Family tree Van der Waal » johannes benedictus van HEUTSZ (1851-1924)

Personal data johannes benedictus van HEUTSZ 


Household of johannes benedictus van HEUTSZ

He is married to maria henriette van der ZWAAN.

They got married on March 20, 1877 at soerabaja ned., India, he was 26 years old.


Child(ren):

  1. henri van HEUTSZ  1894-1944


Notes about johannes benedictus van HEUTSZ

Luitenant-generaal, gouverneur-generaal van Nederlands-Indië

Biografie

Vroege loopbaan
Van Heutsz werd geboren te Coevorden. Op 10 april 1867 trad hij in dienst als vrijwilliger bij het instructiebataljon in Kampen,[2] waarna hij op 13 augustus 1872 werd benoemd tot tweede luitenant bij het zesde regiment infanterie te Breda.[2] Hij was vanaf 1873 actief in Nederlands-Indië. Hier werd hij op 8 augustus 1876 benoemd tot eerste luitenant.[2] In 1881 keerde hij terug naar Nederland om daar een opleiding te volgen aan de Krijgsschool in Den Haag. Na afronding van deze opleiding eind1883 keerde hij terug naar Nederlands-Indië. Op 5 augustus 1889 werd hij benoemd tot Chef van de Staf op Atjeh.[2] In 1898 werd hij benoemd tot Gouverneur van Atjeh (Noord-Sumatra).
Campagne in Atjeh
De campagne in Atjeh tegen 'de opstandelingen' - vrijheidsstrijders - was voor 1870 uitgelopen op een regelrechte ramp. De eerste inval (de eerste Atjeh-oorlog) in 1873 was een rechtstreekse mislukking en bij de tweede inval in december 1873 (de tweede Atjeh-oorlog) werd weliswaar Kota Radja (Banda Atjeh) bezet, maar dit hield niet in dat de rest van de bevolking zich onderworpen achtte aan het Nederlandse gezag, integendeel.
Als reactie op de diverse guerrillaaanvallen vanuit de bevolking besloten de Nederlanders een forten-stelsel aan te leggen om daar vanuit het opstandige Atjeh te 'pacificeren'. De forten werden een welkom doel voor guerrilla-aanvallen.
Van Heutsz boog vanaf 1898, geadviseerd door Christiaan Snouck Hurgronje, de Nederlandse strategie om tot een actieve en agressieve contra-guerrilla. Er volgde een versterking van het elitekorps 'Korps Marechaussee te voet', een betere bewapening, en een niet aflatende, harde veldtocht om de rebellen te 'tuchtigen'. Dit alles gecombineerd met wat tegenwoordig een 'hearts and minds' campagne genoemd zou worden, zorgde eindelijk voor de door de Nederlanders zo gewenste rust, hoewel 'incidenten' voortduurden tot aan 1942 toen Nederlands-Indië werd bezet door Japan.
Officier en commandeur
Van Heutsz ontving op 12 november 1875 de Militaire Willems-Orde IVe klasse, werd in 1897 Officier, in 1899 Commandeur en kreeg in 1903 zelfs het Grootkruis van deze orde. Daarmee is hij één van de hoogst onderscheiden militairen in de Nederlandse geschiedenis.Zie: lijst van Grootkruisen in de Militaire Willems-Orde.
Maar de echte beloning voor de pacificatie van Atjeh was in 1904 wat in Den Haag, vanwege de hoge inkomsten, de "Grote Prijs" heette: de post van Gouverneur-Generaal van Nederlands-Indië. Residerend in Buitenzorg wist hij het Nederlands gezag in de buitengewesten aanzienlijk te versterken. Zijn bewind werd daarbij gekenmerkt door reorganisatie van het algemeen en gewestelijk bestuur, herstel van de economie, vernieuwingen in het volksonderwijs en emancipatie van de bevolking.
In patria waren intussen de gruwelen doorgedrongen, waarmee Van Heutsz en vooral Gotfried Coenraad Ernst van Daalen hun gezag hadden gevestigd. Van Heutsz was gedwongen om Van Daalen, die hem in Atjeh was opgevolgd als gouverneur en een bloedige 'veldtocht' had ondernomen, te ontslaan.
Van Heutsz genoot de bewondering en sympathie van koningin Wilhelmina, die hem na zijn ambtstermijn in 1910 benoemde tot adjudant-generaal. Een eretitel; de toekomst van de generaal lag in het bedrijfsleven. Maar hij maakte zich ook verdienstelijk voor de gemeenschap als medeoprichter van het Koloniaal Museum, nu Tropenmuseum, te Amsterdam.
Oude dag en overlijden

