Maritgen Gerijtsdr. weduwe Jacob Jansz. Backer geassisteerd met Cornelis Gerijt Jacobsz. haar broeder haar gekozen voogd, bekent verheerwaard
te hebben voor Cornelis Jansz. Backer en Adriaen Woutersz. gehuwd met Appolonia Jansdr., 6 morgen land gekomen van Jan Jacobsz. Backer, gelegen
aan de Buitenweg, strekkende van de Zegwaartsewegtot de watering, belend ten NO: Maerijtgen weduwe voorsz. met haar ingelanden en ten ZW: Claes Jansz. Schaep met zijn ingelanden. Vrij land niet belastvoor de 3 jaren van 1569 t/m 1571 dat dezelve Jacob Jansz. het land gebruikt heeft. Indien
het is belast dan verbindt zij haar woning en landen gekomen van Jan Jacobsz.
Backer, gelegen aan de Binnenweg, strekkende van de Zegwaartseweg tot de Groeneweg, belend ten NO: Maertijntgen Jorijsdr. en ten ZW: Katrijn Jan
Backers weduwe. Nog een stuk land gelegen aan de Buitenweg, strekkende van de Zegwaartseweg tot Maertijntgen Jorijsdr., belend ten NO: Maertijntgen Jorijsdr. voorsz. en ten ZW: Cornelis Jansz. en Adriaen Woutersz. met een kooltuintje aan de Zegwaartseweg.
Cornelis Vranckesz. Bijll schout van Zegwaard is schuldig aan Jannetgen Jansdr. weduwe Mr. Lambrecht brouwster wonende Delft in de Schaer, de somme van f 500 karolus ter zake van reeds geleverde en nog te leveren bieren. Hij belooft te betalen op 5 jaren, telkens f 100 en verbindt hieraan
een hofstede met 3 morgen weiland daaraan gelegen waar Pieter Philipsz. opwoont, strekkende van de Zegwaartse weg tot Pieter Philipsz. en Maertijn Philipsz., belend ten NO: Lenert Jan Pieren en ten ZW: de weduwe en erfgenamen van Claes Jacobsz. Clos. Nog een stuk land groot 2 morgen
Buitenweg, strekkende van Lenert Jan Pieren tot de weduwe van Dirck Dircxz., belend ten NO: de weduwe en erfgenamen van Adriaen Cornelisz. en ten ZW: de weeskinderen van Willem Govertsz. Nog een stuk land groo
t 16 hond Buitenweg, strekkende van de Zegwaartse wetering tot Claes Jansz.
Schaep, belend ten NO: Timon Tonisz. en ten ZW: Adriaen Heijndricxz. Leeu.
Pieter Jansz. alias Pieter Tijsz. gehuwd met Maergriete Huijbrechtsdr. en Mathijs Doesz. gehuwd met Dircktgen Huijbrechtsdr., allen erfgenamen van Sijmon Eggertsz., Antonis Eggertsz. en Neeltgen Eggertsdr., zijn schuldig aan de heilige geest armen huiszitters van Zegwaart en Zoetermeer, een losrente van f 6 per jaar met een hoofdsom van f 100. Dit is besproken in het testament van Neeltgen Eggertsdr. Zij verzekeren dit op 2 stukken weiland, hun toegevallen van Sijmon, Tonis en Neeltgen Eggerts kinderen, het ene stuk groot 7 hond, strekkende uit de Zegwaartse watering tot de Kapelsloot,
belend ten NO: Heijnrick Vranckesz. erfgenamen en ten ZW: Sijmon en Tonis Eggersz. erfgenamen.
