gecombineerde Dingbank van Gestel, Strijp en Stratum voortaan te vergaderen in het Pannehuijs te Gestel, sijnde het centrum voor de vergaderingh ter raadcamer.
Als Hendrik de herbergier wordt, heeft hij er dus evenals zijn vader de Dingbank bij, een belangrijke klant.
Dat er vfeel te doen was zien we ook in 1814. Dan verteren bij Hendrik Moonen de Cosakken.
Ook Hendrik Moonen was lid van het st. Catharinagilde te Gestel. Hij werd er in 1790 gildebroeder en bleef dit tot 25 november 1843. Hij betaalt dan f 1,50 zoals dat in het gilde gebruikelijk was, waarbij werd opgeschreven: uijtgegaan en voldaan.
Hoewel Hendrik in het gilde geen bestuursfuncties heeft gehad, speelde hij er toch een belangrijke rol; niet alleen zal hij gildehuisheer zijn geweest, maar ook werd hij in 1805 koning, iets dat zijn vader en grootvader nog niet hadden bereikt. Hij liet 'zijn' gilde een fraai zilveren schild na met het opschrift: HENDRICKUS MOONEN, KONING VAN ST. CATERINA GILD TOT GESTEL ANNO 1805.
In 1807/1808 is Hendrik borgemeester te Gestel en in 1809 wordt hij benoemd tot lid van het Gestelse gemeentebestuur. In die functie zet hij zijn handtekening onder een rekening van de gemeente van Gestel betreffende werkzaamheden en leveranties op den geboortedag van den nûve Koning van Roeme.
Op 31 augustus 1814 wordt ten woonhuize van Hendricus Moonen, voerman en herbergier, verkocht een Hoeve of Erve, genaamd het Severeijn, gelegen te Zeelst, te zamen met een aantal percelen grond. De verkoop geschiedt namens de zwagers en gildebroeders Hendricus van der Waerden en Hendricus Moonen. Hendricus van der Waerden was getrouw met Digna de Beer, een zus van Adriana Christiana, welke laatstein de wandeling Christina werd genoemd.
De bovengenoemde Hoeve was in hetzelfde jaar door de beide zister geërfd. Op genoemde datum werd f 3300 voor de hoeve geboden; op 14 september daaropvolgend vonden de beide zwagers dat bedrag na hunneberekeninge niet genoeg, zodat zij besluiten de verkooping op te houden.
Een jaar later, op 6 september 1815, worden de bezittingen van wijlen Reijnier Moonen en Joanna van Stratum door de kinderen Moonen verkocht.
Dit zijn dan: Henricus Moonen, logementhouder te Gestel, Jan Moonen, linnenfabrikant te Gestel, Johanna Moonen, gehuwd met Johannes Franciscus de Wit, notaris, wonende te Veldhoven, Elisabeth Moonen, gehuwd met Johannes Cornelis Elen, medicinae doctor, wonende te Gorinchem en Mechtildis Moonen, weduwe van Norbertus Bakers, koopvrouw te Eindhoven.
De kinderen veropen: een huijs, schuur, stallingen, bakhuijs, hoven en daar bij hoorende groes en teullanden, gelegen te Gestel aan de Hoog of Regte straat, groot een lopense, dertig roeden, en een Perceel groes, genaamd het stuk van den overhof, gelegen ter zijde van gemelde Huijzinge oostwaarts, groot sestien roeden, belend aan erve met d'eene zijde Peter en Jacobus Vechel, d'andere zijde Godefridus Hurkx, d'een einde de goederen in deze, en van voren de Hoogstraat.
Verder worden nog verkocht diverse stukken grond te Gestel en Stratum.
Op het hele bezit wordt f 4655 geboden. Dit vinden de kinderen Moonen te weinig en daarom worden de goederen separaat verkocht.
Het is niet weinig, wat de kinderen Moonen erven. De separate verkoop betreft het volgende onroerend goed: het huis, den overhof, een perceel teulland den Donk, een perceel groes de beemd achter LucasJansen in de Leegstraat, een perceel groes het klein Mortelke, een perceel land de Sterrebeemd van Jan Wouters, een perceel groes en teulland aan de Bleik, twee beemden aan de Gender, een akker aan de Schenkenschans, een perveel groes het veld van Raassens Bleik in de Sandstraat, de twee beemden achter de Mortel, alle gelegen te Gestel. Dan nog grond te Stratum. Dit alles wordt verkocht op 20 september 1815. Drie maanden later verkopen ze de rest van de grond (nog eens zeven percelen).
