geb. naar schatting ca. 1575, leefde mogelijk in West-Barendrecht, tr. N.N. Een Huyg Hendricks was op 26-4-1620 te Barendrecht getuige bij de doop van een kind van Huijg Eewoutsz. en Beatrix Pieterse. Andere getuigen waren Maritge Jans, Andries Pieters, Willem Hermans, Ichie Jacobs en Adriaentje Maertens. Was laatstgenoemde misschien de vrouw van Huyg Hendricks? De onder I genoemde Huijg moet zonen Hendrick en Maerten hebben gehad; deze zouden dan naar hun beider grootvaders vernoemd kunnen zijn.
Het verpondingskohier over Barendrecht uit 1632 maakt melding van een Huijch Heijndrick Tijssen (onder: huysen aen dijck) en van een Huijch Pietersz. (onder: huijsen op de landen).
Vooralsnog valt het bij gebrek aan meer gegevens niet uit te maken of één van deze voornoemde personen identiek was met de oudst bekende voorvader van dit geslacht. In de rechterlijke archivalia van de Barendrechten (de oudste stukken van West-Barendrecht en Carnisse dateren van 1612; die van Oost-Barendrecht van 1626) werden geen akten gevonden die van belang lijken te zijn.
Enfant(s):