Woudwyk Genealogía » Hendrica Hendrikje Henrica Everwijnsdr. Everwins von Bentheim-Steinfurt ,Duitse gravenhuis (1550-????)

Données personnelles Hendrica Hendrikje Henrica Everwijnsdr. Everwins von Bentheim-Steinfurt ,Duitse gravenhuis 


Famille de Hendrica Hendrikje Henrica Everwijnsdr. Everwins von Bentheim-Steinfurt ,Duitse gravenhuis

Waarschuwing Attention: Mari (Berndt Barend Barendt Arendt Arent Arnoldus Bernhard Bernardus Berent Christopherszn van Bentheim Benthem Bentem von Bentheim ,Richter te Nordhorn 1587-1601,Gograf Sheriff,Duitse gravenhuis,hijo natural de Christopher von Bentheim Richter te Nordhorn y Go) est également son cousin.

Elle est mariée avec Berndt Barend Barendt Arendt Arent Arnoldus Bernhard Bernardus Berent Christopherszn van Bentheim Benthem Bentem von Bentheim ,Richter te Nordhorn 1587-1601,Gograf Sheriff,Duitse gravenhuis,hijo natural de Christopher von Bentheim Richter te Nordhorn y Gograf,.

Ils se sont mariés en l'an 1598 à Noordhörn, Graafschap Bentheim, Duitsland., elle avait 48 ans.


Enfant(s):



Notes par Hendrica Hendrikje Henrica Everwijnsdr. Everwins von Bentheim-Steinfurt ,Duitse gravenhuis

Hendrikje van BENTHEIM, dochter van Everwijn van BENTHEIM en Hendrikie AMSINK.


Relatie (1) met Barend Berndt van BENTHEIM.


Relatie (2) met Jan BILDERBEEK.


Uit de eerste relatie:


1. Aleit, geboren circa 1600, * huwt circa 1626 Gerhard Brandlicht, rentmeester en burgemeester te Neuenhaus (Nieuwenhuis) (1630-1668).


2. Anna ?


3. Christoffel, Steinfurts/Bernburgischer hofmeister zu Gronau, begraven op 13-01-1669 te Steinfurt, (Tecklenburg-Gronauer tak).


Gehuwd voor de kerk op 27-03-1622 te Bentheim met Catharina LEMKER.


4. Everwijn.


5. Hendrick, schoolmeester, organist en stadssecretaris in Nordhorn (1610-1648), * huwt ca. 1610 Margaretha Spenneberg, dr. van Melchior Spenneberg, te Borghorst (bij Steinfurt) en van Jutta Grosse Osterholt.


Gehuwd voor de kerk circa 1610 met Margaretha SPENNEBERG, * dr. van Melchior Spenneberg te Borghorst (bij Steinfurt) en van Jutaa Grosse Osterholt.


6. Hendrikje, * huwt Melchior Krul, richter te Veld- en Neuenhaus (Nieuwenhuisen) (1615-1620).


Uit de tweede relatie:


7. Anna.


http://www.mirandabos.nl/stamboom/pg-00015.htm#BM683


-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


Barend van BENTHEIM, richter te Nordhorn (Dtsl.) (1587-1601), gograf (schout), * bastaard afstammeling van een van de graven van Bentheim, zoon van Christopher van BENTHEIM (zie 31736).


Relatie met


15869 Hendrikje van BENTHEIM, dochter van Everwijn van BENTHEIM (zie 31738) en Hendrikie AMSINK (zie 31739).


Relatie (1) met Barend van BENTHEIM (zie 15868).


Relatie (2) met Jan BILDERBEEK.


Uit de eerste relatie:


1. Aleit, geboren circa 1600, * huwt circa 1626 Gerhard Brandlicht, rentmeester en burgemeester te Neuenhaus (Nieuwenhuis) (1630-1668).


2. Anna ?


3. Christoffel, Steinfurts/Bernburgischer hofmeister zu Gronau, begraven op 13-01-1669 te Steinfurt, (Tecklenburg-Gronauer tak).


Gehuwd voor de kerk op 27-03-1622 te Bentheim met Catharina LEMKER.


4. Everwijn (zie 7934).


5. Hendrick, schoolmeester, organist en stadssecretaris in Nordhorn (1610-1648), * huwt ca. 1610 Margaretha Spenneberg, dr. van Melchior Spenneberg, te Borghorst (bij Steinfurt) en van Jutta Grosse Osterholt.


Gehuwd voor de kerk circa 1610 met Margaretha SPENNEBERG, * dr. van Melchior Spenneberg te Borghorst (bij Steinfurt) en van Jutaa Grosse Osterholt.


6. Hendrikje, * huwt Melchior Krul, richter te Veld- en Neuenhaus (Nieuwenhuisen) (1615-1620).


Uit de tweede relatie:


7. Anna.


-----------------------------


Barend van Bentheim, richter Nordhorn (DTSL.) (1587-1601), gograf (trasero) * bastardo descendiente de uno de los Condes de Bentheim, hijo de Cristóbal Bentheim (véase 31.736).


Una relación con


15869 Bolsos de Bentheim, hija de Everwijn de Bentheim (véase 31.738) y Hendrikie Amsink (véase 31.739).


Relación (1) con Barend van Bentheim (véase 15.868).


Relación (2) a Jan Bilderbeek.


La primera relación:


1. Aleit, nacido alrededor de 1600, se casó circa 1626 * Gerhard Fuego Luz, mayordomo y alcalde de Neuenhaus (Nieuwenhuis) (1630-1668).


2. Anna?


3. Christopher, Steinfurts / Bernburgischer Hofmeister zu Gronau, enterrado el 13-01-1669 en Steinfurt (rama Tecklenburg Gronauer).


Iglesia sobre el matrimonio 27-03-1622 en Bentheim Catharina LEMKER.


4. Everwijn (ver 7934).


5. Hendrick, maestro de escuela, organista y secretario del ayuntamiento en Nordhorn (1610-1648), aproximadamente 1610 * se casa con Margaret Spenneberg Dr. Melchior Spenneberg a Borghorst (en Steinfurt) y Jutta Grosse Osterholt.


Matrimonio Iglesia sobre 1610 Margaret SPENNEBERG, * Dr. Melchior Spenneberg a Borghorst (en Steinfurt) y Jutaa Grosse Osterholt.


6. monederos, * se casa Melchior Curl, richter a Campo y Neuenhaus (Nieuwenhuisen) (1615-1620).


