Deze Houtwaalderweg is hetzelfde als de Oetwaalderweg echter deze weg viel toentertijd onder twee jurisdicties. Het noordelijke deel viel onder Amsterdam, het zuidelijke deel onder Nieuwer-Amstel.
Amstelveensweg bij het Torentje
Impost op begraven fl. 30,- (!).
Il est marié avec Gertrudis Hendriks Niemer.
L'autorisation pour le mariage a été obtenu le 3 novembre 1735 à Amsterdam.Source 2
Ils se sont mariés novembre 1735 à Amsterveen, il avait 23 ans.Enfant(s):
Naam ook Harmanus of Manus.
NB DEZE DOOP IS ARBITRAIR!
GEDOOPT IS ''MAES SIVE THOMAS'="MAES OOK WEL THOMAS", EN DIT IS DUS NIET HERMANUS.
ER IS ECHTER GEEN HERMANUS ROND 1712 TE VINDEN IN HET RK DOOPBOEK VAN VIANEN.
ZOU ZIJN NAAM VAN MAES NAAR MANES VERANDERD ZIJN?
Op 29 november 1738 laten Hermanus en Truijtje een borgtocht vastleggen om aan de Houtwaalderweg te Amsterveen (Nieuwer-Amstel) te kunnen gaan wonen. Borgen zijn Jan Bitterlo en Hendrik Rewinckel. Transcriptie (niet geheel correct):
"N 249
Acte van Borgtogt
ten behoeve
Harmanus Helsloot
en vrouw
Op Huijden den 29 november 1738
compareerden voor mij Mr.Johanns Beukelaar nots & a
D heer Jan Bitterlo woonende op de princegragt
bij de Weesperstraat & monsieur Hendrik Rewinkel
woont als boven.
Te kennis gevende dat Harmanus Helsloot
en Trijntje Nimer Egteluijden haar metter
woon souden begeven op de Houtwaalderweg
onder de geregt van Amsterveen en dat hun
sulx niet en kan vergunt worden ten sij sij al voorns
bonden te stelle Cauti, dat zij oft haar kindren
bij haar overlijden haar kind oft kinderen in armoede
vervallende, nogt tot Lasten van den voorsz dorpe
van Amsterveen soude komen, en om aan die
nootsakelijkhijt te voldan, so verklaaerden sij
Leuyten sigh so te samen, als elk in het
bijsonder, onder renntiatie van de beneschen
ordinis Dwikonis et Excussionis, (de kragt
en Juhoudn van dien haaa eonjt, door mij
notaris ten volle onderrigt houdende) haar
selve selve. Ten behoeve van den gregte of arm
meesters van Amsterdam voor de gemelde
Harmanus Helsloot en huijser te stelle tot
borgh als principale, belovende in dien deselve
in armoede mogte vervallen den selve geregte
oft dorpe van amsterdan van Laften van onderhout met
desselfs gevolgen, en aankleven van die ten allen
tijde te sullen Indemneern en bevajde, en dat
vrij kost en schadeloos onder verband als
na regte. Aldus gepasseert binnen
Amsterdam ter presentie van Jacobus
Buys en Jacob Itesch als getuijgen.
Jan Bitterloo
Hendrik Rewinckel
J. Buijs
J. Itesch
Joh. Beukelaar "
Hermanus woonde sinds 1741 op de boerderij Overveld aan de Amstelveenseweg. Hij kocht hoeve en weiland in 1751. De boerderij bleef in de familie tot 1913 toen het gesloopt werd. De plek is op het huidige Stadionplein tegenover het Olympisch Stadion in Amsterdam.
In 1742 laat hij een testament opmaken van beneden de 4.000 gulden.
Naar aanleiding van het overlijden van Truijtje Niemer laat hij wederom zijn testament opmaken Hieruit blijkt dat zijn boedel een waarde had van onder de 20.000 gulden (en boven de 2.000).
Attestatie/verklaring 1756:
"Heden, den 17 december 1756 Compareerden voor mij Mr. Joh. Beukelaar, notaris
Hermanus Helsloot en Jan de Wit huijtluijden en beide woonagtig naast de Andere op de amstelveense weg tans zijnde binnen deze stad, van competente Ouderdommen.
Ende hebben ter versoecke van Lambert van Kampen getuijgt en verklaart voor de waarheidt.
Dat de Rooye Vaars, die de regt haan getuijgt heeft verhaalt, dat Cornelis de Man, Veenschipper Noorden aan hem Regt hadde verkogt of verruijlt, waar voor hij de man weegens de tans grasserende ziekte had ingestaan en welk heeft hij Regt aan degeen Hendrik Blavier heeft verkogt, in ’t land van hem eerste getuijge op de voornoemde Amstelveense weg heeft gelopen, en aldaar den 28 October laatsleden is beginnen sieck te worden en den 5e november
daar aan volgende aan de voorn(oemde “ziekte”is gestorven, en dat ook nog drie andere beesten (voor of van) dezelfde vaars en daarna nog meer beesten in ’t zelfde land aan de gemelde ziekte gestorven zijn. Geven voor redenen van wetenschap dat zij getuijgen wonende als boven naast den andere de gemelde beesten genoegzaam dagelijks hebben gezien. Zo wel in den selven ziekte als na dat die gestorven waren, en dat de tweede getuijgt, de rooije vaars heeft gevilt en de eerste getuijge hetzelve heeft zien doen, presenteerende zij getuijgen de waarheit deezelve
Met Eede te bevestigen.
Gepasseert in Amsterdam ten presente van WIlhelmus Boom en Willem de Wolff als getuigen
Dit merk (groot plus teken) gestelt bij
Hermanus Helsloot
Jan de Wit (handtekeningen)
Wilhelmus Boom
Willem de Wolff
Beukelaer (notaris)"
Het gaat om rooie koeien die op het land van Hermanus stonden en gestorven zijn aan een ziekte en vervolgens gevild zijn door de buurman en Hermanus. Die koeien waren eerst van Cornelis de Man en daarna van Hendrik Blavier. De rol van Lambert van Kampen is mij niet duidelijk.
6 mei 1763: Getuigen verklaren dat de vorig jaar door Hermanus gekochte roodbonte koe aan de grasserende ziekte is overleden
Op 23 mei 1765 laat Cornelis Aartse Zwezerijn zijn testament vastleggen.
Als voogd wordt Hermanus genoemd. Bijzonder detail is de achterkleinkinderen van Cornelis (Alida de Ruiter) en Hermanus (Theodorus Helsloot 1801) in 1828 met elkaar zullen trouwen.
Op 15 juni 1765 is de akte opgemaakt wegens het huwelijk van schoonzus Johanna Gijse van Schaaijk met Barend de Man. Hermanus was met een andere, de voogd over de kinderen van Jannetje na het overlijden van Adrianus (zie erfenis: 300 gulden voor de minderjarige kinderen mede tbv de opvoeding). In deze akte wordt vermeld dat na de ondertrouw de voogdij opgeheven wordt.
In 1774 ontvangt Geesje Helsloot, dochter van Arie en Jannetje van Schaijk haar erfenis van 300 gulden en dan is Hermanus Helsloot samen met IJsbrand Akerboom (deze rijke schuitenmaker (had een schuitenmakerij aan de Boerenwetering) kom ik vaker tegen in relatie tot Hermanus) aanwezig. Uit een notariële akte uit 1774. (bron: Monique A.F. Peters)
Hermanus Helsloot | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1735 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gertrudis Hendriks Niemer |