Het andere stuk is groot 14½ hond, strekkende uit de Zegwaartse watering tot Martijn Jansz. molenaar, belend ten NO: Jacob Willemsz. erfgenamen c.s. en ten ZW: Claes Jansz. schaep c.s. Vrij als buurland
Cornelis Vranckesz. Bijll schout van Zegwaart is schuldig aan de weduwe en erfgenamen van Vranck Heijndricxz. de somme van f 100 carolus ter zake van de koop van veenlanden, als restant van meerdere somme. Te betalen op 4 jaren. Hij verbindt hieraan 15 hond land, strekkende van de
Walwatering tot Claes Jansz. Schaep, belend ten NO: de erfgenamen van Tijmon Tonisz. en ten ZW: Adriaen Heijndricxz. Leeu
Cornelis Jansz. Oostgeest is schuldig aan Cornelis Jansz. Loeij 1.900 tonnen goed droog turf, uit hetzelve land waarvan de turf komt, gelegen Binnenweg in de plas, strekkende van Cornelis Gerrit Jacobsz. tot Lenert Jansz. Stompick, belend ten NO: Pieter Jansz. Neeffgen en ten ZW: Claes Jansz.
Schaep. De turf te leveren op 4 termijnen. Hij verbindt hieraan het voorn. land. Nog verbindt hij een huis en erf in het dorp Zegwaart, strekkende van ’s
-herenstraat tot de buursloot, belend ten ZO: Cornelis Jansz. voorsz. met zijn ingelanden en ten NO: Sijmon Sijmonsz. gorter.
Grietgen Claesdr. weduwe Daem Pietersz. Kneppelaer geassisteerd met Crijn Michielsz. haar gekozen voogd, ter ene zijde en Willem Pietersz. scheepmaker als man en voogd van zijn huisvrouw en als voogd van Jannetgen Pietersdr. met Lenert Jan Pieren als mede voogd(van zijn) zusters, erfgenamen van de voorn. Daem Pietersz. Zij hebben geschift en gescheiden de nagelaten boedel wat Willem Pietersz. in de voorn. kwaliteiten Jannetgen Pietersdr. aanbestorven is door Daem Pietersz. hun broeder, mitsgaders alle goederen waar Grietgen Claesdr. in bestorven was bij het leven van Daem Pietersz. van de vader van Daem Pietersz., genaamd Pieter Jansz. Kneppelaer, dit door
tussenspreken van 4 arbiters als Arien Pietersz. Stompick, Lenert Doessen en Wouter Cornelisz. secretaris. Grietgen Claesdr. zal aan haar houden haar deel van de huizing waarop zij woont, strekkende van de Zegwaartse weg tot Lenert Doessen of Lenert Jansz. Schuijtenmaker, belend ten NO: Claes Jansz. Schaep en ten ZW: Lenert Doessen met Arien Pietersz. Stompick. Nog 2 akkers slagturfland in de plas, strekkende van de weduwe van Tonis Cornelisz. Outsich tot Lenert Pietersz., belend ten NO: Jan Louwen en ten ZW: Jaep
Aertsz. Nog een kwaad hoortje slagturfland gelegen Bovenweg bij de Zegwaartse watermolen. Zij zal aan haar houden alle in-en uitschulden van de boedel. Willem Pietersz. en Jannetgen Pietersdr. zijn voor hun portie toebedeeld alle goederen die Daem Pietersz. in de boedel gebracht heeft, te weten een schip, een bed etc., mitsgaders de goederen gekomen van Pieter Jansz. hun vader. De weduwe zal aan hun betalen f 12 carolus
Sijmon Willemsz. Cock wonende Noordwijk is schuldig aan Michiel Neel Jansz. de somme van f 125 carolus ter zake van de koop van een stuk weiland gelegen Buitenweg groot 7 hond, strekkende van Dirck Pietersz. Stompick tot de weduwe van Dirck Ariensz. Suet, belend ten N: de weeskinderen van Lenert Lenertsz. en ten ZW: Claes Jansz. Schaep. Te betalen met f 111 gereed, welke hij schuldig is volgens obligatie die hiermede gecasseerd is en de rest op 2 jaar. Hij verbindt hieraan het voorn. land.
Arent Aertsz. slotenmaker is schuldig aan Cornelis Michiel Joesten de somme van f 147 carolus ter zake van toegezegde penningen vanwege Claes Jansz. Schaep, zulks hij comparant aan Claes Jansz. Schaep schuldig was van de koop van een stuk land gelegen Buitenweg groot 14 hond,
strekkende van het land van de comparant zelf tot Arien Pier Stompick, belend ten NO: Lenert Dircxz. en ten ZW: Arien Heijndricxz. Leeu. Te betalen op 4 jaren. Hij verbindt hieraan het voorsz. land.