Bijzetting in het mausoleum
Op zijn oude dag was hij in 1918 nog eenmaal dicht bij het wereldnieuws. Op uitnodiging van de Duitse strijdkrachten verbleef hij van 5 tot 9 november van dat jaar in het Duitse hoofdkwartier te Spa. Op 8 november lunchte hij daar met keizer WilhelmII.
In de vroege ochtend van 10 november reed de keizer per auto van Spa naar Eijsden, waar hij politiek asiel in Nederland aanvroeg en kreeg. Bemoeienis hiermee van de adjudant-generaal van de koningin is altijd door alle betrokkenen ontkend. Zijn aanwezigheid in Spa ten tijde van het instorten van het Keizerrijk zou toeval zijn geweest.
Van Heutsz overleed op 11 juli 1924 en werd op maandag 14 juli 1924 om half drie begraven[2] op het Kerkhof Clarens, nabij Montreux.[1] Op donderdag 9 juni 1927 om twee uur werd hij bijgezet in het mausoleum op de Nieuwe Oosterbegraafplaats in Amsterdam. Hij kreeg hierbij als enige niet-koninklijke persoon een staatsbegrafenis.
Monumenten in Nederland

Amsterdam

Monument in Amsterdam bij de onthulling in 1935
Op de Nieuwe Oosterbegraafplaats bevindt zich een praalgraf voor Van Heutsz.
In Amsterdam-Zuid, aan de Apollolaan, werd op 15 juni 1935 het Van Heutsz-monument onthuld, door Koningin Wilhelmina. Het monument heeft vanaf de onthulling veel kritiek gehad. Zelfs de zoon van Van Heutsz, Johan Bastiaan van Heutsz Jr. schreef op 16 juni 1943 hierover in een brief aan de Amsterdamse burgemeester Edward Voûte dat hij het monument een aanfluiting vond en het liever verwijderd zag. Het monument bestond uit een groot vrouwspersoon op een sokkel met daaronder een buste van Van Heutsz, hierdoor vond hij de persoon van zijn vader met zijn "heldendaden" te weinig tot uitdrukking komen. J.B. van Heutsz Jr. had zich als lid van de Waffen-SS gemeld, en werd hier Sturmbannführer der Waffen-SS, op 28 april 1945 kwam hij in Zuid-Duitsland bij oorlogshandelingen om het leven.
Nadat het monument een aantal keer is vernield, is het in 2004 omgedoopt in Monument Indië-Nederland. De verwijzingen naar Van Heutsz zijn verwijderd.
Coevorden