Desde la segunda relación:


7. Anna.


-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------


De organistenfamilie Van Benthem te Zutphen in de zeventiende


eeuw


door R.C.C. de Savornin Lohman


Mevrouw M.M. Doornink - Hoogenraad geeft in het Tijdschrift van de Vereniging


voor Nederlandse Muziekgeschiedenis, Dl. XIX, - 3,4 (Amsterdam 1962-


1963) in haar artikel "Een Zutphense organist uit Sweelinck's tijd" (blz. 192-


199) een boeiende beschrijving van het leven en werken van Mr. Godefrid Oldenraet,


die van 1613-1630 organist der stad Zutphen was. Het artikel besluit met


de vermelding dat na de dood van Oldenraet eind 1630/begin 1631 zijn functie


tijdelijk werd uitgeoefend door zijn blinde leerling Gerrit Hansen, en dat op 1


oktober 163 1 als vaste organist werd aangesteld Mr. Arnold van Benthem, afkomstig


uit Groningen. Deze Van Benthem en zijn muzikale familie vormen het


onderwerp van onderstaande studie.


Voorop mag gesteld worden dat sinds de Reformatie de organist te Zutphen


slechts gedeeltelijk "stadsorganist" was; hij werd weliswaar door de Magistraat


benoemd en ontslagen, maar zijn bezoldiging geschiedde - evenals voor de predikanten


en schoolmeesters - door het kwartierlijke Zutphense rentambt, terwijl


emolumenten zoals huishuur en honorarium voor buitengewone orgelbespelingen


uit de stedelijke geestelijke rentambten werden bekostigd. Daarnaast had de kerkeraad


een belangrijke stem in de instructie voor de organist (verg. bovenvermeld


artikel van Mevrouw Doornink; en het artikel "Een afgedwaalde stadsorganist"


van J. de Graaf, in Gelre 1953, blz. 196).


Arent, ofwel Arnold(us) van Benthem werd omstreeks 1610 geboren in het


handelsstadje Nordhorn, aan de Vecht in het graafschap Bentheim. Zijn vader


Hendrick van Benthe(i)m stamde uit een bastaardtak van het Duitse gravenhuis


Van Bentheim; zijn vader en grootvader waren richter in Nordhorn. Hendrick bekleedde


van 16 10- 1648 aldaar de toendertijd vaak gecombineerde functies van


schoolmeester, organist en stadssecretaris. Hij trouwde omstreeks 1610 Margaretha


Spenneberg, een dochter van welgestelde boeren in Borghorst bij Steinfurt.


Zij hadden vier zonen, die alle vier eerst naar Groningen gingen, toen ook reeds


een grote stad met een rijk wetenschappelijk (Universiteit!) en cultureel leven.


De zonen Adolphus en Melchior studeerden er theologie; zij werden later predi- .I


kant, resp. te Dwingelo en te Rijssen. De zonen Arent (Arnoldus) en Hendrick


bekwaamden zich in Groningen in het orgelspel en waren er tijdelijk als organist


aan gasthuizen verbonden. Hendrick kwam via Groen10 terecht in Kampen, waar


hij in 1634 tot stadsorganist en -klokkenist werd benoemd.


Arnoldus werd komend dus uit Groningen op 1 oktober 1631 in Zutphen


aangesteld tot organist van de St. Walburgskerk, waarvan hij op 24 februari 1647


ook de klokkenist (beiaardier) werd; daarnaast wordt hij in 1655 nog aangetroffen


als licentmeester, diaken en opziender van het Arme of Vreemde Wezenhuis.


Hij was in 1631 getrouwd met Gebbetien Böttich, uit Schuttorf, behorend tot de


later in Groningen en Drenthe bekende predikantenfamilie Bottichius.


Van hun zeven kinderen stierven er drie jong; één dochter trouwde naar Zwolle,


een andere naar Amsterdam, en de twee zonen werden weer organist. De oudste,


Derck ofwel Theodorus, bezocht eerst de Illustre School te Deventer, studeerde


vervolgens philosophie te Leiden en ging zich ten slotte in het orgelspel


bekwamen in het Groningerland. In 1657 volgde hij zijn in december 1656 (a.d.


pest) gestorven vader Mr. Arnoldus op als organist van de St. Walburgskerk, en


later werd hij na verkregen opleiding tevens de klokkenist. Theodorus overleed al


in 1674 op veertigjarige leeftijd. Zijn opvolger als stadsorganist werd in 1676


Cornelis van Neck.


Uit het huwelijk van Theodorus in 1667 met Catharina Crop sproten vier


kinderen, van wie de enige zoon, Arnold, jong stierf. De dochter Helena vertrok


in 1702 voorgoed naar Amsterdam. De dochter Maria Magdalena trouwde in


1716 Willem van den Berg uit Doesburg; zij overleed in 1753 te Zutphen kinderloos


en vermaakte haar bezittingen aan haar achterneef Arnoldus Revius in Amsterdam.


Het vierde kind, Theodora, werd in 1674 posthuum geboren en stierf


kinderloos vóór 1734.


De jongste zoon van Mr. Arnoldus, namelijk Hendrick van Benthem, werd in


1664 te Kampen aangesteld tot waarnemend organist van de Bovenkerk en klokkenist


van de nieuwe toren, onder zijn oom Mr. Hendrick van Benthem de stadsorganist


van Kampen. Hendrick (de jonge) vertrok in 1672 naar Amsterdam en


werd daar "suppoost". Hij wordt er in 1684 vermeld als mede-erfgenaam van zijn


oom Mr. Hendrick (wiens zes kinderen allen voordien zonder nageslacht waren


gestorven).


Hendrick (de jonge) had uit zijn huwelijk in 1663 met Elisabeth van Ceulen


vier kinderen, van wie de dochter Cornelia in 1701 te Amsterdam trouwde met


de wijnkoper Jodocus Revius uit Deventer.*


Wij hopen in een volgend artikel meer in bijzonderheden terug te komen op


de familiebetrekkingen tussen de verschillende organisten-klokkenisten Van Benthem


resp. te Nordhorn, Kampen en Zutphen, en de predikanten (Van) Benthem


te Dwingelo en te Rijssen. Voor zover valt na te gaan zijn de takken der organisten


Van Benthem uitgestorven (die te Kampen vóór 1684, en die te Amsterdam


in de eerste helft van de 18e eeuw). De predikantentakken (Van) Benthem lieten


echter een uitgebreid, ook thans nog levend nageslacht na, mede in vrouwelijke


lijn, onder de namen Benthem Reddingius en Benthem Sypkens. Deze "gestudeerde"


families met vele predikanten en ook wel medici, met name in de vier


noordelijke provincies van ons land, zijn voor Zutphen niet van direkt belang en


blijven dan ook verder buiten beschouwing.


Het op zichzelf merkwaardige fenomeen van de vijf organisten Van Benthem,


in drie generaties - waarvan twee in Zutphen bijna een halve eeuw lang - verdient


naar het voorkomt alleszins op deze wijze aan de vergetelheid ontrukt te worden.


* kleinzoon van Hendrick Reefsen, of Revius, gemeensman van Deventer, die een broer was van de beroemde theoloog-historicus en dichter Jacobus Revius.


