Non, zuster Adèle.
TWEE NONNEN HELSLOOT
Twee jonge dochters van Theodorus Helsloot en Maria Bon besloten tot een religieus leven, Alida (Alie) en Anna (Annie). Als voorbeeld hadden zij hun tante Anna Helsloot (zr.Elisabeth Maria) die in Brits-Indië zich 35 jaren aan de missie wijdde en daar tot haar dood in 1939 bleef. Op 19-jarige leeftijd was ze in 1895 ingetreden in de Congregatie Zusters van de H. Maagd Maria.
Alida trad op 17-jarige leeftijd in bij de Congregatie van de Zusters van Liefde (van Onze Lieve Vrouwe van Barmhartigheid) onder de naam Theodoriana. Deze nonnenorde was gesticht in 1832 (Ned.Provincie) in Tilburg. Het arbeidsveld was onderwijs, zieken- en bejaardenzorg en maatschappelijk werk. In tien landen werd aan missie gedaan.
Het moederhuis staat aan de Oudendijk in Tilburg. Men bezit thans een groot kloosterarchief. Onder de titel Drie begijnen zijn begonnen is de geschiedenis in een gedenkboek beschreven van 1832 tot 1964
Het vertrek van de oudste dochter Alida gebeurde onder tranen van het gezin, alleen Alida wilde niet huilen. Zij vertelde dat ze als tienjarige besloten had met God te trouwen. Op dansles wilde ze daarom alleen met meisjes omgaan. ‘Jezus was mijn ideaal’ Elke non moest een belofte van armoede (geen bezit) afleggen. De regels waren streng. Zo mocht slechts een keer p.j. bezoek aan familie buiten het klooster worden afgelegd; toen hun moeder op sterven lag mochten ze tot diepe verdriet geen afscheid nemen want het quotum was verbruikt. Men droeg zwarte kledij en een hoofdkap, om het middel een grote rozenkrans. Bij het gekleed worden met het orde- habijt (intrede) in juni 1913 moest 400 gulden betaald worden; ter vergelijking: de dienstboden in Amsterdam kregen twee gulden per week plus kost en inwoning. Toen Alie 18 jaar werd op 22 juni kwamen de ouders naar Tilburg met honderd nogablokken voor alle novices (bij bezoek moest de familie in acht nemen dat er geen persoonlijke cadeaus werden gegeven wegens de gelofte van armoede maar dat voor het klooster iets werd gegeven).
Annie trad enkele jaren later in bij dezelfde orde onder de naam Adèle. Terwijl Alie wel moeite had met de regels (eens werd gevreesd dat zij het klooster zou verlaten, zij is ook nooit ‘moeder-overste’ geworden), ontwikkelde Annie zich tot een nauwgezette lerares. In de jaren ‘50 werd zij directrice van de huishoudschool (volgens de Wet op het Nijverheidsonderwijs, met nadruk op naaien en koken).
In de jaren’70 kwam een omslag in de orderegels: de kledij werd makkelijker en bezoek aan familie in Amsterdam werd toegestaan. Alie maakte er uitbundig gebruik van en vertoonde zich in een japon en reisde door het land. In 1970 vierde Annie (zr Adèle) haar 50-jarig kerkelijk bestaan en Alie (zr Theodorana) in 1973 het 60-jarige, behalve in St.Bernardus met de familie in een zaal van Artis te Amsterdam (familiebedrijf N.V.Marcanti).
Beide nonnen werden begraven op het RK kerkhof Sint Barbara in Amsterdam in een gemeenschappelijk graf van de Zusters van Liefde.