Borstbeeld in zijn geboorteplaats Coevorden
In zijn geboorteplaats Coevorden is een park naar hem vernoemd en bevindt zich bovendien een borstbeeld dat is vervaardigd door beeldhouwer August Falise uit Wageningen in opdracht van de Koninlijken Bond van Ridders der Militaire Willemsorde beneden den rang van Officier.[3] Het beeld is op 8 juli 1933 onthuld door Hendrik van Mecklenburg-Schwerin.
Op 9 april 1965 plaatsten Alard van Lenthe en Relus ter Beek, redacteuren van de Rooie Drentse Courant, bij dit beeld een bord met daarop de tekst: Ontslapen onder het hakenkruis; gesneuveld bij het uitmoorden van het 39ste Atjehse dorp; bij het verkrachten van de 79ste Atjehse vrouw; om het geschokte vertrouwen van het Ned.-Indische bestuur opnieuw te funderen. De dochter van Van Heutsz diende hierop een aanklacht tegen Van Lenthe en Ter Beek in. Zij werden veroordeeld tot het betalen van eenboete van 50 gulden.[4]
Op donderdag 17 september 2009 werd het beeld van zijn sokkel tegenover het gemeentehuis gehaald waarop het tot die tijd had gestaan. Hierna werd het opnieuw geplaatst op een locatie aan de haven. Hierdoor staat het beeld dichtbij het geboortehuis van Van Heutsz. De oorspronkelijke sokkel met tekst is afgevoerd en waarschijnlijk vernietigd.[3] Een nieuwe sokkel met tekst draagt nu het beeld.
Op 17 of 18 oktober 2009 is het monument van Van Heutsz beschadigd. Met een beitel of een soortgelijk voorwerp is de naam van Van Heutsz onleesbaar gemaakt en is Atjeh in de sokkel gekerfd.[5]
Arnhem
In Arnhem, op het landgoed Bronbeek, staat een levensgrote buste.
Monumenten in Indonesië

Monument in Jakarta (Batavia)

Monument in Banda Atjeh in 1932
De monumenten die in Indonesië werden opgericht voor van Heutsz zijn inmiddels allemaal verdwenen.
Jakarta (Batavia)
Ook in Jakarta werd een monument opgericht. Een lange stoet mensen loopt achter een olifant aan. Op de zuil staat de naam van Van Heutsz.
Banda Atjeh (Kotaradja)
In 1932 werd een monument onthuld in Banda Atjeh, dat bestond uit een sokkel met buste. De buste van Van Heutsz werd tijdens de Tweede Wereldoorlog door de bevolking van Kotaradja van de sokkel gehaald en voor de Japanners verborgen gehouden. Na de soevereiniteitsoverdracht werd het beeld aan Nederland teruggegeven. Dit beeld staat tegenwoordig op het landgoed Bronbeek (Arnhem).
Regiment

Het tegenwoordige Regiment Van Heutsz is vernoemd naar de generaal. Het is de opvolger van het KNIL en zet de tradities van dat leger voort. Ook draagt het de tradities van het NDVN, Nederlands Detachement Verenigde Naties, dat in de Koreaoorlog vocht. Het Regiment Van Heutsz bestaat tegenwoordig uit het 12e Infanteriebataljon Luchtmobiel (AASLT) en de 11e Luchtverdedigingscompagnie 'Samarinda'. Er bestaat ook een Van Heutsz-mars.

eutsz, Joannes Benedictus van, militair bevelhebber en gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indië (Coevorden 3-2-1851 - Montreux 11-7-1924). Zoon van Joannes Franciscus van Heutsz, artillerie-officier, en Maria Lucilla Koeken. Gehuwd op 20-3-1877 met Maria Henriette van der Zwaan. Uit dat huwelijk werden 4 zoons en 2 dochters geboren.

Anders dan zijn grootvader en vader werd Van Heutsz geen officier bij de artillerie. Als gevolg van financiële moeilijkheden kreeg hij namelijk niet de vooropleiding die nodig was voor toelating tot de KMA te Breda. Daarom trad Van Heutsz in 1867 indienst bij het Instructie Bataljon in Kampen en in 1870 werd hij als fourier geplaatst bij de Infanterie in Maastricht. Al vanaf het begin van zijn loopbaan viel zijn weinig conventioneel gedrag op. Hij schroomde bijvoorbeeld niet om ongezouten kritiek te leveren op superieuren die hem niet zinden. Toch verhinderde dat in 1872 zijn bevordering tot 2e luitenant niet.

