https://www.geni.com/people/Pieter-Fenenga/6000000025889185272?through=6000000025888940406
directeur ADM
https://www.openarch.nl/show.php?archive=nha&identifier=f395bcfa-3ff7-4eeb-a551-83454231fff4⟨=nl&six=27
Huwelijk op 25 februari 1909 te Amsterdam
Vader van de bruidegom
Pieter Fenenga
Moeder van de bruidegom
Matgaretha Imke Bengen
=
22
Bruidegom
Pieter Ruurd Fenenga, geboren te Amsterdam, 29 jaar oud, werktuigkundige van beroep38
Bruid
Jozina Bource, geboren te Kralingen, 29 jaar oud
=
Vader van de bruid
Charles Hypolitus Bource, tekenaar van beroep
Moeder van de bruid
Arentje Koning
Bronvermelding
Noord-Hollands Archief
Noord-Hollands Archief, BS Huwelijk
Amsterdam, 25 februari 1909, aktenummer Reg.6 fol. 50
https://www.geni.com/people/Pieter-Fenenga/6000000025889185272?through=6000000025888940406
Engels (standaard) bewerken | historiek
Pieter Ruurd Fenenga, in 1909 getrouwd met Josina Bource was in 1896 zijn loopbaan bij de Amsterdamse Droogdokmaatschappij begonnen als leerling. Na een paar jaar in het buitenland op de scheepswerven van Glasgow en Liverpool te hebben gewerkt keerde hij terug naar Amsterdam en vervolgde bij de Amsterdamsche Droogdokmaatschappij (ADM) z'n loopbaan waar hij in 1927 directeur werd en waar ook zijn schoonvader (Bource) al werkte. Bource kreeg er in 1932 een receptie aangeboden vanwege zijn 40-jarige loopbaan (Algemeen Handelsblad 7 januari 1932).
Fenenga woonde aan de Meeuwenlaan 21 in Amsterdam-Noord. Nogal wat familieleden van Koning en Bource hebben er ook geregistreerd gestaan, waaronder Johannes Diederik Charles Bource (geboren 17 april 1912 te Batavia) een zoon van een broer van zijn echtgenote Josina Bource, die in 1929 vanuit Batavia naar Amsterdam kwam. Ook haar broer Johannes Hendricus Leonardus Bource die in Nederlands-Indie werkte logeerde bij hen als hij met verlof naar Nederland kwam.
Fenenga gaf ook in de oorlogsjaren leiding aan de ADM, helaas met een duidelijke produitse koers. De ADM leverde oorlogsschepen aan de Duitsers en Fenenga werd na de oorlog verweten dat hij z'n personeel flink opjutte om maar zo snel mogelijk te kunnen leveren. Dat werd hem na de oorlog niet in dank afgenomen. In 1949 werd hij voor collaboratie aangeklaagd en in eerste instantie ook veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf waarvan acht maanden voorwaardelijk. Daarbij zou hij een boete moeten betalen van 15.000,- gulden en z'n ridderorde inleveren. Alle kranten schreven erover en het NIOD heeft de knipsels ervan bewaard. In hoger beroep werd de straf teruggebracht tot slechts 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar zonder geldboete en de ridderorde kreeg hij terug. Als verzachtende omstandigheid werd genoemd dat de scheepswerven in bezettingstijd in een zeer moeilijke positie hebben verkeerd. Kennelijk had men een aantal jaren na de oorlog er genoeg van om steeds maar met die oorlog bezig te zijn.
http://www.iisg.nl/ondernemers/pdf/pers-0470-02.pdf
http://www.niod.nl/sites/niod.nl/files/KnipselcollectieNIOD.pdf Fenenga, Pieter Ruurd KB I 2185 zie ook KB I 7759 (A.M. Versluijs), KB I 960 (J.D.Ph. Bouman)
Les données affichées n'ont aucune source.