Il est marié avec Maria Floris Sul.
Ils se sont mariés à l'église le 18 mai 1783 à R.K. Kerk Emmeloord, Schokland.
Enfant(s):
Hij geldt op Schokland als een van de aanzienlijkste bewoners. Hij is lid van het kerkbestuur geweest en tijdens twee periodes is hij een van de ’burgemeesters (1805-1807 en in 1810) op Emmeloord.’
Hij wordt er nogal eens op uit gezonden om bepaalde zaken tot een oplossing te brengen. In 1802 is er een groot tekort aan kerkgoed. Albert en Jan (Bruinsen) Klappe worden met een door pastoor Doorenweerd geschreven bedelbrief op pad gestuurd langsde pastorieen van Amsterdam.
In 1805 wordt hij weer naar Amsterdam gestuurd, ditmaal om bij vermogende katholieken geld te vragen voor de reparatie van de kerk. In Amsterdam vertrouwt men hen niet. Ze halen slechts f70,00 op. Na aftrek van de reiskosten blijft er 37 gulden over.
Sommige Schokkers houden een koe of een geit. Voor het houden van rundvee moet echter belasting worden betaald. Dat lukt een aantal burgers niet. Hun vee dreigt verkocht te worden. O.a. Albert wordt daarop naar de Ontvanger der Belasting te Kampen gestuurd om hierover te onderhandelen. Deze stuurt hen door naar de Landdrost in Zwolle. Het lukt hem de heffing ongedaan te maken.
Op zondag 11 augustus 1805 wordt een gerechtelijke vergadering gehouden door de Schout en de Burgemeesters. Albert, een van hen, dient een klacht in tegen de gebroeders Herm en Jacob (Dirks) Net, omdat zij hem hebben uitgescholden voor landopeter. ’Ook zouden ze gezegd hebben dat als burgemeester Toeter aanwezig zou zijn bij het zetten van de verplaatste bakloos, dat zij hem dan voor de kop zouden slaan.’ Herm herinnert het zich niet, maar nader aan de tand gevoeld, bekent hij het wel gezegdtehebben, maar in drift. Hij herroept het gezegde en verklaart de burgemeester in deze voor een eerlijk en braaf man. Omdat beiden niet kunnen schrijven, zetten ze een kruisje als handmerk onder de verklaring. Voor burgemeester Albert Toeter is deaantasting van zijn eer en goede naam evenwel nog niet volledig ongedaan gemaakt. Hij vraagt herstel van zijn eer, aflezing van het bovengestelde of voor beiden een boete van 6 gulden (Het Schokker Erf 5).
In 1805 zet hij zich als burgemeester in om de definitieve bedijking van Emmeloord wat gunstiger voor de bewoners te doen uitvallen: het kost toch al veel geld, dan kan er nog wel wat bij om wat meer met de bevolking rekening te houden (Het SchokkerErf 62).
[Bron: "Het product Nico Kwakman", Alice Garritsen 2008]
Albert Alberts Toeter | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1783 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Maria Floris Sul |
Les données affichées n'ont aucune source.