-------------------------------------


La familia organista Van Benthem Zutphen en el XVII


siglo


por R.C.C. Savornin Lohman


Sra. M. M. Doornink - Hoogenraadstraat da la Revista Asociación


de música holandesa, Vol. XIX - 3.4 (Amsterdam 1962-


1963) en su artículo "Un organista Zutphense desde el tiempo de Sweelinck" (p. 192-


199) un relato fascinante de la vida y obra del señor Godefrid Oldenraet,


quien fue organista from 1613-1630 la ciudad de Zutphen. El artículo concluye con


afirmando que después de la muerte de Oldenraet finales 1630 / principios de 1631 su posición


fue ejercida provisionalmente por su alumno ciego Gerrit Hansen, y 1


01 de octubre 163 organista permanente fue nombrado Mr. Arnold van Benthem, viniendo


de Groningen. Esta Van Benthem y su familia musical constituye la


el objeto de la siguiente estudio.


Líder puede decir que desde la Reforma del organista en Zutphen


fue sólo parcialmente "organista de la ciudad"; él era de hecho por el Magistrado


nombrado y destituido, pero llegó a su salario -, así como para los pastores


y maestros de escuela - por ingresos reales trimestre Zutphense oficina mientras


emolumentos como casa de alquiler y los honorarios de extraordinaria orgelbespelingen


de las oficinas urbanas carreras mentales fueron financiados. Además, el consistorio tenía


una voz importante en la instrucción para el organista (comp. arriba


artículo de la Sra Doornink; y el artículo "Un organista díscolo de la ciudad"


J. de Graaf en Gelredome 1953, p. 196).


Arent, o Arnold (nosotros) van Benthem nació alrededor de 1610 en el


ciudad comercial de Nordhorn, la lucha en el condado de Bentheim. Su padre


Hendrick Benthe (i) m descendiente de un bastardo de la casa tumbas alemán


Bentheim; su padre y su abuelo eran juez en Nordhorn. Hendrick celebrada


de 16 10- 1648 hay las funciones luego menudo combinados de


maestro de escuela, organista y secretario del ayuntamiento. Se casó con cerca de 1610 Margaretha


Spenneberg, una hija de agricultores ricos en Borghorst en Steinfurt.


Tuvieron cuatro hijos que fueron a los cuatro primeros en Groningen, cuando ya


una gran ciudad con una rica académico (Universidad!) y la vida cultural.


Los hijos Adolphus y Melchior estudiaron teología allí; que eran pastor más tarde .I


lado, resp. a Dwingelo y Rijssen. Los hijos Arent (Arnold) y Hendrick


se convirtieron en expertos en Groningen en tocar el órgano y había organista temporal


adjunta a los hospitales. Hendrick llegó a través Groen10 en campos donde


fue nombrado en 1634 para el organista de la ciudad y -klokkenist.


Arnoldus venía así de Groningen el 01 de octubre 1631 en Zutphen


organista designado de la Iglesia St. Walburg, de la que fue el 24 de febrero 1647


fue también el carillón (campanero); Además, sigue siendo visto en 1655


como licentmeester, diácono y Obispo de los Pobres o huérfanos extranjeros Home.


Se casó en 1631 con Gebbetien Bottich, desde Schuttorf, perteneciente a la


más tarde en predicador conocido familia Bottichius Groningen y Drenthe.


De sus siete hijos, tres murieron jóvenes; una hija casada con Zwolle


otro a Amsterdam, ya los dos hijos estaban de nuevo organista. El más antiguo,


Derck sea Theodore, visitó por primera vez la Escuela Deventer Ilustre, estudiado


luego filosofía en Leiden y finalmente entró en el órgano


competentes en Groningerland. En 1657 se siguió en diciembre 1656 (dC


peste) murió el padre del Sr. Arnoldus como organista de la iglesia de St. Walburg,


más tarde se obtuvo después de la formación también el carillón. Theodore ya murió


en 1674 a la edad de cuarenta. Su sucesor como organista de la ciudad fue en 1676


Cornelis van Neck.


Brotado del matrimonio de Theodore en 1667 Catharina Recortar cuatro


niños, cuyo único hijo, Arnold, murieron jóvenes. La hija Helena dejó


en 1702 para el bien de Amsterdam. Hija María Magdalena se casó


1716 Willem van den Berg de Doesburg; Murió en 1753 en Zutphen sin hijos


y legó su patrimonio a su primo Arnold Revius en Amsterdam.


El cuarto hijo, Theodora, nació en 1674 y murió a título póstumo


sin hijos antes de 1734.


El hijo más joven del señor Arnoldo, a saber, Hendrick van Benthem, era


1664 Kampen organista suplente designado del Alto y carillón


de la nueva torre, con su tío el Sr. Hendrick van Benthem ciudad organista


Kampen. Hendrick (jóvenes) se trasladó en 1672 a Amsterdam


estaba allí "asistente". Él es mencionado en 1684 como co-heredero de su


tío Sr. Hendrick (cuyos seis niños de todo previamente sin posteridad


muerto).


Hendrick (los jóvenes) tuvo de su matrimonio en 1663 con Isabel de Ceulen


cuatro hijos, cuya hija Cornelia casaron en 1701 en Amsterdam


comprador vino Jodocus Revius Deventer. *


Esperamos que en el próximo artículo de volver con más detalle en


las relaciones familiares entre el klokkenisten-organistas diversos Van Benthem


resp. Nordhorn, Kampen y Zutphen, y los ministros (Desde) Benthem


a Dwingelo y Rijssen. Por lo que se puede comprobar, las ramas de los organistas


Van Benthem extinguido (que Kampen antes de 1684, y que en Amsterdam


en la primera mitad del siglo 18). Las ramas pastor (Desde) Benthem dejó


Sin embargo, una extensa, incluso ahora, después de descendientes vivos, también en femenino


línea, bajo los nombres Benthem Reddingius y Benthem Sypkens. Estos "educados"


pastores, y muchas familias con los médicos conocidos, especialmente en los cuatro


provincias del norte de nuestro país, no son de interés directo y Zutphen


por lo tanto, ser considerados más.


En sí notable fenómeno de los cinco organistas Van Benthem,


en tres generaciones - dos en Zutphen casi medio siglo - merece


para que de hecho se produce de esta manera del olvido a ser.


* Nieto Hendrick Reefsen o Revius, Deventer gemeensman, que era hermano del famoso teólogo, historiador y poeta James Revius.


------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


Barend van BENTHEIM, richter te Nordhorn (Dtsl.) (1587-1601), gograf (schout), * bastaard afstammeling van een van de graven van Bentheim, zoon van Christopher van BENTHEIM (zie 31736).


Relatie met


15869 Hendrikje van BENTHEIM, dochter van Everwijn van BENTHEIM (zie 31738) en Hendrikie AMSINK (zie 31739).


Relatie (1) met Barend van BENTHEIM (zie 15868).


