(1) He has/had a relationship with Elisabeth Aert Peter van de Wiele.
Child(ren):
(2) He had a relationship with Elisabet Goeswijn Goeswijn Mateus van der Borcht.
Hendrick Engbrecht Smijters van Rijel | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
(1) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Elisabeth Aert Peter van de Wiele | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
(2) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
1475 september 12 847.Sch.Otw,R.181,28v-1
Aert z.w. Peter vande Wiele wedn. w. Margriet sijns wijfs d.w. Mathijs van Huculum alsulcke tocht als Aert bezittende is in den derdendele vanden vierendeele van allen gueden die w. Margriet zijn hvr in bestarf en die Aert voors. ..... vercreghen heeft supt Henric z.w. Henric Embrechts van Riele vandenselven w. Henric en wt Elysabethen d. Aerts voers. behoudelijk alzulk maaksel als Aert voors. van steden ende andere havelijken gueden voer schepenen gemaect van weerden te bliven
quo facto Henric voors. dat dordendeel vande vierendele van de voors. gueden supt Gheryden z. Peter vande Wiele scab. Elst en Emken datum xij septembris
Nr. 315.
RA Tilburg, Oud Rechterlijk Archief Oisterwijk, inv.nr.147, microfiche 3-A9, f.55v-4, aktenr. 315, 07-01-1431.
Op 07-01-1431 verkocht Laureijns Willems van der Heijde aan Henrick Smijter zvw Engbrecht van Rijel
Index Oud Rechterlijk Archief Oisterwijk, inv.nr. 147, op nummer
67
1. een erfpacht van 12 lopen rogge die hij verkreeg van zijn neef Laureijns Jacob Sceijven en die Aert die Wolf nu levert,
2. erfpacht van 6 lopen rogge die Dirck Henric sWolfs levert en die Laureijns van der Heijde verkreeg van Claus van den Venne.
Voornoemde Laureijns verklaarde dat een erfpacht van 1 lopen rogge die hij verkreeg van Aert Kermis, te leveren uit goederen van Aert Kermis, niet zal gaan uit het huis en hof van voornoemde Henric.
f.55v-5. Henric die Smijter zvw Engbrecht van Rijel verkocht aan voornoemde Laureijns van der Heijde een erfpacht van 1 mud rogge die Jan die Smijt zvw Henrick van Maerle levert en die wijlen Goessen van der Borch verkreeg van Aert Boghaert man van Margareta, en die aan voornoemde Henric kwam volgens een schepenbrief. Zo nodig zal Henric de deelbrief van de nalatenschap van Goessen van der Borch, waarin deze erfpacht staat, ter hand stellen.
Nr. 236.
RA Tilburg, Oud Rechterlijk Archief Oisterwijk, inv.nr.148, microfiche 2-C10, f.32v-4, aktenr. 236, 22-12-1433.
Op 22-12-1433 verkochten Jan, nzvw Jan Brocken van Belver en Elisabet Beijs en Matheeus Goeswijn Matheeus als erfgenamen van Jan Brocken aan Claus Claus Sceijven 2 stukken land in Haaren te Belver,
1. bij Sint Maartens Kapel, naast Jan van Haren die Bastart in het oosten, naast Jan van den Brocken in het westen en aan voornoemde Claus Sceijven,
2. de Heesakker achter het hof van Jacob van Laerhoven, naast Willem Vos, naast en aan Wouter van den Heesacker en aan de oude Jan Boen,
welke 2 stuken eertijds waren van Jan Brocken. Jan Wouter Brocken en Henric Engbrecht van Rijel man van Elisabet Goeswijn Goeswijn Matheeus deden afstand. Jan Wouter Brocken zag af van vernadering.
Nr. 670.
RA Tilburg, 847. Archief Schepenbank en Eninge van Oisterwijk, 1418-1811, inv.nr.143, micro¬fi¬che 4-B1, f.82v-3, aktenr. 670, 27-03-1421.
