Hij is getrouwd met Alida Cornelia Geertruida Verheij.
Zij zijn getrouwd.
Kind(eren):
- ART. 24 GEMEENTEWET.
Gedupt. Staten van Zuid-Holland hebben gistermiddag in openbare vergadering behandeld een onderzoek naar de vraag of door het lid van den raad der gemeente Papendrecht, de heer G. VISSER, gehandeld is in strijd met art. 24 der Gemeentewet.
De heer Visser is directeur der N.V. Alblasserdamsche Waterleiding, die het water levert aan de gemeente Papendrecht. Een ander raadslid, opzichter eener bouwvereeniging aldaar, opperde onlangs bezwaren tegen deze dubbele functie van den heer VISSER en achtte deze in strijd met art. 24 der Gemeentewet. in dne raad kon het verzoek tot schorsing, behoudends de toelichting van het lid, niet behandeld worden, omdat het geen enkelen steun vond.
Dr. Schokking rapporteerde in deze zaak: In het adres gad adresaant te kennen, dat gebleken was, dat de heer Visser, als directeur der N.V. zijn belangen in dne raad had doen gelden bij een voorstel om een onderzoek in te stellen naar de te hooge waterprijzen, dat verworpen is.
De heer Visser merkte op, dat hij zelf geen water levert. Hij heeft den laatsten keer zijn benoeing tot lid van den raad bij enkele candidaatstelling aangenomen, nadat in 1916 Ged. Staten geen aanleiding hadden gevonden, deze zaak nader te onderzoeken. Wat de functie van spr. betreft, hij doet niet anders dan het geld innen. Steeds heeft hij zich buiten waterleidingsaangelegenheden in den raad gehouden.
De burgemeester van Papendrecht, de heer P. van REES, zeide, dat de zaak feitelijk steeds in 1916 door Ged. Staten is afgedaan. Het is spreker's overtuiging, dat deze behandeling opnieuw te wijten is aan minder gelukkige persoonlijke verhoudingen.
Spr. wilde den heer VISSER reeds bij voorbaat gezuiverd zien van een blaam, die op hem zou kunnen worden geworpen. Toen het vorig jaar het contract met de Alblasserdamsche Waterleiding moest worden vernieuwd, is ment tot een accoord gekomen tusschen het bestuur der waterleiding en het gemeentebestuur.
Toen de raad in Mei een beslissing zou nemen, was de heer VISSER is de vergadering niet tegenwoordig, zoodat hij niet geacht kan worden invloed op het besluit te hebben gehad.
Mr. Limburg merkte op, dat het contract in 1923 toch door den directeur moet zijn geteekend. in de statuten der N.V. staat nl, dat het beheer berust bij den directeur, onder toezicht van commissarissen. De vraag, die Ged. Staten hebben te beantwoorden is dus of de levering door de vennootschap beschouwd meot worden als de levering door den directeur. De beslissing volgt later.
[NRC 1924-11-25-1-01; www.kb.nl/kranten]
Gerrit Visser | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Alida Cornelia Geertruida Verheij |
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.