Relatie (2) met Jan BILDERBEEK.


Uit de eerste relatie:


1. Aleit, geboren circa 1600, * huwt circa 1626 Gerhard Brandlicht, rentmeester en burgemeester te Neuenhaus (Nieuwenhuis) (1630-1668).


2. Anna ?


3. Christoffel, Steinfurts/Bernburgischer hofmeister zu Gronau, begraven op 13-01-1669 te Steinfurt, (Tecklenburg-Gronauer tak).


Gehuwd voor de kerk op 27-03-1622 te Bentheim met Catharina LEMKER.


4. Everwijn (-).


5. Hendrick, schoolmeester, organist en stadssecretaris in Nordhorn (1610-1648), * huwt ca. 1610 Margaretha Spenneberg, dr. van Melchior Spenneberg, te Borghorst (bij Steinfurt) en van Jutta Grosse Osterholt.


Gehuwd voor de kerk circa 1610 met Margaretha SPENNEBERG, * dr. van Melchior Spenneberg te Borghorst (bij Steinfurt) en van Jutaa Grosse Osterholt.


6. Hendrikje, * huwt Melchior Krul, richter te Veld- en Neuenhaus (Nieuwenhuisen) (1615-1620).


Uit de tweede relatie:


7. Anna.


 


 


(-) Everwijn van BENTHEIM, richter te Nordhorn (Dtsl.) (1608-1654), gografer (schout), * uit hem stamt o.a. een nog bloeiende tak Von Bentheim in het graafschap Bentheim, alsmede uitgestorven takken Van Benthem, met burgemeesters in Kampen en in Vollenhove. Zoon van Barend van BENTHEIM en Hendrikje van BENTHEIM.
Gehuwd met Margaretha GLASFORT, dochter van Hendrik GLASFORT en Elske KESTERING. 
Uit dit huwelijk:
1.  Adelheid van BENTHEIM, [gevonden ene Everwijn van Bentheim 2da nuptia u. Margarita Milltiers 3tia nuptia], Gehuwd voor de kerk (1) te Brandlicht (Dtsl.) met Wenceslaus OSICIUS (Vozic).
Gehuwd (2) met Gerard STULEN. Gerard Stulen: NAV XXXIV (34) blz. 112-113..
2.  Arend Joost, rentmeester (1655). Huwt Margaretha Bernards. Kinderen: Everwijn x Gerhardina Geertruid Steenberge; Frans x Eleonora Keisers; Anna Margaretha x 1) Hendrik Daalhof 2) Willem Baur; Agnes Christina x Weseslaus Everwin Stulen.
3.  Barend, rechter en rentmeester te Ulpen, huwt 1) N. Kerkering 2) Anna Maria Theben
geen kinderen.
4.  Christoffel, burgemeister und Steuereinnehmer te Nordhorn, huwt 1) Josina Lemker 2 kinderen; 2) Catharina Elisabeth Pagenstecher. Kinderen: 1) Catharina Aleid x Lubbertus Waterham, burg. Oldenseel. Jan Everwin, secr. Oldenseel, Margaretha Elisabeth x Bernard Arnold Sluiter.
 
no. 231 blz 64: Christoffer von Bentheim, sohn d. Richters Everwijn von Bentheim, burgerschaft geschenkt fur s. frau Geesin Lembbers 16-02-1655. Bron : Nordhorn Burgerbucher der Stadt, von 1396 - 1913 Rektor H. Specht Bentheimer Heimatsverlag Nordhorn 1939.
Gehuwd (1) met Josina LEMKER.
Gehuwd (2) met Catharina Elisabeth PAGENSTECHER.
5.  Everwijn, burgemeester van Kampen (1664). Aleids broer Everwijn wordt genoemd in het boek 'Bentheim' (CBG), met wapen, daarin is ook vermeld dat hij afstammeling is van de graven van Bentheim.
 
huwt Femmetie Steenbergen. Kinderen: Margriet, Antoni, Geertruij, Aleid, Everwine (te Kampen).
6.  Hendrik, huwt Christina van Werden. Kinderen: Hendrik x 1) Geertruij Lubelei, 2) Willemein van Dorsen.
---------------


 Everwijn de Bentheim, a juzgar Nordhorn (DTSL.) (1608-1654), gografer (schout), * se deriva de, entre otras cosas, una rama aun floración Von Bentheim en Bentheim, así como ramas extintas Van Benthem, con burgemeesters en Kampen y en Vollenhove. Hijo de Barend van BENTHEIM y Hendrikje van BENTHEIM.
Casado con Margaretha GLASFORT, hija de Hendrik GLASFORT y Elske KESTERING.
De este matrimonio:
1. Adelheid (--).
2. Arend Joost, mayordomo (1655). Se casa con Margaretha Bernards. Niños: Everwijn x Gerhardina Geertruid Steenberge; Frans x Eleonora Keisers; Anna Margaretha x 1) Hendrik Daalhof 2) Willem Baur; Agnes Christina x Weseslaus Everwin Stulen.
3. Barend, juez y mayordomo en Ulpen, casado 1) N. Kerkering 2) Anna Maria Theben
sin hijos
4. Christoffel, burgemeister und Steuereinnehmer en Nordhorn, se casa con 1) Josina Lemker 2 hijos; 2) Catharina Elisabeth Pagenstecher. Niños: 1) Catharina Aleid x Lubbertus Waterham, burg. Oldenseel. Jan Everwin, secr. Oldenseel, Margaretha Elisabeth y Bernard Arnold Sluiter.
 
n. ° 231 página 64: Christoffer von Bentheim, sohn d. Richters Everwijn von Bentheim, burgenschaft donó pieles. frau Geesin Lembbers 16-02-1655. Fuente: Nordhorn Burgerbucher der Stadt, von 1396 - 1913 Rektor H. Specht Bentheimer Heimatsverlag Nordhorn 1939.
Casado (1) con Josina LEMKER.
Casado (2) con Catharina Elisabeth PAGENSTECHER.
5. Everwijn, alcalde de Kampen (1664). Su hermano Everwijn es mencionado en el libro 'Bentheim' (MEB), con un arma, que también declara que él es el descendiente de los Condes de Bentheim.
 
se casa con Femmetie Steenbergen. Niños: Margriet, Antoni, Geertruij, Aleid, Everwine (en Kampen).
6. Hendrik, se casa con Christina van Werden. Niños: Hendrik x 1) Geertruij Lubelei, 2) Willemein van Dorsen.


---------------------
  Everwijn van BENTHEIM, richter te Nordhorn (Dtsl.) (1608-1654), gografer (schout), * uit hem stamt o.a. een nog bloeiende tak Von Bentheim in het graafschap Bentheim, alsmede uitgestorven takken Van Benthem, met burgemeesters in Kampen en in Vollenhove. Zoon van Barend van BENTHEIM en Hendrikje van BENTHEIM.


