She is married to Gijsbert VI van Amstel (van IJsselstein).
They got married.
Child(ren):
HEUKELOM, Bertha van, ook bekend als Bertrada van IJsselstein en jonkvrouw Beerte (gest. 25-2-1322), heldin bij de verdediging van kasteel IJsselstein. Dochter van Otto I van Arkel, heer van Heukelom (1254-1283), en van een vrouw uit het geslacht Van Heusden. Bertha van Heukelom trouwde rond 1280 met Gijsbrecht van IJsselstein (gest. voor 1344). Uit dit huwelijk werden 5 zoons en 2 dochters geboren
Berthas roem is gebaseerd op een verhaal uit de Rijmkroniek van Melis Stoke, geschreven omstreeks 1305. Het gebied rond IJsselstein was in de dertiende eeuw onderwerp van een voortdurende machtsstrijd tussen de graven van Holland en de bisschoppen van Utrecht, de laatste als heren van het Sticht, hun wereldlijk gebied. Door de moord op Floris V in 1296 werd de situatie nog aangescherpt; de Utrechtse bisschop trachtte al aan het einde van dat jaar een aantal gebieden te heroveren op de Hollanders. Slot IJsselstein werd in deze strijd gevorderd door de opvolger van Floris V, graaf Jan I, om van hieruit de Utrechters beter te kunnen bestrijden. Gijsbrecht van IJsselstein weigerde echter zijn kasteel af te staan en werd daarop gevangen gezet in Culemborg. Het kasteel werd belegerd door Hubrecht van Vianen, heer van Culemborg.De verdediging was nu aan Bertha, over wie Stoke zegt: Jonkvrouw Beerte was zo stoutmoedig dat ze voor geen goud haar huis op wilde geven; niet omwille van vrienden, noch voor verwanten (Joncfrou Beerte was so stout, dat sijt om geenrehande gout haar huus op wilde geven, noch doer vriende noch doer neven) Volgens Stoke werd zij in haar optreden gesterkt door het feit dat een knecht het zoontje van de heer van Culemborg, Gijsbrechts gijzelnemer, had weten te ontvoeren naar kasteel IJsselstein. De Hollanders zagen zich gedwongen tot onderhandelen, maar wilden niet ingaan op Berthas wens om de jongen te ruilen voor Gijsbrecht. Na een paar weken van belegering bood Bertha aan om de helft van haar manschappen uit te leveren aan de belegeraars. Dit voorstel werd aangenomen, mits Bertha dan wel zou toestaan dat een loting zou bepalen welke van haar mannen uitgeleverd en dus gedood zouden worden. Na overleg met haar manschappen stemde Bertha daarin toe, en bedacht de list dat zij de reeds gedode mannen mee zou laten loten. Toen de Hollanders binnen de kasteelmuren kwamen, zagen ze dat Bertha bij de verdediging van het kasteel door slechts zestien mannen was bijgestaan, van wie de meesten ook nog oud of ziek waren. Zoals afgesproken vond er een loting plaats. Acht mannen werden onmiddellijk gedood, de andere acht werden, tegen de afspraken in, gevangen genomen.
Na deze gebeurtenissen gaf graaf Jan het kasteel in leen aan Catharina van Durbuy, de echtgenote van zijn rechterhand Wolfert van Borselen. Na de moord op Wolfert ging het naar Jans neef Gwijde van Avesnes, bisschop van Utrecht. Toen Gwijdes bastaarddochter Maria omstreeks 1310 trouwde met Berthas oudste zoon, Arnoud, kwam het slot weer terug in handen van de familie Van IJsselstein.
Berthas roem bleef voortbestaan. In het treurspel Gysbreght van Aemstel van Joost van den Vondel (1637) wordt ze bij monde van Gijsbrechts echtgenote Badeloch opgevoerd als de moeder van Gijsbrecht. Dit is echter aantoonbaar onjuist: Gijsbrecht van Amstel was de neef van haar man, Gijsbrecht van IJsselstein. In de twintigste eeuw speelt Bertha als slotvrouwe van IJsselstein een hoofdrol in het populaire jeugdboek Fulco de minstreel, van Joh. C. Kievit.
(bron: www.inghist.nl
Bertha (Bertrada) (Beerte) van Heukelom (IJsselstein) (van Arkel) | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Gijsbert VI van Amstel (van IJsselstein) |
Toegevoegd via een Instant Discovery™
Stambomen op MyHeritage
Familiesite: Nagel Web Site
Familiestamboom: 60595071-2