Uit zucht naar avontuur meldde hij zich in 1873 voor het Nederlandsch-Indische leger en vertrok in september van dat jaar naar Soerabaja waar hij bij het 13e Infanterie Bataljon werd geplaatst. Van Heutsz voelde zich hier totaal niet thuis wegens destrenge discipline in de kazerne en de conformistische koloniale samenleving. De minachting die de meeste Europeanen voor de Indonesische bevolking koesterden, beviel hem al evenmin. Hij vroeg en kreeg overplaatsing naar Atjeh waar het leger net zijn eerste debacle had ondergaan. Hier voelde de 'vechtofficier' Van Heutsz zich in zijn element. De oorzaken van de Atjeh-oorlog interesseerden hem veel minder dan de vraag hoe deze oorlog zo snel mogelijk op te lossen. De waardering voor zijn verdiensten bleek in 1876 uit de toekenning van de Militaire Willemsorde. Hij was de eerste met de rang van luitenant die deze onderscheiding kreeg. In 1877 werd hij als adjudant bij het civiel en militair bestuur naar Soerabaja overgeplaatst. In 1880 kwam hij voor de tweede keer in Atjeh. Zijn commandant was de door hem zeer bewonderde generaal 'Kareltje Eenoog' van der Heijden. In deze periode ontwikkelde Van Heutsz de visie dat voor Atjeh een zuiver militaire oplossing noodzakelijk was. Daarmee ging hij in tegen de officiële politiek van het Indische gouvernement dat een snelle invoering van civiel bestuur beoogde. Van Heutsz behandelde deze problematiek in zijn artikel 'Civiel of militair bestuur', dat anoniem in het Militair Blad van 15 november 1882 verscheen. Van Heutsz was toen met verlof in Nederland (1881-1883) voor verdere opleiding aan de Krijgsschool voor officieren in Den Haag. Tijdens die studie stak Van Heutsz zijn kritiek jegens de 'theoretische' docenten evenmin onder stoelen of banken. Vooral F. Pompe van Meerdervoort was het mikpunt van zijn minachting.

In 1883 keerde Van Heutsz terug naar Nederlandsch-Indië. Nadat hij gedurende zes jaren commandant van verschillende garnizoenen was geweest, werd hij in 1889 voor de derde maal naar Atjeh overgeplaatst. Van Heutsz, inmiddels kapitein geworden in 1886, kreeg onder generaal-majoor H.K.F. van Teijn alle kansen zich te ontplooien. Met het keurkorps der Marechaussee bestreed hij de Atjehers met hun eigen tactiek: de contra-guerrilla. Spaarzaam gebruik makend van vuurwapens, maar des te meer van de klewang (korte sabel) boekten zijn snel verplaatsbare kleine gevechtseenheden al gauw successen. Vooral de verovering van Kota Toeankoe in 1890 maakte diepe indruk. Hij werd in dat jaar bij keuze tot majoor bevorderd. Toen Van Teijn echter wegens gezondheidsredenen aftrad en in 1891 door Pompe van Meerdervoort werd opgevolgd, vroeg en kreeg Van Heutsz overplaatsing. Hij werd garnizoenscommandant in Batavia. Hier schreef hij zijn opzienbare brochure De onderwerping van Atjeh ('s-Gravenhage [enz.], 1893) - eerder gepubliceerd in Indisch Militair Tijdschrift - waarin hij pleitte voor het weer instellen van een marineblokkade als middel tot de 'pacificering' van Atjeh.

Inmiddels had Van Heutsz in die jaren C. Snouck Hurgronje (Islam deskundige en adviseur Inlandse Zaken) leren kennen en waarderen. Beiden waren zeer ambitieus, beiden waren van oordeel dat Atjeh eerst militair onderworpen diende te worden alvorens er een civiel bestuur te vestigen, beiden waren tegen de bezuinigingspolitiek van het Indisch gouvernement, beiden hadden hun twijfels ten aanzien van de omkooppraktijken van generaal Ch. Deijkerhoff jegens de Atjehse verzetsstrijder Teukoe Oemar. Snouck had dan ook alle waardering voor de militaire uitgangspunten van de brochure De onderwerping van Atjeh. Hij wilde zelfs verder gaan dan Van Heutsz en pleitte voor een werkelijk zeer grote militaire expeditie in Atjeh. Toen Van Heutsz daarentegen merkte dat hij met zijn brochure niet het beoogde effect van een benoeming tot Gouverneur van Atjeh bereikte, vertrok hij in 1893 met ziekteverlof naar Nederland. Hij bleef echter in contact met Snouck Hurgronje.