Petrus Nicolaas Helsloot (neef) - maart 2011
---------
Huishoudschool
Wanneer de Huishoudschool in 1951 haar deuren opent, is dat niet het begin van het onderwijs voor meisjes in Udenhout. Sinds de komst van de Zusters van Liefde in 1862 zijn er diverse cursussen gegeven, waar meisjes zich na de lagere school konden bekwamen in naaien, koken en andere huishoudelijke bezigheden. Langzaamaan kreeg dat een vastere vorm, totdat na de oorlog pastoor Karel Prinsen het initiatief nam om het VGLO (Voortgezet Lager Onderwijs) dat sinds 1948 bestond als een 7de klas na de lagere school, om te zetten naar een Huishoudschool van de NCB. Het is niet vreemd, dat hij daarvoor de Zusters van Liefde benaderde. Die kozen uit hun gelederen de ervaren 50-jarige zuster Adèle (Anna Maria Johanna Helsloot) om de nieuwe school op te bouwen. De school kreeg in de traditie van het Rijke Roomse leven de naam “Mater Christi”. De school had meteen in het eerste jaar al 140 leerlingen voor alle cursussen. De school kreeg steeds duidelijker een streekfunctie voor Biezenmortel, Cromvoirt, Helvoirt, Haaren, Oisterwijk, Enschot, Berkel en Tilburg-Heikant. De leerlingen van de Huishoudschool volgden eerst een primaire opleiding die twee jaar duurde. Daarna was er nog de mogelijkheid om een Assistenten-opleiding te volgen gedurende één jaar. Met een getuigschrift van die opleiding op zak kwam er een aantal beroepsopleidingen voor de meisjes in zicht: kinderverzorgster, hulpverpleegster, kraamverzorgster e.d. De jaarlijks terugkerende tentoonstelling van door leerlingen gemaakt producten groeide uit tot een begrip in Udenhout en omgeving, waar geregeld meer dan 1000 mensen op af kwamen. De oprichting van een scholengemeenschap voor LTO-LHNO-MAVO-agrarisch onderwijs in Tilburg in 1970 luidde het einde in van de Huishoudschool Mater Christi in Udenhout. De school koos voor opname in de nieuwe scholengemeenschap en hief zichzelf op per 1 augustus 1970.
[bron: wiki.regionaalarchieftilburg.nl/Huishoudschool]
Zuster Adèle belast met opbouw van een huishoudschool.
De oorlog is er waarschijnlijk de oorzaak van geweest dat het tot 1949 duurde, voordat de Udenhoutse gemeenteraad besloot tot oprichting van een volledige school. Daaraan voorafgaand was er in 1948 een VGLO gekomen waar meisjes in aansluiting op de 6e klas van de lagere school wat langer konden leren, de 7e klas. Pastoor C. Prinsen vatte het plan op om voor de omzetting van deze VGLO-school naar een huishoudschool de Zusters van Liefde te benaderen. Hij arrangeerde een persoonlijke ontmoeting waarin hij deze kwestie besprak. Het bleek een vruchtbaar gesprek want de Zusters van Liefde accepteerden de uitnodiging en gingen in eigen kring op zoek naar een directrice die ze met de opbouw van deze nieuwe school konden belasten. De keuze viel op zuster Adèle (Anna Maria Johanna Helsloot). Deze geboren Amsterdamse was sinds 1926 al op diverse scholen actief geweest en werkte op dat moment in ‘s-Hertogenbosch. Ze was 50 jaar toen ze de nieuwe functie in Udenhout aanvaardde. De school kreeg in de traditie van het rijke roomse leven de naam “Mater Christi”. Er is een soort van dagboek, of misschien is memoriaal een beter woord, waarin per jaar aantekeningen over de gebeurtenissen op deze school een plaats kregen. Over de opening van de huishoudschool staat het volgende geschreven: Op 3 September 1951 werd de Huishoudschool geopend met 34 1e jaars Primairen en 20 2e jaars Primairen. Leerkrachten: Zuster Walteria (naaldvakken), zuster Ancilla (AVO), juffr. Zijlmans (koken, huishouden, wasbehandeling) en zuster Adèle (naaldvakken) als directrice. Wat de lokalen en de inventaris betreft moeten we ons nog erg behelpen, enkele lokalen zijn gehuurd van de lagere school, één lokaal in het patronaatsgebouw, één in het gemeentehuis. We snakken naar de nieuwe school… Verderop lezen we: Er zijn twee naailokalen, verder ‘n huishoud- was- en strijklokaal alles zeer primitief, er is maar één gootsteen, met alles erg behelpen. De keuken ligt 5 min. van de school, achter het Gemeentehuis er is geen provisie, ook geen gang om de kleren op te hangen, alles in de keuken. Het AVO-lokaal is ‘n vergaderlokaaltje van het parochiehuis, er staan afgedankte bankjes in van de Lagere school.
[bron: wiki.regionaalarchieftilburg.nl/Zuster_Adele_Helsloot]