 Everwijn, burgemeester van Kampen (1664). Aleids broer Everwijn wordt genoemd in het boek 'Bentheim' (CBG), met wapen, daarin is ook vermeld dat hij afstammeling is van de graven van Bentheim.
-------
 Everwijn de Bentheim, a juzgar Nordhorn (DTSL.) (1608-1654), gografer (schout), * se deriva de, entre otras cosas, una rama aun floración Von Bentheim en Bentheim, así como ramas extintas Van Benthem, con burgemeesters en Kampen y en Vollenhove. Hijo de Barend van BENTHEIM y Hendrikje van BENTHEIM.


 Everwijn, alcalde de Kampen (1664). Su hermano Everwijn es mencionado en el libro 'Bentheim' (MEB), con un arma, que también declara que él es el descendiente de los Condes de Bentheim.


-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


De organistenfamilie Van Benthem te Zutphen in de zeventiende
eeuw
door R.C.C. de Savornin Lohman
Mevrouw M.M. Doornink - Hoogenraad geeft in het Tijdschrift van de Vereniging
voor Nederlandse Muziekgeschiedenis, Dl. XIX, - 3,4 (Amsterdam 1962-
1963) in haar artikel "Een Zutphense organist uit Sweelinck's tijd" (blz. 192-
199) een boeiende beschrijving van het leven en werken van Mr. Godefrid Oldenraet,
die van 1613-1630 organist der stad Zutphen was. Het artikel besluit met
de vermelding dat na de dood van Oldenraet eind 1630/begin 1631 zijn functie
tijdelijk werd uitgeoefend door zijn blinde leerling Gerrit Hansen, en dat op 1
oktober 163 1 als vaste organist werd aangesteld Mr. Arnold van Benthem, afkomstig
uit Groningen. Deze Van Benthem en zijn muzikale familie vormen het
onderwerp van onderstaande studie.
Voorop mag gesteld worden dat sinds de Reformatie de organist te Zutphen
slechts gedeeltelijk "stadsorganist" was; hij werd weliswaar door de Magistraat
benoemd en ontslagen, maar zijn bezoldiging geschiedde - evenals voor de predikanten
en schoolmeesters - door het kwartierlijke Zutphense rentambt, terwijl
emolumenten zoals huishuur en honorarium voor buitengewone orgelbespelingen
uit de stedelijke geestelijke rentambten werden bekostigd. Daarnaast had de kerkeraad
een belangrijke stem in de instructie voor de organist (verg. bovenvermeld
artikel van Mevrouw Doornink; en het artikel "Een afgedwaalde stadsorganist"
van J. de Graaf, in Gelre 1953, blz. 196).
Arent, ofwel Arnold(us) van Benthem werd omstreeks 1610 geboren in het
handelsstadje Nordhorn, aan de Vecht in het graafschap Bentheim. Zijn vader
Hendrick van Benthe(i)m stamde uit een bastaardtak van het Duitse gravenhuis
Van Bentheim; zijn vader en grootvader waren richter in Nordhorn. Hendrick bekleedde
van 16 10- 1648 aldaar de toendertijd vaak gecombineerde functies van
schoolmeester, organist en stadssecretaris. Hij trouwde omstreeks 1610 Margaretha
Spenneberg, een dochter van welgestelde boeren in Borghorst bij Steinfurt.
Zij hadden vier zonen, die alle vier eerst naar Groningen gingen, toen ook reeds
een grote stad met een rijk wetenschappelijk (Universiteit!) en cultureel leven.
De zonen Adolphus en Melchior studeerden er theologie; zij werden later predi- .I
kant, resp. te Dwingelo en te Rijssen. De zonen Arent (Arnoldus) en Hendrick
bekwaamden zich in Groningen in het orgelspel en waren er tijdelijk als organist
aan gasthuizen verbonden. Hendrick kwam via Groen10 terecht in Kampen, waar
hij in 1634 tot stadsorganist en -klokkenist werd benoemd.
Arnoldus werd komend dus uit Groningen op 1 oktober 1631 in Zutphen
aangesteld tot organist van de St. Walburgskerk, waarvan hij op 24 februari 1647
ook de klokkenist (beiaardier) werd; daarnaast wordt hij in 1655 nog aangetroffen
als licentmeester, diaken en opziender van het Arme of Vreemde Wezenhuis.
Hij was in 1631 getrouwd met Gebbetien Böttich, uit Schuttorf, behorend tot de
later in Groningen en Drenthe bekende predikantenfamilie Bottichius.


 


 Van hun zeven kinderen stierven er drie jong; één dochter trouwde naar Zwolle,
een andere naar Amsterdam, en de twee zonen werden weer organist. De oudste,
Derck ofwel Theodorus, bezocht eerst de Illustre School te Deventer, studeerde
vervolgens philosophie te Leiden en ging zich ten slotte in het orgelspel
bekwamen in het Groningerland. In 1657 volgde hij zijn in december 1656 (a.d.
pest) gestorven vader Mr. Arnoldus op als organist van de St. Walburgskerk, en
later werd hij na verkregen opleiding tevens de klokkenist. Theodorus overleed al
in 1674 op veertigjarige leeftijd. Zijn opvolger als stadsorganist werd in 1676
Cornelis van Neck.
Uit het huwelijk van Theodorus in 1667 met Catharina Crop sproten vier
kinderen, van wie de enige zoon, Arnold, jong stierf. De dochter Helena vertrok
in 1702 voorgoed naar Amsterdam. De dochter Maria Magdalena trouwde in
1716 Willem van den Berg uit Doesburg; zij overleed in 1753 te Zutphen kinderloos
en vermaakte haar bezittingen aan haar achterneef Arnoldus Revius in Amsterdam.
Het vierde kind, Theodora, werd in 1674 posthuum geboren en stierf
kinderloos vóór 1734.
De jongste zoon van Mr. Arnoldus, namelijk Hendrick van Benthem, werd in
1664 te Kampen aangesteld tot waarnemend organist van de Bovenkerk en klokkenist
van de nieuwe toren, onder zijn oom Mr. Hendrick van Benthem de stadsorganist
van Kampen. Hendrick (de jonge) vertrok in 1672 naar Amsterdam en
werd daar "suppoost". Hij wordt er in 1684 vermeld als mede-erfgenaam van zijn
oom Mr. Hendrick (wiens zes kinderen allen voordien zonder nageslacht waren
gestorven).
Hendrick (de jonge) had uit zijn huwelijk in 1663 met Elisabeth van Ceulen
vier kinderen, van wie de dochter Cornelia in 1701 te Amsterdam trouwde met
de wijnkoper Jodocus Revius uit Deventer.*
Wij hopen in een volgend artikel meer in bijzonderheden terug te komen op
de familiebetrekkingen tussen de verschillende organisten-klokkenisten Van Benthem
resp. te Nordhorn, Kampen en Zutphen, en de predikanten (Van) Benthem
te Dwingelo en te Rijssen. Voor zover valt na te gaan zijn de takken der organisten
Van Benthem uitgestorven (die te Kampen vóór 1684, en die te Amsterdam
in de eerste helft van de 18e eeuw). De predikantentakken (Van) Benthem lieten
echter een uitgebreid, ook thans nog levend nageslacht na, mede in vrouwelijke
lijn, onder de namen Benthem Reddingius en Benthem Sypkens. Deze "gestudeerde"
families met vele predikanten en ook wel medici, met name in de vier
noordelijke provincies van ons land, zijn voor Zutphen niet van direkt belang en
blijven dan ook verder buiten beschouwing.
Het op zichzelf merkwaardige fenomeen van de vijf organisten Van Benthem,
in drie generaties - waarvan twee in Zutphen bijna een halve eeuw lang - verdient
naar het voorkomt alleszins op deze wijze aan de vergetelheid ontrukt te worden.
* kleinzoon van Hendrick Reefsen, of Revius, gemeensman van Deventer, die een broer was van de beroemde theoloog-historicus en dichter Jacobus Revius. 