In 1894 werd Van Heutsz tot luitenant-kolonel bevorderd en in die rang in 1895 benoemd tot gewestelijk militair commandant van Sumatra's Oostkust in Medan. Intussen prees Snouck Hurgronje, die adviseur van Gouverneur-Generaal C.H.A. van der Wijck was. Van Heutsz aan als enige die het Atjeh-probleem aankon. Toen in 1896 het bericht kwam dat Teukoe Oemar zich tegen Deijkerhoff had gekeerd, werd Van Heutsz opnieuw overgeplaatst naar Atjeh. Echter niet als Gouverneur maar als deelnemer aan de expeditie onder leiding van generaal J.A. Vetter. Hoewel Vetters militaire operaties een succes waren, werd niet hij, maar Van Heutsz in 1897 als kolonel tot chef van de generale staf te Batavia benoemd. Persoonlijke en zakelijke conflicten vormden de aanleiding juist hem uit Atjeh naar Batavia te halen. Van Heutsz was niet wars van intriges om zijn carrière te bevorderen, maar bovendien was hij om zakelijke redenen een tegenstander van de door Vetter aangeprezen tactiek van de verschroeide aarde,die naar zijn overtuiging de gehele bevolking van Atjeh tegen Nederland in het harnas zou jagen.

In Batavia raakte Van der Wijck mede dank zij Snoucks pleidooien steeds meer overtuigd van de juistheid van de militaire inzichten van Van Heutsz. In 1898 werd Van Heutsz dan ook bevorderd tot generaal-majoor en benoemd tot civiel en militair Gouverneur van Atjeh. Snouck vergezelde hem als adviseur. In de periode van zijn Gouverneurschap (1898-1904) vestigde Van Heutsz zijn legendarische roem. Onder het motto 'waakzaamheid en beweeglijkheid' wist hij met snelle onverwachte aanvallen gehele streken te bezetten. In 1899 sneuvelde bij een van die aanvallen Teukoe Oemar, hetgeen hem de bewondering en een gelukstelegram van koningin Wilhelmina bezorgde. Intussen ontstond een verwijdering tussen de wetenschapsman Snouck Hurgronje en de militair Van Heutsz. De eerste had vooral bezwaren tegen Van Heutsz' protégé majoor G.C.E. van Daalen, die weliswaar bekend stond als bekwaam militair, maar ook als notoire slachter. Vooral diens minachting jegens de Indonesische bevolking achtte Snouck een groot gevaar. In 1900, toen Van Heutsz tot luitenant-generaal was bevorderd, leerde hij de jonge stafofficier en overtuigde antirevolutionair H. Colijn kennen. Ondanks hun verschillende levensstijl wisten beiden elkaar te waarderen op basis van hun militaire capaciteiten. Van Heutsz had inmiddels aspiraties voor het ambt van Gouvemeur-Generaal gekregen en kon Colijn als lid van de Antirevolutionnaire Partij hierbij goed gebruiken. Hij werkte dan ook naarstig aan zijn naam als pacificator vanAtjeh. In 1902 werd hij benoemd tot adjudant-generaal van de Koningin. Nadat hij in 1903 de pretendent-sultan van Atjeh had onderworpen vertrok hij het jaar daarop naar Nederland, waar hem een triomftocht en een persoonlijk ontvangst door de Koningin wachtte.