Tellen we de verkopen op, dan blijkt, dat de kinderen Moonen in totaal f 4870 hebben ontvangen;. alle extra moeite heeft hun ruim tweehonderd gulden meer opgeleverd!
In diezelfde maand , op 18 december 1815, worden ook de meubilaire goederen van wijlen Reijnier Moonen en Joanna van Stratum verkochr. Overigens ontbreken de persoonlijke beziitingen, die zullen door moeder Johanna wel van te voren verdeeld zijn.
De kinderen Moonen kopen zelf ook nog iets uit de boedel; zo schafte b.v. Hendrik twee koeien, een theeservies en een pop aan; Jan 'n Coffijcan, 'n spoelcom, twee tafels, borden, een hoogkar en een aardkar; Mechtildis (de wed. Bakers) een schilderij; Elisabeth (via haar man) diverse borden etc.
In 1820 behoorde Hendrik Moonen tot de twintig Notabelste Ingezetenen van Gestel en Blaarthem; hij wordt dan in de gronbelasting aangeslagen voor f 14,25 en stond daarmee in de lijst van grondbezitters op de 10e plaats.
Op 5 september 1825 wordt aan Hendrik Moonen te Gestel toestemming verleend tot het rijden van vrachtkarren tussen Eindhoven en Den Bosch v.v. Dit wordt bekrachtigd bij Koninklijk Besluit dd 13 september 1825.
Dat hij al wat langer voerman was blijkt uit een notitie uit 1814; in dat jaar brengt hij in opdracht van de gemeente Gestel een aantal Franse deserteurs naar Veldhoven.
In 1836 wordt door Maria Roos, Gerardus van Rijsingen, Ambrosius van Rijsingen en Wilhelmina van Rijsingen toestemming gegeven tot ophef en vernietiging van twee inschrijvingen ten kantore van de hypotheken te Eindhoven tegen Hendrikus Moonen, wijlen Renier Moonen en wijlen Nicolaas van Mierlo.
Het betreft hier o.a. de hypotheek van f 675, die Hendrik in 1802 opnam van Hendrina van Duijnhooven, wed. van Gerrit van Rijsingen, namens haar kinderen Jan, Ambrosius, Gerardus en Wilhelmina. Uit deinhoud van de akte blijkt dat de schuld was afgelost. Kennelijk wilden de kinderen van Rijsingen de zaak goed afwerken.
Op 7 mei 1841 tekent Hendrik Moonen mede namens zijn vrouw een schuldbekentenis van f1000; het onderpand vormde zijn huis, erf en bouwland, te zamen groot 3 bunder 40 roeden te Gestel.
Zo blijft Hendrik in de geldzaken;. mogelijk heeft hem zijn grote gezin erg veel gekost. Hij had elf kinderen van wie er in 1841 nog negen in leven waren.
Het gezin van Hendrik Moonen en Adriana de Berr te Gestel had 11 kinderen.
Hendrik Moonen woonde tot op het eind van zijn leven in het Pannenhuijs. Hij overleed te Gestel op 20 september 1845. Zijn vrouw Christina, die te Gestel geboren was op 1 juli 1870, overleed op 4 augustus 1856, eveneens te Gestel.
Dopeling Henricus Fransciscus Moonen
Vader Raynerus Moonen
Moeder Catharina Houben
Getuige Arnoldus Houben
Joanna Aerts

Plaats Blaarthem
Datum doop 21-08-1773

DTB Blaarthem inv.nr. 5.4 , folio 20v
==========================================
Bruidegom Henricus Moonen ,
Bruid Adriana Christiana de Beer ,

Plaats Blaarthem
Datum trouwen 02-05-1802

0

DTB Blaarthem inv.nr. 5.2 , folio 58v

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Henricus Franciscus Moonen?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!

Tijdbalk Henricus Franciscus Moonen

Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen:  grootouders    ouders    broers/zussen    kinderen