Cornelis Cornelisz Keesman fungeerde samen met andere mannen van goede gelove als getuige bij het opmaken van het testament van Rens Jansz en Grietien Pieter op 8 maart 1631.
Cornelis Cornelisz Keesman was poorter van Haringhuizen en woonde op de Hooghebiere. Dit is de oudste Keesman die wij vonden in een hyphotheekakte van 22 december 1638. Hij verkoopt daarbij aan Jan Jochems een stukje weiland gelegen in de banne van Haringhuizen met de Munke waijdt van Alckmoer ten westen, de kerk van Barsingerhorn ten noorden en Jan Gerrits ten oosten. Op 26 mei 1663 moest hij samen met Sijmen Pieterse voor Schout en Schepenen verschijnen omdat zij het recht van overpad aan Jan Arianse Benningbroeck met zijn vee hadden geweigerd.
Cornelis Cornelisz Keesman |