Claes Jansz. Schaep heeft gecedeerd aan Arent Aertsz. slotenmaker een waarbrief met het recht daarin vervat, verleden door Dijeuwaertgen Claesdr. weduwe geassisteerd met Claes Cornelisz. haar gekozen voogd, verleden voor Jan Cornelisz. schout op 21-09-1559, inhoudende een stuk land groot
14 hond gelegen Buitenweg, strekkende van Arent Aertsz. zelf tot Arien Pier Stompick, belend ten NO: Lenert Doesz. en ten ZW: Arien Heijn Leeuwen. Vrij als buurland. Hij verbindt hieraan als waring 1½ weiland gelegen Buitenweg, strekkende van de Zegwaartse weg tot Jan Ghijsbrechtsz. schout van
Zegwaart, belend ten NO: de weduwe van Maerten Jansz. molenaar en ten ZW: Lenert Doesz. Nog op 1½ morgen land, strekkende van de voorn. schout tot de Walwatering, belend ten NO: de erfgenamen van Sijmon Eggertsz. en ten ZW: Jan Aelwijnsz. scheepmaker. Nog 11 hond land gelegen Buitenweg, strekkende van de Zegwaartse weg tot Arien Heijn Leeuwen, belend ten NO: Arien Pier Stompick met zijn ingelanden en ten ZW: Lenert Jansz. Schuijtemaker, nu Aelbrecht Dircxz. Cock. Hij bekent hiervan voldaan te zijn, de eerste penning met de laatste en dat met de ruiling van een stuk land gelegen Buitenweg.
Claes Jansz. Schaep heeft verkocht aan Cornelis Michiel Joesten een stuk weiland van 2 morgen, zoals hem comparant een gedeelte is aanbestorven van Cornelis Jansz. Loeij zijn zwager, gelegen Buitenweg, strekkende van de
Walwatering tot Cornelis Michielsz. Buijtenwech, belend ten NO: en
ZW: Pieter Jansz. Neeff. Belast met een losrente van f 14½ per jaar, toekomende de erfgenamen van Jaep Arlen. Hij stelt als waarborg 2 morgen land gelegen Buitenweg, strekkende van de Zegwaartse weg tot Maerten Jansz. timmerman, belend ten NO: Cornelis Jansz. Backer en ten ZW: de weduwe
van Maerten Jansz. molenaar. Nog zijn woning als huis, schuur, barg, poting en planting met 1½ morgen weiland daarachter gelegen Buitenweg, strekkende van de Zegwaartse weg tot de schout Jan Ghijsbrechtsz., belend ten NO: de weduwe van Maerten Jansz. molenaar en ten ZW: Lenert Doesz.
Hij bekent hiervan voldaan te zijn met een rentebrief en obligatie die hij comparant aan hem schuldig was en hierbij gecasseerd en te niet gedaan is.
Cornelis Michiel Joesten heeft gecedeerd aan Claes Jansz. Schaep de helft van een waarbrief met het recht daarin vervat, verleden door Cornelis Gerritsz. voor Cornelis Pietersz. Berckel schout van Zegwaart op 05-11-1569, inhoudende de helften van landen groot tezamen 6morgen 2 hond, strekkende van de Zegwaartse weg tot Pieter Lenertsz., belend ten NO: Jacob Jansz. Backer, nu zijn
erfgenamen en ten ZW: Maerten Jansz. molenaar nu zijn weduwe, gelegen Buitenweg. Zulks hij Claes Jansz. van hem comparant gekocht had 5 jaar geleden. Belast met een losrente van f 3 carolus per jaar tegen de penning 16. Verder vrij als buurland. Hij verbindt hieraan zijn woning als huis, schuur, barg, poting en planting met 11½ hond weiland daarachter, gelegen Buitenweg, strekkende van de Molenweg tot de Walwatering, belend ten NO: Cornelis Claesz. Cijs en ten ZW: Adriaen Allertsz. molenaar. Hij bekent hiervan voldaan te zijn de laatste penning met de eerste .
