Hij is getrouwd met Marritge Franssend MEERMAN.
Zij zijn getrouwd op 26 december 1559 te Delft, hij was toen 21 jaar oud.
Kind(eren):
SURN Nicolaas
Schepenhuwelijken Delft.
158. 26 december 1559 (f. 85 86):
Claes Adriaensz. (a) en Marritge Franssendr. (b) zullen met consent van hun naaste vrienden gaan huwen op de volgende voorwaarden:
Adriaen Claesz. belooft met zijn zoon Claes te geven 3600 £ van 40 gr., te betalen 1800 £ gereed en 1800 £ na een jaar. Marritge brengt in alle landen, renten, inschulden, huisraad e.a. als haar bij het overlijden van haar vader en moeder zijn aanbestorven.
Indien een van hen overlijdt geen kind(eren) nalatende dan krijgen de langstlevende en de erfgenamen van de overledene elk de inbreng, de aanbestorven goederen en de kleren, kleinodiën e.d.; als Marritgen de langstlevende is krijgt zij nog 400 Rijnse gld. De winst en verlies wordt
gedeeld. Indien een van hen overlijdt met kind(eren) dan wordt er gedeeld en moeten de goederen
van de kind(eren) naar schependoms recht vererven.
Adriaen Claesz. en zijn huisvrouw Baertge en Trijntgen Sasboutsdr. (c) als grootmoeder van Marritgen bepalen dat als hun zoon resp. kleindochter voor hen overlijdt kind(eren) nalatende, deze kind(eren) met representatie van hen erven. De jongghuwden zullen tot hun believen een jaar of drie á á vier bij haar ouders mogen inwonen en de kost hebben, waartoe Adriaen Claesz. gehouden
is het feest van de bruiloft geheel te betalen.
[aantekening in marge]: Hiervan is die minute verleyt dan mij dunck die selve gelevert te hebben in
handen van Cristian Adriaensz.
(a) Geb. 1 april 1538, veertigraad 1575, overl. 26 februari 1607, zoon van Adriaen Claesz. [van Adrichem] en
Baertgen Corssendr. [van Vliet van der Woert].
(b) Jonge Marritge Franssendr. [Meerman], geb. 1542, dochter van Frans Dirk Govertsz. [Meerman] en Lijsbeth
Beukelsdr. [van der Burch]. Vgl. akte 157 en Ons Voorgeslacht 1988, blz. 466, nr. 549.
(c) Zie vorige akte.
ORA Naaldwijk.
[fol. 23] 2-4-1579: Heer Christiaen Adriaensz. Cruijs van Adrichem ende bekende vercoft te hebben die voochden vande jonge weeskinderen van za: Frans Pietersz. van Overscie en(de) Ariaengen Aeriaensdr. tot behouff vande selve weeskinderen een zeeckere mergen lants geleegen inden ambachte en(de) gerechte vant Hondertlant ende belooffde hij comparant met Claes Adriaensz. van Adrichem zijnen broeder die meede voor ons compareerde die voirs. eene mergen lants te vrijen en(de) te waeren.
De getoonde gegevens hebben geen bronnen.