He is married to Jelck Bockema.
They got married in the year 1370 at Heeg / Heech.
Child(ren):
Haringh Donia, ook aangeduid met de naam Harinxma/Haringhsma, was 'Heerschap te Heeg en Potestaat van Westergo' (1381/1404). (Potestaat: een door de keizer aangesteld bestuurder, maar niet een landsheer (it.: podesta).) De Friezen erkenden geen andere heer dan de keizer.
Onder Sjoerd Wiarda van Goutum en Haringh Harinxma van Heeg (1404), de eerste voor Oostergoo en de laatste voor Westergoo benoemd, gelukte het den Friezen, zich van het Hollandsche gezag te ontslaan en de Friesche vrijheid te herstellen. Doch nu ookbegonnen de partijschappen tusschen de Schieringers en Vetkoopers opnieuw te blaken. Tot het benoemen van een nieuwen Potestaat was men niet te bewegen. Op raad van den gezant des Keizers, Otto van
Langen, werd eindelijk Juw Dekama van Baard in 1494verkozen. Deze werd echter alleen door de Schieringers erkend. De Vetkoopers werden in hun verzet gesteund door de stad Groningen.
- Vermelding.
Haring is de stamvader van de Harinxma's. Hij is in 1398 volmacht van Wapenbrugge (Zuidwesthoek van Friesland) tegenover de Hollandse graaf Albrecht van Beijeren. Kort daarop wordt hij tot potestaat (legeraanvoerder) voor Westergo gekozen metSjoerd Wiarda voor Oostergo. De vergaderingen van Westergo werden te Houtwerd gehouden. Hij sluit op 30 september 1401 mede de vrede van Bolsward tussen Holland en Friesland. Alle Friese landen tussen Lenne en Wezen werden er ingenoemd. Stavoren bleef alleen aan Albrecht die beloofde het St Odulphu klooster niet te versterken. Slechts drie plaatsen op de kust: Harich, Harlingen en Bolsward werden voor Hollandse handel geopend. Alle ballingen mochten terugkeren en
hun goederen werden hersteld.
Volgens het Charterboek tekent in 1398 bij de huldiging van de Hollandse graaf Aelbrecht in Stavoren voor de Zuid-Westhoek o.a. "Haring in den Hage" (=Heech). Hij werd in 1400 benoemd tot "potestaet" (legeraanvoerder) van Westergo. In 1401 is hij mede-ondertekenaar in Bolsward van de vrede tussen Holland en Friesland. Yn 1399 waerd "Harinck in den Haegh, daer Harincxma hueren naem van hebben" keazen as oanfierder fan Werstergoo, foar it gefal dat de Hollanners werom komme soene om harren biwaldhjir to fêstigen- Vermelding.
Haring van Harinxma, overleden Heeg n 1401.
Heerschap te Heeg;potestaat van Westergo 1381-1388.
Charterboek I-282:op 10-8-1398 genoemd als Haring in den Hage,die trouw had gezworen aan hertog Albrecht van Beieren.
Zie ook GJB 1977-28.
Haring was gehuwd met Jelck Ndr.
Uit dit huwelijk:
1 Agge van Harinxma, volgt onder II.
2 waarschijnlijk Hotze van Harinxma.
Waarschijnlijk geestelijke.Een geschil over Hotze Harings goed tussen Wytze van Harinxma en het Hospitaalconvent wordt genoemd in OFO I-275 d.d.24-4-1477.
3 Ymck Haringhsdr van Harinxma.
Ymck was gehuwd met Homme van Hommema, overleden Dronrijp n 22 jul 1459.
GJB 1977-28:hij tekende als Schieringer in 1422 een zoenbrief tussen Vetkopers en Schieringers.
In 1424 maakte hij met zijn schoonzoon Foppe van Sjaerda een tocht naar het Heilige Land.
Hij was als Humme Hummingha grietman van Wymbritseradeel en woonde toen te Abbega,maar later te Dronrijp.
OFO I-99 d.d.28-10-1447:genoemd met zijn zwagers Agge en Douwe bij een geschil met Lolle van Ockinga c.s.
OFO I-157 d.d.22-7-1459:hij heeft een geschil met Keimpe van Unia;zijn schoonzoon Epe Tietes hoort bij de zoenlieden.
4 Sierck van Harinxma-Donia
Zie voor het nageslacht bij de familie van Donia.
5 Epe van Harinxma
Zie voor het nageslacht bij de familie Harinxma thoe IJlst
6 Douwe van Harinxma
Zie voor het nageslacht bij de familie Harinxma thoe Heeg
Haringh (Douwesz) Harinxma Thoe Heeg van Donia | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1370 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Jelck Bockema |