In 1904 volgde de beloning voor alle moeite en ambities: de benoeming tot gouverneur-generaal. Colijn werd zijn rechterhand, hoewel Snouck Hurgronje tot 1906 adviseur Inlandse Zaken was. Samen met Colijn wist Van Heutsz bezuinigingen door te voeren in het bestuursapparaat. Aan de andere kant wist hij door middel van het doen tekenen van 'korte verklaringen' alle nog onafhankelijke Indonesische vorsten op de eilanden buiten Java onvoorwaardelijk aan het Nederlands gezag te onderwerpen. Als imperiumbouwer had Van Heutsz zijn grote verdienste. Interessant was zijn onderwijspolitiek waardoor dessascholen werden ingevoerd. De dorpen bekostigden het onderwijs, terwijl het gouvernement voor de leermiddelen zorgde. Merkwaardigerwijs bedierf de kwestie Atjeh nog bijna zijn Gouverneur-Generaalschap. In Atjeh was in 1903 Van Daalen als Gouverneur benoemd met de instructie alle verzet te breken. Tijdens daaropvolgende campagnes werden met name in de Gajo- en Alas-anden gehele gebieden ontvolkten Van Heutsz bleef Van Daalen beschermen. Minister D. Fock verzocht naar aanleiding van parlementaire kritiek Van Heutsz om opheldering. De laatste vreesde een commissie van onderzoek en bood daarom aan zelfnasporingen te doen om zo de zaken binnenskamers te houden. Van Heutsz rekende hierbij op de medewerking van Van Daalen. Deze weigerde echter, aangezien hij meende dat hij zich aan zijn instructies had gehouden en nam ontslag. Gelukkig voor Van Heutsz werd de antirevolutionair A.W.F. Idenburg in 1908 minister van Koloniën en deze wist de parlementaire kritiek te doen verstommen. Als gevolg van deze kwestie werd de minachting van Van Heutsz voor de volksvertegenwoordiging alleen nog maar vergroot. Uit Atjeh stamde nog een andere grief van Van Heutsz, namelijk die tegen het bedrijfsleven. In 1899 werd Perlak opengesteld voor de Koninklijke Maatschappij tot Exploitatie van Petroleum. Getrouw aan zijn motto 'orde, rust en welvaart' wilde Van Heutsz dat de bevolking zou profiteren van de olievondsten door middel van de raffinering ter plaatse. Tot woede van Van Heutsz ging de Koninklijke daar echter niet op in. Ook als gouverneur-generaal heeft Van Heutsz het mede daarom niet met het bedrijfsleven kunnen vinden. Een zeker gebrek aan economisch en politiek inzicht bracht hem ook in andere opzichten soms in conflict met particulieren of hem ondergeschikte ambtenaren.

Eind 1909 trad Van Heutsz af als gouverneur-generaal en vestigde zich in Amsterdam. Aanvankelijk hield hij zich actief bezig met allerlei Indische zaken. Zo was hij betrokken bij de oprichting van het Koloniaal Museum (het huidige Koninklijk Instituut voor de Tropen). Tijdens de Eerste Wereldoorlog hield hij zich intens bezig met het verdedigingsstelsel in de koloniën. Na de dood van zijn vrouw in 1919 trok hij zich terug uit het openbare leven en verhuisde naar Bussum. Vanaf 1922 woonde hij beurtelings in Montreux en Meran.

De persoon van Van Heutsz is het voorwerp geweest van diepe afkeer en grote verering. Daar gaf zijn karakter en levenswijze dan ook alle aanleiding toe. In 1870 al bleek zijn eigenzinnigheid, toen hij zich van het katholieke geloof afkeerde. Hij trouwde met de protestantse Maria van der Zwaan, een leerlinge van de feministe Mina Kruseman maar liet het huwelijk niet kerkelijk inzegenen. Zijn vrouw werd later gecremeerd, hetgeen anno 1919 niet erg gebruikelijk was. In zijn privé-leven ontpopte Van Heutsz zich als een liefhebber van vrouwen, kaarten, dansen, drank, maar vooral van paarden. Hij was een hard werker die besluitvaardigheid paarde aan moed; een man die zich goed kon inleven in moeilijke problemen. Pragmatisch als hij was, lietenconventies hem koud. Hij kon zeer kritisch en zelfs grof optreden vooral jegens 'theoretici', hoewel helaas zelf slecht tegen kritiek bestand. Veel kwaad bloed zette zijn veronderstelde leugenachtigheid en zijn vaak gesignaleerde intriges ten bate van eigen carrière. Onder zijn soldaten was hij echter zeer gezien, omdat hij altijd één met hen was.

A: Collectie-Van Heutsz in Algemeen Rijksarchief.

