(1) Il est marié avec Gunhilda van Denemarken.
Ils se sont mariés en l'an 1036, il avait 18 ans.
Enfant(s):
(2) Il est marié avec Agnes van Poitou.
Ils se sont mariés en l'an 1043 à Ingelheim, il avait 25 ans.
Enfant(s):
Hendrik III (28 oktober 1017 - kasteel Bodfeld in de Harz, 5 oktober 1056), bijgenaamd de Vrome of de Zwarte, was keizer van het Heilige Roomse Rijk. Zijn politiek stond onder invloed van de kerkhervormingen van zijn tijd. Hij streefde naar een staat die was gebaseerd op het daadwerkelijk in de praktijk brengen van godsdienstige uitgangspunten, centraal geleid door de vorst met ondersteuning door de Kerk (wat een theocratie zou kunnen worden genoemd). Om zijn doelen te bereiken zette Hendrik zich in voor de versterking van de Kerk en van de rol van de paus. Daardoor, door de versterking van de politieke rol van de bisschoppen en door de oplopende spanningen met de adel, schiep Hendrik de omstandigheden die mede leidden tot de burgeroorlogen die de regering van zijn zoon, keizer Hendrik IV, zouden teisteren.
Hendrik werd in 1017 geboren als zoon van Koenraad de Oudere, de latere keizer Koenraad II en Gisela van Zwaben. Zijn jongere zusters Beatrix (ca. 1020-1036) en Mathilde (1025-1034) stierven jong. Hendriks vader stamde uit een vooraanstaand Rijnfrankisch adelsgeslacht, dat al generaties lang bezit en grafelijke rechten had in de regio rondom Worms en Speyer; ook was Koenraad de achterkleinzoon van de in 955 tijdens de Slag op het Lechveld gevallen Koenraad de Rode en via diens vrouw Liutgard verwant aan de Ottonen. Hendriks moeder Gisela was al twee keer eerder getrouwd geweest en beide keren weduwe geworden. Haar vader Herman II van Zwaben had in 1002 tevergeefs aanspraak gemaakt op de Duitse koningstroon. Gisela's moeder Gerberga was een dochter van de Bourgondische koning Koenraad III en een kleindochter van de West-Frankische laat-Karolingische heerser Lodewijk IV. Zijn stamboom was dus prima op orde. Toch viel Hendriks geboorte op een moment dat de Salische familie zich in een moeilijke situatie bevond. Slechts twee maanden voor zijn geboorte was zijn vader Koenraad in een bloedige vete betrokken geraakt, waarbij hij alleen op familie en vrienden kon vertrouwen. De relatie tussen Koenraad en keizer Hendrik II was gespannen. Door Koenraads huwelijk met Gisela van Zwaben, volgens de toenmalige maatstaven een huwelijk tussen twee bloedverwanten, werd hem de keizerlijke "gunst" ontnomen. De situatie was in eerste instantie zodanig dat het nog maar de vraag was of Koenraad wel hertog kon worden.
Hendrik werd opgevoed door de hofkapelaan Wipo en door de bisschoppen van Augsburg en Freising. Onder hun invloed ontwikkelde hij zich tot een vrome jongeman en maakte hij vrede en gerechtigheid tot zijn idealen. Hij volgde zijn vader op als hertog Hendrik de Zesde van Beieren in 1027 en toen zijn vader tot keizer werd gekroond in 1028, werd Hendrik in Aken tot medekoning van Duitsland gekroond. Hij werd ondanks zijn jonge leeftijd al snel een belangrijke adviseur van zijn vader. In 1031 onderhandelde hij, veertien jaar oud, over een vrede met Hongarije. Hendrik had een ernstig conflict met zijn vader toen hij niet wilde instemmen met de bestraffing van Adalbero van Eppenstein, de opstandige markgraaf van Karinthië, en daarbij duidelijk werd dat de adel het standpunt van Hendrik volgde. Hendrik werd in 1038 (als Hendrik de Eerste) ook hertog van Zwaben, na de dood van Herman IV van Zwaben, en in 1039 hertog van Karinthië na de dood van Koenraad II van Karinthië.
Hendrik stierf tijdens een heftige aanval van jicht. Hij werd begraven in de dom van Speyer.
Het is duidelijk dat Hendrik een van de machtigste keizers van het Heilige Roomse Rijk is geweest. Opstandige edelen wist hij te bedwingen en hij bestuurde met steun van een klasse van trouwe en bekwame bisschoppen en ministerialen. Zijn macht in het noorden en midden van Italië was onbetwist en hij had de Kerk sterker gemaakt en aan hem gebonden. De oostelijke buurstaten van Duitsland waren allemaal aan hem ondergeschikt. Traditioneel wordt hij als een van de grootste van de Duitse keizers beschouwd. Dat hij op relatief jonge leeftijd overleed, voordat hij de veranderingen van het bestuur volledig had kunnen doorzetten en het rijk in goede orde aan een volwassen zoon kon overdragen, wordt in die visie als een regelrechte ramp beschouwd. Hierdoor zou een kans verloren zijn gegaan om een machtig Duits keizerrijk te vestigen dat de eeuwen had kunnen doorstaan.
De moderne visie op Hendrik is genuanceerder: zijn nieuwe binnenlands bestuur zorgde voor steeds oplopende spanning met de adel, en door de Kerk te versterken en steeds meer op de Kerk te vertrouwen, creëerde Hendrik een kracht die op een gegeven moment niet meer te controleren zou zijn. Volgens die redenering had Hendrik zelf de gevolgen daarvan ondervonden als hij langer had geleefd.
Hendrik was in 1036 getrouwd met Gunhilde van Denemarken (1019-1038), dochter van koning Knoet II van Denemarken. Hendrik zou veel van haar hebben gehouden. Ze overleed op jonge leeftijd in Italië, aan malaria. Hendrik en Gunhilde hadden een dochter:
Beatrix, (1037-1061), abdis van de abdijen van Quedlinburg en Gandersheim
In 1043 trouwde Hendrik met Agnes van Poitou, dochter van hertog Willem V van Aquitanië. Zij kregen de volgende kinderen:
Mathilde (1045 - Goslar, 1060), huwde in 1059 met graaf Rudolf van Rheinfelden (-1080)
Adelheid (1046/7 - 1096), abdis van de abdijen van Quedlinburg en Gandersheim
Gisela (ca. 1048 - 1053)
Hendrik IV (Goslar, 1050 - 1106), troonopvolger
Koenraad II van Beieren (Regensburg, 1052 - 1055)
Judith (Goslar, 1054 -), die huwde met koning Salomo van Hongarije (1052-1087) en met hertog Wladislaus I Herman van Polen (1043-1102).
Hendrik zou nog een buitenechtelijke dochter hebben gehad: Adela, getrouwd met Wolfram van Enzberg, moeder van bisschop Johan van Speyer.
Hendrik Iii van Duitsland | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) 1036 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gunhilda van Denemarken | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) 1043 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Agnes van Poitou |