------------------------------


La familia del organista Van Benthem en Zutphen en el decimoséptimo
siglo
por R.C.C. el Savornin Lohman
Sra. M.M. Doornink - Hoogenraad cede en la Revista de la Asociación
para la historia de la música holandesa, Dl. XIX, - 3.4 (Amsterdam 1962-
1963) en su artículo "Un organista de Zutphen del tiempo de Sweelinck" (p.
199) una descripción fascinante de la vida y el trabajo del Sr. Godefrid Oldenraet,
quien fue organista de la ciudad de Zutphen desde 1613-1630. El artículo concluye con
la declaración de que después de la muerte de Oldenraet a fines de 1630 / principios de 1631 su función
temporalmente fue ejercida por su estudiante ciego Gerrit Hansen, y que el 1
Octubre 163 1 fue nombrado organista permanente. Arnold van Benthem, de
de Groningen. Estos Van Benthem y su familia musical lo forman
sujeto del estudio a continuación.
En primer lugar, se puede decir que desde la Reforma el organista en Zutphen
era solo parcialmente "organista de la ciudad"; él fue admitido por el Magistrado
nombrado y despedido, pero su remuneración fue hecha, así como para los pastores
y maestros de escuela - por el prometido trimestral de Zutphen, mientras
emolumentos como el alquiler de la casa y los honorarios por juegos de órgano extraordinarios
fuera de las tasas de interés espirituales urbanas se financiaron. Además, el consejo de la iglesia
una voz importante en la instrucción para el organista (citado anteriormente
artículo de la Sra. Doornink; y el artículo "Un organista de la ciudad callejero"
por J. de Graaf, en Gelre 1953, página 196).
Arent, o Arnold (nosotros) van Benthem, nació alrededor de 1610 en el
ciudad comercial Nordhorn, en el Vecht en el condado de Bentheim. Su padre
Hendrick van Benthe (i) m se originó a partir de una rama bastarda de la tumba alemana
Van Bentheim; su padre y su abuelo fueron directores en Nordhorn. Hendrick aguantó
a partir del 16 10-1648 allí las funciones a menudo combinadas de
maestro de escuela, organista y secretario de la ciudad. Se casó con Margaretha alrededor de 1610
Spenneberg, una hija de granjeros ricos en Borghorst cerca de Steinfurt.
Tuvieron cuatro hijos, todos fueron a Groningen primero, y luego también
una gran ciudad con una rica vida científica (¡Universidad!) y cultural.
Los hijos Adolphus y Melchior estudiaron teología allí; luego se volvieron predispuestos
lado, resp. en Dwingelo y Rijssen. Los hijos Arent (Arnoldus) y Hendrick
calificado en Groningen en el juego del órgano y fue temporalmente como organista
conectado a casas de huéspedes. Hendrick terminó en Groen10 en Kampen, donde
en 1634 fue nombrado organista de la ciudad y relojero.
Por lo tanto, Arnoldus venía de Groninga el 1 de octubre de 1631 en Zutphen.
nombrado organista de la Iglesia de San Walburg, de la que fue el 24 de febrero de 1647
también el jugador del reloj (carillonneur) era; además, todavía se encuentra en 1655
como maestro de licencia, diácono y supervisor del orfanato de pobres o extranjeros.
Se casó en 1631 con Gebbetien Böttich, de Schuttorf, que pertenece al
más tarde en Groningen y Drenthe conocido pastor familia Bottichius.


 


Tres de sus siete hijos murieron jóvenes; una hija casada con Zwolle,
otro a Amsterdam, y los dos hijos se volvieron organistas otra vez. El más antiguo,
Derck o Theodorus, primero asistieron a la Escuela Illustre en Deventer, estudiaron
entonces la filosofía en Leiden y finalmente entró en el juego del órgano
hábil en el Groningerland. En 1657 siguió la suya en diciembre de 1656 (a.d.
plaga) murió padre Arnoldus como organista de la Iglesia de St. Walburg, y
más tarde, después de haber sido entrenado, también se convirtió en el jugador del reloj. Theodorus ya murió
en 1674 a la edad de cuarenta. Su sucesor como organista de la ciudad fue en 1676
Cornelis van Neck.
Del matrimonio de Theodorus en 1667 con Catharina Crop cuatro espadines
niños, cuyo único hijo, Arnold, murió joven. La hija que Helena dejó
en 1702 para bien a Amsterdam. La hija María Magdalena se casó
1716 Willem van den Berg de Doesburg; ella murió sin hijos en Zutphen en 1753
y entretenía sus posesiones a su sobrino nieto Arnoldus Revius en Amsterdam.
El cuarto niño, Theodora, nació póstumamente en 1674 y murió
sin hijos antes de 1734.
El hijo más joven del Sr. Arnoldus, a saber, Hendrick van Benthem, estaba en
1664 en Kampen nombrado organista en funciones de Bovenkerk y jugador de reloj
de la nueva torre, bajo su tío el Sr. Hendrick van Benthem el organista de la ciudad
van Kampen. Hendrick (el joven) se fue a Amsterdam en 1672 y
se convirtió en "asistente" allí. Él se menciona allí en 1684 como co-heredero de su
Tío Sr. Hendrick (cuyos seis hijos estaban todos sin descendencia antes
murió).
Hendrick (el joven) tuvo de su matrimonio en 1663 con Elisabeth van Ceulen
cuatro hijos, de los cuales la hija Cornelia se casó en 1701 en Amsterdam
el vendedor de vinos Jodocus Revius de Deventer. *
Esperamos volver al siguiente artículo con más detalle
las relaciones familiares entre los diversos relojes de organista Van Benthem
resp. en Nordhorn, Kampen y Zutphen, y los pastores (Van) Benthem
en Dwingelo y Rijssen. Por lo que se puede ver, las ramas de los organistas son
Van Benthem extinto (que en Kampen antes de 1684, y que en Amsterdam
en la primera mitad del siglo XVIII). Las ramas del pastor (Van) Benthem se fueron
sin embargo, una descendencia extensa, incluso ahora viva después, también en mujeres
línea, bajo los nombres de Benthem Reddingius y Benthem Sypkens. Este "estudiado"
familias con muchos predicadores y también médicos, especialmente en los cuatro
las provincias del norte de nuestro país no tienen ninguna importancia para Zutphen y
por lo tanto, permanecen fuera de consideración.
El fenómeno en sí mismo notable de los cinco organistas Van Benthem,
en tres generaciones, de las cuales dos en Zutphen han ganado casi medio siglo
parece que se sacó del olvido de esta manera de cualquier manera.
* nieto de Hendrick Reefsen, o Revius, compañero de Deventer, que era hermano del famoso teólogo-historiador y poeta Jacobus Revius.


