In het begin van het jaar 1626 doet zich een van de meer schokkende gebeurtenissen in onze familie voor.
Jan Weylarts pleegt een moord en wel op Peter Jan Denen. Over het hoe en waarom van deze daad zijn we helaas niet ingelicht, wel over de afwikkeling ervan. Op 16 augustus 1627 komen de families van de moordenaar en de vermoorde bijeen om een zogenaamde zoenbrief op te stellen, een zoenbrief is een akte waarbij de familie van de dader rechtsvervolging afkoopt voor een gepleegd misdrijf.
De familie van de 'aflijvige', zijn weduwe Hilleke, zijn broer Claes Jan Denen en Marcelis Ambrosis van de Ceylberch, de beide laatsten voogden over de kinderen van Peter Jan Denen. De familie van de 'misdadiger' Anthonis Marten Weijlarts. vader , en Jacop en Tielman, broers van Jan. Zij beloven binnen veertien dagen 250 gulden op tafel te zulen leggen om daarmee strafvervolging te voorkomen. zij zullen zes malder rogge geven om daarmee brood voor de armen van Someren te laten bakken. Zij zullen twaalf zielemissen laten lezen voor de overledene.
Voorts beloven zij een eikenhouten kruis te (laten) stellen (op de plek van de misdaad?) van de volgende afmetingen: zeven voet lang en een voet breed. Jan, de moordenaar, zal de familie van de vermoorde uit de weg gaan.
Onder de akte staat een mededeling in het Latijn over nog een moord in 1629 maar het is niet duidelijk of deze notitie op Jan slaat. Over Jan zwijgen de bronnen verder; hij zal overleden zijn voor 1641 want hij wordt op 16 juli van dat jaar niet vermeld als erfgenaam van zijn kinderloos overleden broer Jacop. Wie wel worden genoemd zijn Henrick en Jenneken, de laatste onmondig
, kinderen van Tielen Thonis Weijlaerts wonende te Venray.(Ontleend aan: Ton Tielen, Stamreeks Tielen, voorheen Weijlarts, Nijmegen, december 1990)
Jan <Antonii> Weijlarts |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.