-
JAN TIJMANSEN COPPEN / KOPPEN
Blaricum Koptienden (1662-87 >1800-67):
1662-87: v. Jan Jansz Lambertsz 3 cop 3/4
- v. Jan Lambertsz 2 cop 3/4
- Situatie: 0 Spt 6 cop 1/2
- ER STAAT: 0 Spt 7 cop 1/2
1665-87: v. Isaack Rutgersen 4 cop
- Situatie: 1 Spt 3 cop 1/2
1667-72 t/m 1674-81: ER STAAT: 1 Spt 5 cop 1/2
1675-81: v. Lambert Coppen 3 cop 1/8
- Situatie: 2 Spt 0 cop 5/8
1679-76: op Lambert Elbertsz Coppen 4 cop
- op Steffen Toenissen Brechtersz 6 cop
- Situatie: 0 Spt 6 cop 5/8
1680-76: ER STAAT: 1 Spt 0 cop 5/8
1681-76: v. Jan Bartholomeussen Coppen 0 cop 3/8
- (zou afgezet zijn op Tijmen Jan Coppen)
t/m 1725-44: Situatie: 1 Spt 1 cop
1726-44: op Jan Gerrit Lamfen: 6 kop
- op Gijsbert Bregtersz 2 kop 1/2
t/m 1800-67: Sluij Situatie: 0 kop 1/2
-
SAGV155.2-ORA-3234 , Folio 58-59; 28-12-1669: Testament. Compareerde voor ons Schepenen in Blaricum Lambert Coppen tamelijck gesont van lichame bij het vuijr sittende ...tot dispositie komende heeft hij Testateur gewilt dat Hermentien Everts
naar sijn afsterven voor haar gerevhtigheit uijt sijn naelatenschap sall genieten f 350, - tot laste van de gemene erfgenamen van Rutger Rutgersz Graef: mitsgaders f 150,- en tot laste staende van Lenert Jansz gesampt den interest, die bij
afsterven van de Comparant onbetaelt sall worden bevonden: waar tegens Geertien Everts sall trecken voor haar gedeelte alle sijne onroerende goederen die in dese Rechtspreeckinge gelegen sijn, oock 't geene tot sijne lijve is behoorende mede
sijn roerende goedt ten huijsen van Jan Tijmensz Cop en all wat de vrsz Jan (Tijmensz) Cop hem bij sijn Testateurs afsterven schuldigh soude mogen worden bevonden
-
SAGV155.2-3245A Hypotheken Folio 244; 18-10-1670: Transportakte; Voor Schepenen in Blaricum compareerde Anthonis Crijnen, Harmen Harmensz, Jan Pieter Willemsz en Pieter Theunisz, alle Erfgenamen van Jan Bartholomeusz Cop, voor haer selve,
mitsgaders de rato caverende voor de mede-erfgenamen, transporteren aen Jan Timensz Cop een acker boulantsz
Jan Tijmensz Coppensz |
The data shown has no sources.