Il est marié avec Adelheid van Wolfratshausen.
Ils se sont mariés en l'an 1113.
Enfant(s):
voogd van Bamberg
Graaf van Sulzbach (vermeld vanaf 30 apr 1099). Hij verwerft bij zijn eerste huwelijk (met Adelheid van Lechsgemünd, weduwe van Markwart van Marquartstein en nadien van Ulrich van Pütten) de burcht Marquardtstein (ca. 1100). Hij is een der stichters van Kastl (12 mei 1102) en sticht voorts het klooster Berchtesdagen (1102-1105). Hij is de vervanger van zijn verwant Ekbert II van Vormbach in het graafschap Neuburg a/d Inn (1116). Hij bouwt de Flossenburg en doet rijke schenkingen aan het klooster Baumburg a/d Alz (ca. 1121), waar hij zijn op 24 feb ca. 1112 overleden eerste gemalin laat bijzetten. Hij doet, samen met zijn tweede gemalin, belangrijke schenkingen aan het door hun schoonzoon koning Konrad III sterk bevorderde Cisterciënserklooster Ebrach.
Berengarius II van Sulzbach (ca. 1080 - Kastl (Opper-Beieren), 1 december 1125) was een Duitse edelman in het begin van de twaalfde eeuw.
Berengarius was graaf van Sulzbach en Kastl, heer van Aibling en Ebbs, voogd van Michelfeld. Daarbij stichtte hij de kloosters van Kastl, Baumburg en Berchtesgaden. Berengarius was voortdurend in conflict met de markgraven van Cham over de macht in Cheb en omgeving. Ook had hij voortdurend conflicten met de aartsbisschop van Salzburg en andere bisschoppen.
Toen keizer Hendrik V de macht greep ten koste van zijn vader (1105), was Berengarius een van zijn belangrijkste adviseurs. Berengarius was legeraanvoerder van Hendrik tegen Bohemen, Hongarije en de opstandige Saksen. Ook nam hij deel aan de Italiaanse campagnes van Hendrik. In 1122 was hij een van de getuigen van het concordaat van Worms. In 1125 steunde hij de koningskeuze van Lotharius III van Supplinburg.
Berengarius is begraven in Baumburg.
Berengarius van Sulzbach en Flosse | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
1113 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Adelheid van Wolfratshausen |
Les données affichées n'ont aucune source.