---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- 


Hendrikje Everwijns van Bentheim,
Hendrica Everwins van Bentheim,
 
Parents 
Everwin van Bentheim ca 1560
Richter te Emlichheim,
Hendrika van Amsinck,
 
Married to Barend van Bentheim, Richter te Nordhorn 1587-1601 (Parents : M Christopher van Bentheim ca 1525-1600 ) childrens,
M Everwijn Barends van Bentheim 1608-1654  married to Margaretha Glasfort, 
children,
F Adelheid Everwijns van Bentheim married to Wenceslaus Osicius 1604-1658.


-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


twentsetaalbank.nl/docs/2007-OudArchiefOk



------------------------------------------------
Code: D GB 04
Titel A: Duitschland - graafschap Bentheim - Marke Frensdorf
Titel B: d gb duitsland - graafschap bentheim
Omschrijving:
Overdracht, gedaan voor Everwijn van Bentheim, grafelijk Bentheimsch richter en gograaf te Nordhorn en zijn keurnooten Henrich Balthazars en Claess von Lutteren, door Jan Wilmes en diens vrouw Anna,van het 1/4 deel ener maat genaamd het Sechoor, in de Vrenserper (=Frensdorfer) marke, gericht Nordhorn, ten behoeve van Herman Lubelei, burger te Neuenhaus, en zijn vrouw Clare Keller. Oorspr. 
perk., zegel v.d. richter verdwenen. 1645 Febr. 6, Nordhorn.
Charter aanwezig.
----------------------------------------------
Código: D GB 04
Título A: Alemania - Condado de Bentheim - Marke Frensdorf
Título B: d gb alemania - condado de bentheim
Descripción:
Traslado, hecho para Everwijn van Bentheim, el condiscentador Bentheimsch richter y gograaf en Nordhorn y sus compañeros de clase Henrich Balthazars y Claess von Lutteren, por Jan Wilmes y su esposa Anna, del 1/4 parte de una medida llamada Sechoor, en el Vrenserper (= Frensdorfer) marke, se dirigió a Nordhorn, en nombre de Herman Lubelei, ciudadano de Neuenhaus, y su esposa Clare Keller. Origen
perk., sello v.d. Richter desapareció. 1645 febrero. 6, Nordhorn.
Carta disponible.


---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


twentsetaalbank.nl/docs/2007-OudArchiefOk


Code: OmG - 365
Titel A: - 1652
Titel B: OmG - Denekamp II - Singraven
Omschrijving:
Getypye geschiedenis van Singraven van prof. dr. Karl Döhmann vertaald door W.H. Dingeldein. Tot 1652. 1 van 3 delen. 313 bladzijden. Inclusief (achterin) een genealogieoverzicht van de graven van Bentheim uit het huis Götterswick. Zie ook OmG 366 en 367 en 369 t/m 372. Zie ook gedrukte uitgave in de bibliotheek onder signatuur D7 D56 s 1934 en D7 D56 s 1948.
-------------
Código: OmG - 365
Título A: - 1652
Título B: OmG - Denekamp II - Singraven
Descripción:
Historia de Getypye de Singraven por el Dr. Karl Döhmann traducido por W.H. Dingeldein. Hasta 1652. 1 de 3 partes. 313 páginas. Incluyendo (en la parte posterior) una descripción general de la genealogía de los Condes de Bentheim de la casa Götterswick. Consulte también OmG 366 y 367 y 369 a 372. Consulte también la edición impresa en la biblioteca bajo la firma D7 D56 s 1934 y D7 D56 s 1948. 


--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------


de nederlandsche leeuw/1919-37/19/


 


Wapens Benthem. 
Er is een Overijsselsche famili e Benthem, waarto e o. a. behoor t D r A . Benthe m Gzn., die i n zijne geschiedenis va n Enschede zeer veel genealogisch materiaa l heeft vastgelegd omtren t Enschedesche en andere Twentsche families . Di t materiaa l heeft te meer waarde , om - d a t he t me t zor g en kenni s van personen en zaken is verzameld, nada t de bran d va n Enschede de bronnen voor een groo t deel verloren lie t gaan. Deze famili e voer t als wapen : doorsneden: boven bestrooid met 9 schijven, beneden een horizontaal geplaatst takje, met drie opwaarts gerichte eikels. Helmteeken : vlucht, waartusschen een eikel staande op een schijf. Soms worde n de schijven op een stempe l als ringe n aangegeven. Ui t de legende i n de familie , da t deze zou spruiten uit een jongeren zoon va n he t hui s Bentheim , die beneden zijn stand was getrouwd , en daaro m he t oude familiewape n der Bentheim' s (18 of 19 gouden besanten i n rood) half voerde, vermeerder d me t den t a k me t dé 3 eikels, zou moeten volgen da t i n de bovenhelft va n he t wape n Benthe m ook schrijven, nie t ringe n voorkomen. E r is no g een ande r geslacht Benthem geweest, waaruit langs vrouwelijk e lij n o. a. stammen Benthem Reddingius en Benthem bypkens. Di t was een gestudeerd geslacht me t vele predikanten, ook we l medici. I n de Boekzaa l der Geleerde Werel d 1779 bl . 624 kom t va n deze famili e een uitvoeri g overzicht voor , waaruit blijkt, da t zij den oudst bekenden voorvade r i n Nordhor n i n he t Bentheimsche vindt. Blijken s mededeeling va n een der Heeren Benthe m Reddingius aan D r A . Benthe m bovengenoemd, wer d he t wape n me t 9- schijven en den ta k me t 3 eikels ook i n die famili e Benthe m gevoerd. N u von d i k echter juis t va n die tweede famili e Benthem , en we l uit een Steenwijke r tak , een ander wapen, gevoerd door Henric Joan Benthem, med. d r en burgemeester aldaar . Di t wapen is eveneens doorsneden: boven 9 waaiervormig geplaatste korenaren, van het midden uitbuigende, beneden drie met de knoppen elkander kruisende doodsbeenderen, het onderste horizontaal. Op een afstand gezien gelijken de wapens we l iets op elkaar . I s he t laatste, dat. der predikantenfamilie , eene „vergeestelijking" va n . he t andere, me t een 17 e eeuwsche calvinistische verwijzin g naa r de herlevin g ui t den dood? Wi e wee t het ? Maa r eigenaardi g is, da t Rietsta p een wape n vermeld t va n eene famili e van Bentum, door hem i n Amsterda m aangetroffen, welk e voert: in groen drie gekruiste doodsbeenderen, twee als een St Andries-kruis, het derde daarboven en een, gouden korenaar komende uit elk der uiteinden. Wijs t dit op verwantschap? I n de Overijsselsche en Drentsche 17° eeuwsche registers wisselt bij dezelfde personen de spelling va n den naa m Benthe m af op bijna elke denkelijke wijze . Z i j loopt van : va n Bentheym , va n Benthem , va n Ben - t u m to t Benthem , Benthe , Bentu m en Bentem . I n Dieve r waa r no g Benthem' s wone n heeten deze i n den volksmon d nooit anders dan de Bente's . Binnenkor t hoop i k op he t oud-Drentsche Scholtengeslacht der van Benthem's uitvoerige r teru g te komen . 


