Les témoins: Gerardus Ignatius van Riemsdijck,
Il a/avait une relation avec Maria Elisabeth van de Broeck.
Enfant(s):
Oprichter van het Ravensteinse loterijfonds.
Johan Frans van Willigen, als advocaat-fiscaal één van de hoogste beambten van het Land van Ravenstein, richtte in 1729 de Ravensteinse Loterij op om extra inkomsten te genereren. Ofschoon de loterij in de naburige Republiek der zeven Verenigde Nederlanden verboden was, vonden de lootjes gretig aftrek bij met name de talrijke katholieke inwoners van de Republiek. Vanaf het begin werd de uitslag bekendgemaakt vanuit één van de ramen boven de Maaspoort. Met de opbrengst werd de bouw van de Luciakerk in Ravenstein gefinancierd, en daarna ook het onderhoud.
Toen de jezuïeten in 1752 wilden beginnen met een Latijnse School, leek de loterij de ideale wijze van financiering. De heer, keurvorst van Rijnland-Palts en Beieren, werkte mee door de oprichting van een Loterijfonds. Dit fonds werd gevoed vanuit de gelden die de vorst als recognitie ontving uit de Ravensteinse Loterij. Naast de Latijnse School bleef het van belang voor het onderhoud van de Luciakerk, de salariëring van de parochiegeestelijken en andere vrome en maatschappelijke doelen. Tot 1794 profiteerden ook andere plaatsen in Rijnland-Palts en Beieren van dit Ravensteinse fonds.
Van 1752 tot 1818 voerde een door de stad Ravenstein benoemde administrateur het beheer van het fonds. Aangezien vooral in de periode 1794-1818 veel onregelmatigs was voorgevallen, moest een door de koning benoemde administrateur voortaan de zaken regelen (Koninklijk Besluit, 7 mei 1818, nr 50), onder toezicht van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant. In de loop van de twintigste eeuw kwam het beheer van het fonds weer in lokale, Ravensteinse handen. Dit stichtingsbestuur bestaat nog steeds en ook is er nog steeds geld in kas voor Ravensteinse sociaal-culturele doelen.
Johan van Willigen was een echte weldoener. In 1732 bood hij de Reguliere Kanunnikessen van de H. Augustinus, die uit Nuenen waren verjaagd, onderdak op zijn landgoed in Deursen.
bron: bhic en J. Sluijters 'Klein historisch prentenboek'
Joan Franciscus van Willigen | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Maria Elisabeth van de Broeck |
Les données affichées n'ont aucune source.