Généalogie Van der Voet-Hooning » Les sources » 1820 huwelijk Emanuel Saltsher en Johanna Merkens

In het jaar 1820 den 8sten Mei des middags te 12 ure zijn voor ons Hewel van der Meer, President-burgemeester, Ambtenaar van den burgerlijken Stand der gemeente van Culenborg, Provincie Gelderland, gekompareerd: Emanuel Saltsher, oud 54 jaren, van beroep Smit, weduwenaar van Dirkje den Boer, geboren en woonachtig alhier ter stede, zoon van Benedictus Altsher en Anna Catharina Blatner, beiden alhier overleden, blijkens de ten dezen overgelegde akten, en Johanna Merkens, oud bijna 43 jaren, weduwe van Albertus Deenik, zonder beroep, geboren te Beest, en wonende binnen deze stad, dochter van Jan Merkens en Areke van Bergen, beiden, volgens overgelegde akten, overleden;
Welken ons verzocht hebben, het door hun voorgenomen huwelijk te voltrekken, waarvan de afkondigingen voor de hoofddeur van ons Raadhuis zijn geschied, namelijk: de eerste op den 23sten dag en de tweede op den 30sten dag van de maand April, beide zondagen, des middags ten 12 uren, dezes jaars 1820.
Geene verhindering tegen het gemelde huwelijk ter onzer kennis zijnde gebragt, hebben wij, aan hun verzoek voldoende, na voorlezing der voorgemelde stukken, alsmede van het zesde hoodstuk van den vijfden titel van het burgerlijke Wetboek, tot opschrift hebbende Van het huwelijk, ieder der aanstaande echtgenoten afgevraagd of zij elkander wederkerig tot man en tot vrouw wilde nemen, waarop door elk derzelven een toestemmend antwoord zijnde gegeven, verklaren wij, in naam der wet, dat Emanuel Saltsher en Johanna Merkens, door het huwelijk verbonden zijn, van het welk wij akte hebben opgemaakt, in tegenwoordigheid van Dirk van der Hooft, oud 56 jaren, particulier, als eerste getuige, Michiel Marlet, oud 73 jaren, stads deurwaarder, als tweede getuige, Jean George Marckelbach, oud 61 jaren, deurwaarder bij de Regtbank van eersten aanleg, te Gorinchem, als derde getuigeen Cornelis Deenik, oud 42 jaren, kledermaker, als vierde getuige, alle binnen deze stad woonachtig; - verklarende de drie eerste getuigen geene nabestaanden, door bloedverwantschap of aan huwelijken van partijen te zijn, terwijl de vierde getuige verklaarde te zijn behuwd broeder van de komparante bruid.
Voorts heeft voornoemde Emanuel Saltsher ons met Eede verklaard dat de plaats van het overlijden en die van de laatste woonstede zijner grootouders van vaders zijde en die van zijnen grootvader van moeders zijde hem onbekend zijn, zijnde deszelfs grootmoeder van moederszijde te Nijmegen overleden, ingevolge akte van bekendheid, daarvan voor den Heer Vrederegter van het kanton Nijmegen den vijfden dezer maand Mei gepasseerd en den zesden daaraanvolgende aldaar geregistreerd, ons alhier overgelegd; - gelijk mede door de gezegde Johanna Merkens ons Eede is bevestigd, haar de plaats van het overlijden en de laatste woonstede harer grootouders van vaderszijde niet bewust te zijn; zijnde voorts door de gezegde vier getuigen met eede geaffirmeerd en bevestigd, dat, ofschoon zij de bovengemelde Emanuel Saltsher en Johanna Merkens kennen, zij echter van de plaats van het overlijden en die van de laatste woonsteden der grootouders van vaders- en de grootvader van moeders-zijde van den eerstgenoemden en die van de grootvader van vaderszijde van de laatstgenoemde geene kennis dragen: -
En hebben de komparanten, benevens de getuigen, na voorleezing, deze akte met ons onderteekend.
E. Saltsherr
J Merkens
[...]

Culemborg huwelijken 1820, akte 3, scan 4/22