Als 39-jarige vrijgezel maakt Pieter op 13 april 1586 een testament. Tot zijn erfgenamen benoemt hij de kinderen van zijn overleden broers Claes Jansz. Zon en Thonis Jansz. en van zijn overleden zus Grietgen, maar ook de kinderen van de nog levende broers Adriaen, Maerten en Jan en zussen Marritgen en Neeltgen. Bovendien krijgen Adriaen en de kinderen van Claes, Maerten en Jan elk 50 gulden als legaat en heeft zus Neeltgen haar leven lang het vruchtgebruik van het erfdeel van haar kinderen.
Voor zus Annitgen geldt een uitzondering: in plaats van haar erfdeel krijgt zij 400 car. gulden, uit te keren met 50 gulden per jaar.
Een jaar na zijn huwelijk maakt Pieter met zijn vrouw Marritgen Dircksdr. van Santen op 23 april 1588 een nieuw testament. Na het overlijden van de eerste van hen beiden, als er geen kinderen zijn, krijgt de langstlevende 1000 gulden en behoudt de hele boedel. De verdere goederen gaan naar de kant waarvan ze gekomen zijn. De arme weeskinderen in het weeshuis te Delft worden bedacht met een legaat van 100 gulden.
Op 17 september 1595 verkoopt Pieter Jansz. van Ruijven als man en voogd van Maritgen Dircxdr., samen met zijn zwager Dirck Dircxz. van Santen en namens hun (schoon)zus Ariaentgen Dircxdr., aan Adriaen Overschie Fransz. de helft van 17 hond hofland in Suidmade onder Hof van Delft.
Pieter en Marritgen maken op 31 mei 1597 opnieuw een testament waarbij ze hun huwelijkse voorwaarden herroepen en elkaar over en weer tot erfgenaam benoemen. Aan hun vier kinderen (en die nog mochten volgen) moet de langstlevende 5000 car. gulden uitkeren. (IK; stamboom geeft echter maar 3 kinderen)
Kinderen:
1. Trijntgen Pietersdr. van Ruyven, volgt Vllr.
2. Claes Pietersz. van Ruyven, volgt VIIs.
3. Maertgen Pietersdr. van Ruyven, volgt Vilt
Pieter Jansz. van Ruyven, geb. St. Pieter in de Vasten (21 -2-) 1547, koopman, korenkoper, regent van het weeshuis (1598), begr. Delft (O.K.) 1-8-1631, toen won. Oude Delft, tr. mei 1587 Maertge Dirxdr. van Santen, begr. Delft (O.K.) 8-1-1610, toen won. Oude Delft, dochter van Dirck Dircksz. van Santen, vroedschap en schepen van Delft, en Trijntje Claesdr. van ’tWout.
Voor het samenstellen van deze parenteel was ‘Geslacht-register van die van Eemskerck bijgenaemt van Beest etc. gemaekt door Iohan van Beest van Eemskerck Dircxzoon in den Iaere 1626’ (hierna te noemen ‘ms. Van Beest’) zeer belangwekkend.
Pieter wordt genoemd in het testament van zijn schoonzus Arentge Jans, gehuwd met broer Adriaen Jans