Heden den vierentwintigsten September 1812 zijn voor mij, Jacob de Leeuw, Adjunct Maire van Kamerik, canton Woerden, arrondissement Utrecht, departement van de Zuyderzee als officier van den Civielen Staat verscheenen, Jan Nap, bouwman en Dirkje van de Vegt [?], dewelke mij te kennen gaven dat Aaltje Versteeg deszelfs wettige vrouw, bevallen was van een kind 't welk aan ons gebleken was te zijn van 't mannelijk geslagt, welk kind voor den doop is overleden en dat ik daarvan akte opgemaakt en onderteekend.
no. 24
Heden den vierentwintigsten September 1812 zijn voor mij, Jacob de Leeuw, Adjunct Maire van Kamerik, canton Woerden, arrondissement Utrecht, departement van de Zuyderzee als officier van den Civielen Staat verscheenen, Jan Nap, bouwman en Dirkje van de Vegt [?], dewelke mij te kennen gaven dat Aaltje Versteeg deszelfs wettige vrouw, bevallen was van een kind 't welk aan ons gebleken was te zijn van 't mannelijk geslagt, welk kind voor den doop is overleden en dat ik daarvan akte opgemaakt en onderteekend.
... welk kind voor den doop is overleden ...
Heeden den vierentwintigsten September 1812 zijn voor, Jacob de Leeuw, Adjunct Maire van Kamerik, Canton Woeren, arrondissement Utrecht, departement van de Zuyderzee, als officier van den civielen staat verscheenen, Jan Nap, bouwman en Dirkje van de Vegt dewelke mij te kennen gaven dat Aaltje Versteeg, deszelfs wettige vrouw, bevallen was van een kind 't welk aan ons gebleken was te zijn van 't mannelijk geslagt, welk kind voor den doop is overleden en dat ik daarvan akte opgemaakt en ondertekend.