Getuige 1: Peter van Grootvelt
Getuige 2: Goert Jacopsz
Getuige 3: Aeltgen Jacops
Naaste vrienden, magen en huwelijksluiden van het bruidspaar: Ter ene zijde: - Jacob Peters. (timmerman; tekent met huismerk); - Henrick van Estvelt (tekent: Henrick van Esvelt); - Neeltgen Henricxs. (tekent: Neelken Heinrick); - met haar zoon Roeloff Henricxs. (toekomende bruidegom; tekent: Roelof Henricksen). Ter andere zijde: - Clemens Andrijes. (tekent: Clemens Andries. en met een huismerk); - Jan Peters. van Oppoeteren (tekent: by my Jan Piters van Oppouteren); - Jan Wouters. Brijnck (tekent: Johan Wouterss. Brinck); - en zijn dochter Nellitgen Brijncken (toekomende bruid).
De naaste vrienden (d.w.z. verwanten), magen (= naaste bloedverwanten) en huwelijksluiden hebben de volgende voorwaarden opgesteld voor het huwelijk: De bruidegom brengt in: - een hoofdsom van 300 gulden sprekende op Jacob Peters. (timmerman) volgens de obligatie van 24-12-1616; - een hoofdsom van 100 gulden sprekende op Johanna van Voordt, weduwe van de overleden scholt Mr. Cornelis van Duverden, waarvoor Neeltgen Henricx zich garant stelt met haar zwager Jacob Peterss. als haar gekoren momber in dezen (N.B. met zwager wordt hier mogelijk schoonzoon bedoeld?); - 25 gulden voor zijn vaders goed, die Neeltgen aan haar zoon belooft te betalen; - 57 gulden 8 stuivers en 6 penningen in gerede gelden; - de helft van 2 naast elkaar staande huisjes, met de hoff en hofstede, staande in de Bolderstraet, waarvan de andere helft in bezit is van zijn zuster Henrickgen; - het vierde part van de schuurberch die daarbij staat op de grond behorende bij de huisjes, waarvan zijn zuster eveneens een vierde part bezit en zijn moeder de helft. Al deze percelen zijn de bruidegom aanbestorven van zijn bestevader en bestemoeder (d.w.z. zijn grootouders) en van zijn vader, welke door het maaggescheid (= boedelscheiding) tussen hem en zijn zuster en dat de vorige dag is gepasseerd, en onder Mr. Elias van Weede berust, aan hem is toebedeeld.
Jan Wouters. Brijnck geeft zijn dochter mee, resp. de bruid brengt in: - een bed met toebehoren; - haar portie van de erfenis aan Nellitgen nagelaten door Thoentgen Wouters, haar moeije (= haar tante), waaraan Clemens Andrijes. zolang hij leeft de lijftocht heeft; - Jan Wouters. Brijnck belooft zijn dochter Nellitgen niet te zullen onterven, maar haar als zijn dochter in zijn na te laten goederen te zullen laten erven.
Mocht een van hen beiden komen te overlijden zonder na te laten blijkende geboorte, of zonder wedergeboorte dat dan de ingebrachte goederen zullen gaan naar de zijde en linie waarvan deze gekomen waren.
Opmerkingen vervolg 2: Wanneer er wel geboorte wordt nagelaten bij overlijden van een van hen beiden dan zal deze de goederen krijgen die de overledene bezat of waren aanbestorven, en de langstlevende behouden de goederen die hij had ingebracht of waren aanbestorven. Ten laatste eventueel te komen op de zijde waar deze goederen vandaan waren gekomen.
Winst en verlies staande huwelijk verkregen gerekend half en half; erfenis wordt niet als winst gerekend. In alle gevallen gaan de klederen en cleynodien van de bruidegom naar zijn zijde en die van de bruid met de "trouwelschat" aan haar zijde. Akte gepasseerd te Amersfoort.