L: 'Van Heutsz, Joannes Benedictus', in Encyclopaedie van Nederlandsch-Indië. 2e dr. ('s-Gravenhage, 1927) V, 265-267; H.T. Damsté, 'Drie Atjeh-mannen: Snouck Hurgronje-Van Heutsz-Van Daalen', in Koloniaal Tijdschrift van 1936, 1937 en 1938; J.C. Lamster, J.B. van Heutsz als Gouverneur Generaal 1904-1909 (Amsterdam, [1947]); P. van 't Veer, De Atjeh-oorlog (Amsterdam, 1969); J.C. Witte, J.B. van Heutsz. Leven en legende (Bussum, [1976]); H.L. Zwitzer, 'Van Heutsz' jeugdjaren. Een verkenning', in Militaire Spectator 145 (1976) 317-324.

I: Website Rijksmuseum: http://www.rijksmuseum.nl/aria/aria_assets/SK-A-3814?id=SK-A-3814&page=0⟨=nl&context_space=&context_id= [Detail van een portret van Hannké, 1908] [28-4-2008].

F.G.P.Jaquet

Oorspronkelijke versie opgenomen in: Biografisch Woordenboek

Do you have supplementary information, corrections or questions with regards to johannes benedictus van HEUTSZ?
The author of this publication would love to hear from you!


Timeline johannes benedictus van HEUTSZ

  This functionality is only available in Javascript supporting browsers.
Click on the names for more info. Symbols used: grootouders grandparents   ouders parents   broers-zussen brothers/sisters   kinderen children

Ancestors (and descendant) of johannes benedictus van HEUTSZ


With Quick Search you can search by name, first name followed by a last name. You type in a few letters (at least 3) and a list of personal names within this publication will immediately appear. The more characters you enter the more specific the results. Click on a person's name to go to that person's page.

  • You can enter text in lowercase or uppercase.
  • If you are not sure about the first name or exact spelling, you can use an asterisk (*). Example: "*ornelis de b*r" finds both "cornelis de boer" and "kornelis de buur".
  • It is not possible to enter charachters outside the standard alphabet (so no diacritic characters like ö and é).

The data shown has no sources.