Scheidingsbrief van Claes Jansz. Schaep en Neeltgen zijn huisvrouw, beiden zaliger. Jan Cornelisz. Sappe en Jacob Jansz. van Alphen al
s voogden van Galeijna Claesdr., nagelaten weeskind van Claes Jansz. en Neeltgen Jansdr. zijn huisvrouw, beiden zaliger, ter ene zijde van oederszijde en Jan Claesz. en Cornelis Allertsz. gehuwd met Maertgen Claesdr., voorkinderen van Claes Jansz. verwekt bij Annetgen Cornelisdr., mitsgaders Galeijna Claesdr. voorn. met hun drieën ter andere zijde van vaderszijde. Eerst aangaande de voorkinderen hun moeders erfenis volgens de weesbrief, te weten Jan Claesz. komt toe de somme van f 395-05-00 carolus, zo van zijn moeders
patrimonie en voor zijn kleding volgens inventaris. Jan Claesz. heeft in eigendom gekocht een stuk land genaamd Douwe Rijck, gelegen Buitenweg voor Zegwaart groot 11 hond, strekkende van Arijen Heijndricxz. Leeu tot de Zegwaartse weg, belend ten NO: Adriaen Pietersz. Stompick en ten ZW:
Adriaen Dirck Jannen. Belast met f 5-05-00 per jaar, toebehorende de weduwe van Arent Gerritsz. te Leiden. Nog een stuk slagland en rietland gelegen Binnenweg achter het woninkje van Jan Damensz. tot de Groeneweg, belend ten NO: Maerten Voorsz. en ten ZW: Maerten Jansz. voorsz. Deze landen
heeft Jan Claesz. gekocht voor de somme van f 316 carolus. Nog is Jan Claesz. toegelegd in mindering als voren 5 obligaties, de eerste sprekende op Jan Cornelisz. tHooft, inhoudende f 10 carolus. Nog een sprekende op Cornelis Pietersz. Buijt, inhoudende f 18 carolus. Nog een sprekende op Cornelis Cornelisz.jonge Besteren, inhoudende f 12 carolus. Nog een sprekende op Maerten Jan Neel Gerritsz., inhoudende f 14-10-00 carolus. Nog een sprekende op Philips Pietersz., inhoudende f 45 carolus. Dit in volle betaling van zijn moeders erfenis. Jan Claesz. moet de boedel toegeven f 6-05-00. Cornelis Allertsz. gehuwd met Maertgen Claesdr. als restant van de moeders erfenis, voor een bed en kleding tezamen f 306-05-00. Waarop Cornelis Allertsz. gekocht heeft 5 koeien voor f 26 per stuk. Nog zal hij ontvangen van Jan Cornelisz. molenaar f 123 die hij van de boedel toekomt. Mitsgaders nog f 53-05-00 carolus van Willem Arijensz. van penningen die dezelve Willem de boedel beloofd had ter zake van de koop van turf. Voorts hebben de comparanten gedeeld de woning en landen door Claes en Neeltgen nagelaten. Eerst Galeijna Claesdr. is aanbedeeld voor de helft, de woning als huis, erf, barg, schuur, poting en planting met een stuk land daarachter gelegen, groot 1½
morgen strekkende van Jan Ghijsbrechtsz. schout tot de Zegwaartse weg, belend ten NO: Ghijeltgen, Maerten Jansz. molenaars weduwe. en ten ZW: Le
nert Doesz. Nog een stuk land achter de woning gelegen Buitenweg, strekkende van de Walwatering tot Jan Ghijsbrechtsz. schout, belend ten NO: Claes Meijn en ten ZW: Jan Aelwijnsz.scheepmaker. Nog ½ morgen slagland gelegen Bovenweg, strekkende van Jan Sijmonsz. tot de Middenvaart, belend ten NO: Lenert Jansz. Schuijtemaicker en ten ZW: Lenert Jansz. voorsz. Nog 7 hond kwaad slagland gelegen Bovenweg, strekkende van de Groeneweg totRusgen, Huijbrecht Ariensz. weduwe, belend ten NO: Pier Damen en ten ZW: het ambacht van Zegwaart. Dit is het jonge kind aanbedeeld met £ 6 hollands per jaar, toekomende de
kerk en de Heilige Geest van Zegwaart, verder vrij als buurland. Hiertegen is aanbedeeld voor de andere helft van vaderszijde, Jan Claesz., Cornelis Allertsz. gehuwd met Maertgen Claesdr. en Galeijntgen Claesdr., met hun drieën, een stuk land gekomen van Cornelis Michiel Joesten groot 16½
hond genaamd het Breeweer, gemeen gelegen met Maerten Jansz. timmerman en door Claes Jansz. zaliger en Maerten Jansz. voorsz. gedeeld, te weten de 16½ hond liggen aan 2 stukken, de ene strekkende van de Zegwaartse weg tot Maerten Jansz., belend ten NO: doorgaans Cornelis Jansz.