Op 27-03-1421 verkochten erfgenamen van Engel¬beren weduwe van Aert Kermis, 1. Jan Willem Kermijs, 2. Yde Willem Kermis, 3. Engbrecht Gherijt Buckincs, 4. Henric Henrics zoen van den Avoert man van Jutta Gerardi Buc¬kincs, 5. Aert Aerts sGreven zoen tevens voor zijn broers en zus¬ters, 6. Willem Henric Kem¬mers en zijn broer Gerar¬dus tevens voor hun broers en zusters, 7. Henric Eng¬brecht Smij¬ters man van Elisa¬beth Goeswi¬ni Goes¬wini Mathei tevens voor Gher¬ijt Goes¬wijn Goeswijn Ma-theeus zoen en diens broer Goes¬wi¬nus, aan Ghijs¬brecht Heijen zvw Claus van den Leem¬poel een beemd in Moergestel, in de Oostervoort, tussen kinderen van wijlen Jan Goeswijns en tussen Gobelens kinderen, strek¬kend aan erfgena¬men van Claus Scil¬ders en aan Goeswijn Jan Goes¬wijns zoen.
Vervolgens beloofden de erfge¬namen van voornoemde Engelberen weduwe van Aert Kermis, te weten Engbrecht Buckijnc etc, dat zij Gerijt Goeswijns Goes¬wijn Matheeus zoen, die niet aanwezig was, zullen doen vertijen.
Herman Jans die Moelneer zag af van vernadering.
82v-4. Voornoemde Jan Kermis, Yda Wilhelmi Kermis, Eng¬brecht Buc¬kijnc, Henric Henric zoen van den Avoert man van Jutta, Aert Aert sGreve zoen tevens voor zijn broers en zusters, de broers Willem en Gher¬ijt tevens voor hun broers en zusters, en Henric Engbrecht Smij¬ters zoen man van Elizabeth tevens voor Gerardus en Goeswinus zonen van wijlen Goeswinus Goeswini Mathei, deden ten behoeve van Gijelijs Jan Monen zoen en van Jan Ghijsbrecht Hermen zoens afstand van schepe-nenbrieven, die wijlen Aert Kuijs had van een huis en hof in Haaren, tussen Wouter Cop¬tij¬ten en tussen de straat, strekkend aan voornoemde Wouter en aan erfgoed van sint Mar¬griet altaar in de kerk van Oister¬wijk, die Willem die Cuper zvw Jan Belaerts gekocht had van Aert Willem Kermissen, waarvan de heer van den lande een waar is, en die genoemde Willem Cuper aan voornoemde Aert Ker¬missen overgegeven had
Nr. 472.
RA Tilburg, 847. Archief Schepenbank en Eninge van Oisterwijk, 1418-1811, inv.nr.144, microfiche 4-B6, f.83-1, aktenr. 472, 08-03-1423.
Op 08-03-1423 stond Kathelijn wv Godevaerts van Hulsen zvw Engbrecht van Rijel af aan Henrick Bartolomeeus van den Nuwenhuus haar tocht in een huis en hof in Oisterwijk, naast kvw Claus Plumen en naast erfg Gherijt Hoersen, strekkend aan de Doornakker.
83-2. 09-03-1423. Peter Engbrecht van Rijel momber van zijn onmondige neef Godevaert Godevaerts van Hulsen zvw Engbrecht van Rijel verkocht dit huis aan Henrick Bartolomeeus van den Nuwenhuus, belast met een erfpacht van 1 mud rogge aan Claus Ackermans en een deel van de Oisterwijkse Dijk. Henric Engbrecht van Rijel zag af van vernadering.
83-3. 09-03-1423. Herman Herman Wijten beloofde aan voornoemde Peter Engbrechts van Rijel 140 gulden van 9 oude vlaams, na overlijden van Kathelijn wv Godevaerts van Hulsen te betalen.
Nr. 352.
RA Tilburg, 847. Archief Schepenbank en Eninge van Oisterwijk, 1418-1811, inv.nr. 145, microfiche 3-A7, f. 35v-2, aktenr. 352, 05-11-1426.
Op 05-11-1426 verklaarden Dideric Aert Wanghe, Gherijt van Meijensvoert, de broers Peter en Henric zvw Eng¬brecht Smijters en Heijlwijch Godevaert Snoecs als erfgenaam van haar vader Godevaert Snoecs, op verzoek van Aert Andries van Hukelem dat voornoemde Aert Andries als erfgenaam van zijn oudervader Henric Godevaerts en zijn oudermoeder Lucije jaarlijks op sint Thomas een erfcijns beurt van 16 schillin¬gen uit een erfcijns van 1 pond die wijlen voornoemde Godevaert Snoec leverde en thans zijn dochter voornoemde Heijlwijch (2/5) en Henric Henrics van den Avoert (3/5), uit een hof in Oisterwijk, naast eertijds Mathijs van Hukelem (thans Gijelijs Monen) in het oosten en naast Jan die Bije zwager van Willem Cupers in het westen.