M E . A . S. MIEDEMA .


-----------------------------


 de nederlandsche leeuw/1919-37/19/


 


Benthem armas.
Hay una Overijsselsche famili e Benthem, a la que pertenece. Benthe m Gzn., Quien en su historia de Enschede ha registrado una gran cantidad de material genealógico en torno a Enschedesche y otras familias Twente. Este material tiene mucho más valor, ya que se ha recopilado el cuidado y el conocimiento de las personas y las cosas, se han perdido muchas de las fuentes de Enschede. Esta familia se usaba como arma: seccionada: rociada con 9 discos en la parte superior, una rama colocada horizontalmente debajo, con tres bellotas apuntando hacia arriba. Signo de casco: vuelo, con una bellota parada en un disco. Algunas veces los discos están marcados como anillos en un sello. Según la leyenda de la familia, esto vendría de un hijo pequeño de la casa de Bentheim, que se casó por debajo de su cargo, y los viejos brazos familiares de los Bentheims (18 o 19 besanten de oro) en la mitad roja, aumentada por la rama con las 3 bellotas, debe seguir que la mitad superior de la armadura también estaba escrita, no prevenida. Ha habido otro género de Benthem, del cual hay líneas femeninas como Benthem Reddingius y Benthem bypkens. Este fue un género estudiado con muchos pastores, incluidos los médicos. En el libro del mundo académico d 1779 p. 624 Aparece una descripción completa de esta familia, que muestra que es el beneficio más antiguo conocido de Nordhor en Bentheimsche. Prueba de la comunicación de uno de Heeren Benthe m Reddingius a D r A. Antes de lo mencionado anteriormente, la armadura con 9 discos y la armadura con 3 bellotas también se alimentaron a la familia Benthe m. Sin embargo, usted es de la segunda familia Benthem, y nosotros somos de una sucursal Steenwijk, otra arma, dirigida por Henric Joan Benthem, med. d r y alcalde allí. Esta arma también se cruza: encima de 9 orejas de abanico dispuestas en forma de abanico, dobladas desde el centro, debajo de tres huesos muertos que se cruzan entre sí con los botones, la horizontal inferior. Visto desde la distancia, las armas son algo similares. Soy el último, eso. de la familia pastor, una "espiritualización" del otro, con una referencia calvinista del siglo XVII al renacimiento de la muerte? ¿Quién sabe? Pero es peculiar que Rietsta p a enumeró los brazos de una familia de Bentum, encontrada por él en Amsterda, que lleva: en verde tres huesos mortales cruzados, dos como una cruz de San Andrés, el tercero arriba y una mazorca de maíz dorada que sale de cada extremo. Señale esto al parentesco En los registros de Overijsselsche y Drentsche del siglo XVII, las mismas personas alternan la ortografía de Benthem en casi todas las formas decentes. de Bentum a Benthem, Benthe, Bentum y Bentem I n El hogar y la casa de Benthem nunca se llaman en el dinero nacional sino en el de Bente. El regreso integral de Drentsche Scholten género der van Benthem. 


ME. A. S. MIEDEMA.


-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Avez-vous des renseignements supplémentaires, des corrections ou des questions concernant Hendrica Hendrikje Henrica Everwijnsdr. Everwins von Bentheim-Steinfurt ,Duitse gravenhuis?
L'auteur de cette publication aimerait avoir de vos nouvelles!


Barre chronologique Hendrica Hendrikje Henrica Everwijnsdr. Everwins von Bentheim-Steinfurt ,Duitse gravenhuis

  Cette fonctionnalité n'est disponible que pour les navigateurs qui supportent Javascript.
Cliquez sur le nom pour plus d'information. Symboles utilisés: grootouders grand-parents   ouders parents   broers-zussen frères/soeurs   kinderen enfants

Ancêtres (et descendants) de Hendrica Hendrikje Henrica Everwijnsdr. Everwins von Bentheim-Steinfurt ,Duitse gravenhuis

Hendrica Hendrikje Henrica Everwijnsdr. Everwins von Bentheim-Steinfurt ,Duitse gravenhuis
1550-????

1598

Avec la recherche rapide, vous pouvez effectuer une recherche par nom, prénom suivi d'un nom de famille. Vous tapez quelques lettres (au moins 3) et une liste de noms personnels dans cette publication apparaîtra immédiatement. Plus de caractères saisis, plus précis seront les résultats. Cliquez sur le nom d'une personne pour accéder à la page de cette personne.

  • On ne fait pas de différence entre majuscules et minuscules.
  • Si vous n'êtes pas sûr du prénom ou de l'orthographe exacte, vous pouvez utiliser un astérisque (*). Exemple : "*ornelis de b*r" trouve à la fois "cornelis de boer" et "kornelis de buur".
  • Il est impossible d'introduire des caractères autres que ceux de l'alphabet (ni signes diacritiques tels que ö ou é).



Visualiser une autre relation

Les données affichées n'ont aucune source.

Sur le nom de famille Von Bentheim-Steinfurt ,Duitse gravenhuis


La publication Woudwyk Genealogía a été préparée par .contacter l'auteur
Lors de la copie des données de cet arbre généalogique, veuillez inclure une référence à l'origine:
Martin Woudwyk, "Woudwyk Genealogía", base de données, Généalogie Online (https://www.genealogieonline.nl/woudwyk-genealogia/I6018.php : consultée 26 septembre 2024), "Hendrica Hendrikje Henrica Everwijnsdr. Everwins von Bentheim-Steinfurt ,Duitse gravenhuis (1550-????)".