handelaar in Moscovische rogge en andere granen, o.a. onder de firma Pieter Bas en Cornelis van Campen, woont te Amsterdam op de Nieuwendijk (1602),
in het huis Sonnenburg voor in de Warmoesstraat (1636). En over Cornelis zelf verder: 19 Maart 1607 vermaakte hij bij testament, voor notaris
S. Henrix gepasseerd, aan Jacob sijn natuurlycke sone, geproceert bij Sytge Gerritsd.
een groot deel van zijn vermogen. 30 April 1615 werd dit testament geannuleerd; 5
Febr. 1638 maakte hij siecklyck zijnde opnieuw n testament. Zijn vrouw schijnt dan overleden te zijn, terwijl zijn zoon Jacob, blijkbaar zijn eenig gebleven kind, zijn
erfgenaam werd, behalve legaten aan neven en nichten o.a. aan de kinderen van zijn
nichten Tesselschade en Anna Roemers, bij wier huwelijksvoltrekking hij in 1623 en 1624 getuige was geweest. Waarschijnlijk zal hij dus omstreeks 1638 overleden zijn. Ten slotte over de herkomst van Cornelis nog: Zijn moeder was een oudere zuster van Roemer Visscher. [ ] Een broeder van hem was Pieter van Campen (geb. 1568), vader van den beroemden bouwmeester Nicolaas van C[ampen], en van Machteld van C[ampen], door Huygens liefde voor haar bekend.
Hij is getrouwd met Catharina Queeckel.
Zij zijn op 17 oktober 1602 te Amsterdam,NL, Nederland in ondertrouw gegaan.
Zij zijn getrouwdCornelis van Campen | ||||||||||
Catharina Queeckel |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.