Backer en ten ZW: Ghijetgen, weduwe Maerten Jansz. molenaar voorsz. met Maerten Jansz. voorn. Nog een stuk weiland gelegen Buitenweg voor de woning van Dirck Pier Stompick groot 2 morgen 4 hond, strekkende van de Zegwaartse weg tot Arijen Heijn Leeuwen, belend ten NO: Dirck Pietersz.
Stompick met zijn ingelanden en ten ZW: Cors Adriaensz. Nog 9 hond slagturfland gelegen Bovenweg aan 2 percelen, het ene groot 5 hond strekkende van Pier Damen tot het ambacht land, geschat van Claes Sijmon Japen, tot de navolgende 4 hond, belend ten NO: Sijmon Arijensz. en ten ZW: Dirck Pier
Stompick. Het andere stuk groot 4 hond strekkende van de voorsz. 5 hond tot Lenert Claesz. weduwe, belend ten NO: Claes Sijmon Japen voorsz. en ten ZW: Lenert Arijen Zevertsz. Nog 1½ hond kwaad slagland gelegen alsvoren over de Middenvaart strekkende van dezelve vaart tot Cornelis Arijensz. Ruijcht, belend ten NO: Lenert Jansz. Schuijtemaicker en ten ZW: Cornelis Arijensz. voorsz. De landen zijn belast met f 3 carolus per jaar, toekomende een man in ’s
-Gravenhage welke onbekend is. Nog f 6 carolus per jaar, toekomende de weduwe van Arent Gerritsz. te Leiden. Jan Claesz. voorsz. zal het jonge kind uitkopen tegen de voogden, aangaande het derdedeel van de helft voorsz., voor de somme van f 216 carolus, te betalen met f 36 per jaar. De oude kinderen zullen betalen tot onderhouding van het jonge kind totdat het mondig zal zijn, elk 1/16part van hun portie. Nog hebben de erfgenamen in het gemeen de boelceel en andere inkomen en schulden, staande in de voorsz.
inventaris,welke de voorn. Jan Claesz. en Wouter Cornelisz. Bijl secretaris, zullen beheren. Aldus gedaan t.o.v. Jan Ghijsbrechtsz. schout, Adriaen Dircxz. kuiper en Adriaen Jacob Arlewijnsz. weesmeesters in bijzijn van Willem Arijensz., Allert Pietersz., Arijen Cortussenspreken van buren als Lenert Jan Pietersz., Lenert Doesz., Maerten Jansz. Schuijtemaicker en
het verlij en brieven hiervan gemaakt met 2 buren als Cornelis Michielsz. Buijtewech en Lenert Doesz.
(1) He is married to Neeltgen Jansdr.
They got married
Child(ren):
(2) He is married to Annetgen Cornelisdr.
They got married
Child(ren):
Claes Jansz? Schaep | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
Neeltgen Jansdr | |||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) | |||||||||||||||||||||||||||||||||||