Historical events

  • The temperature on February 3, 1851 was about 3.6 °C. There was 0.1 mm of rain. The airpressure was 75 cm mercury. The atmospheric humidity was 91%. Source: KNMI
  •  This page is only available in Dutch.
    De Republiek der Verenigde Nederlanden werd in 1794-1795 door de Fransen veroverd onder leiding van bevelhebber Charles Pichegru (geholpen door de Nederlander Herman Willem Daendels); de verovering werd vergemakkelijkt door het dichtvriezen van de Waterlinie; Willem V moest op 18 januari 1795 uitwijken naar Engeland (en van daaruit in 1801 naar Duitsland); de patriotten namen de macht over van de aristocratische regenten en proclameerden de Bataafsche Republiek; op 16 mei 1795 werd het Haags Verdrag gesloten, waarmee ons land een vazalstaat werd van Frankrijk; in 3.1796 kwam er een Nationale Vergadering; in 1798 pleegde Daendels een staatsgreep, die de unitarissen aan de macht bracht; er kwam een nieuwe grondwet, die een Vertegenwoordigend Lichaam (met een Eerste en Tweede Kamer) instelde en als regering een Directoire; in 1799 sloeg Daendels bij Castricum een Brits-Russische invasie af; in 1801 kwam er een nieuwe grondwet; bij de Vrede van Amiens (1802) kreeg ons land van Engeland zijn koloniën terug (behalve Ceylon); na de grondwetswijziging van 1805 kwam er een raadpensionaris als eenhoofdig gezag, namelijk Rutger Jan Schimmelpenninck (van 31 oktober 1761 tot 25 maart 1825).
  • In The Netherlands , there was from November 1, 1849 to April 19, 1853 the cabinet Thorbecke I, with Mr. J.R. Thorbecke (liberaal) as prime minister.
  • In the year 1851: Source: Wikipedia
    • The Netherlands had about 3.3 million citizens.
    • February 6 » The largest Australian bushfires in a populous region in recorded history take place in the state of Victoria.
    • April 2 » Rama IV is crowned King of Thailand.
    • May 1 » Queen Victoria opens The Great Exhibition at The Crystal Palace in London.
    • May 15 » The first Australian gold rush is proclaimed, although the discovery had been made three months earlier.
    • May 21 » Slavery in Colombia is abolished.
    • August 12 » Isaac Singer is granted a patent for his sewing machine.
  • The temperature on March 20, 1877 was about 3.1 °C. The air pressure was 16 kgf/m2 and came mainly from the north-northeast. The airpressure was 74 cm mercury. The atmospheric humidity was 86%. Source: KNMI
  • Koning Willem III (Huis van Oranje-Nassau) was from 1849 till 1890 sovereign of the Netherlands (also known as Koninkrijk der Nederlanden)
  • From August 27, 1874 till November 3, 1877 the Netherlands had a cabinet Heemskerk - Van Lijnden van Sandenburg with the prime ministers Mr. J. Heemskerk Azn. (conservatief) and Mr. C.Th. baron Van Lijnden van Sandenburg (AR).
  • In The Netherlands , there was from November 3, 1877 to August 20, 1879 the cabinet Kappeijne van de Coppello, with Mr. J. Kappeijne van de Coppello (liberaal) as prime minister.
  • In the year 1877: Source: Wikipedia
    • The Netherlands had about 4.0 million citizens.
    • January 8 » Crazy Horse and his warriors fight their last battle against the United States Cavalry at Wolf Mountain, Montana Territory.
    • May 8 » At Gilmore's Gardens in New York City, the first Westminster Kennel Club Dog Show opens.
    • June 17 » American Indian Wars: Battle of White Bird Canyon: The Nez Perce defeat the U.S. Cavalry at White Bird Canyon in the Idaho Territory.
    • June 20 » Alexander Graham Bell installs the world's first commercial telephone service in Hamilton, Ontario, Canada.
    • July 21 » After rioting by Baltimore and Ohio Railroad workers and the deaths of nine rail workers at the hands of the Maryland militia, workers in Pittsburgh, Pennsylvania, stage a sympathy strike that is met with an assault by the state militia.
    • October 5 » The Nez Perce War in the northwestern United States comes to an end.
  • The temperature on July 11, 1924 was between 12.5 °C and 26.4 °C and averaged 18.9 °C. There was 6.9 hours of sunshine (42%). The average windspeed was 2 Bft (weak wind) and was prevailing from the west-southwest. Source: KNMI
  • Koningin Wilhelmina (Huis van Oranje-Nassau) was from 1890 till 1948 sovereign of the Netherlands (also known as Koninkrijk der Nederlanden)
  • In The Netherlands , there was from September 19, 1922 to August 4, 1925 the cabinet Ruys de Beerenbrouck II, with Jonkheer mr. Ch.J.M. Ruys de Beerenbrouck (RKSP) as prime minister.
  • In the year 1924: Source: Wikipedia
    • The Netherlands had about 7.2 million citizens.
    • April 15 » Rand McNally publishes its first road atlas.
    • July 11 » Eric Liddell won the gold medal in 400m at the 1924 Paris Olympics, after refusing to run in the heats for 100m, his favoured distance, on the Sunday.
    • August 28 » The Georgian opposition stages the August Uprising against the Soviet Union.
    • September 9 » Hanapepe massacre occurs on Kauai, Hawaii.
    • November 23 » Edwin Hubble's discovery, that the Andromeda "nebula" is actually another island galaxy far outside of our own Milky Way, is first published in The New York Times.
    • December 24 » Albania becomes a republic.


Same birth/death day

Source: Wikipedia

Source: Wikipedia


About the surname Van HEUTSZ


When copying data from this family tree, please include a reference to the origin:
W.A. van der Waal-VISSER, "Family tree Van der Waal", database, Genealogy Online (https://www.genealogieonline.nl/van-der-waal-stamboom/I84496.php : accessed June 4, 2024), "johannes benedictus van HEUTSZ (1851-1924)".