He is married to "Wilhelmina" Helena Pauline Maria der Nederlanden.
They got married on February 7, 1901, he was 24 years old.Source 4
Child(ren):
Hendrik Wladimir Albrecht Ernst (Schwerin, 19 april 1876 — Den Haag, 3 juli 1934), prins der Nederlanden, hertog van Mecklenburg-Schwerin, geboren als Heinrich Wladimir Albrecht Ernst Herzog zu Mecklenburg, was de echtgenoot van koningin Wilhelmina der Nederlanden.
Hendrik was het vierde kind en de derde zoon van groothertog Frederik Frans II van Mecklenburg-Schwerin en diens derde echtgenote prinses Marie van Schwarzburg-Rudolstadt. Hij had een oudere zus, Elisabeth (1869-1955), die was getrouwd met groothertog Frederik August II van Oldenburg, en twee oudere broers, Frederik Willem (1871-1897, verdronken) en de politicus Adolf Frederik (1873-1969).
Toen Hendrik zeven jaar oud was overleed zijn vader. Hij bezocht het gymnasium in Dresden en maakte na het behalen van het schooldiploma een reis naar Griekenland, Brits-Indië en Ceylon, waarvan in de plaatselijke krant uitvoerig verslag werd gedaan. In zijn daaropvolgende militaire carrière verkreeg hij de rang van eerste luitenant bij het gardebataljon jagers in Potsdam.
Hendrik en Wilhelmina waren familie van elkaar. Hendriks betovergrootouders tsaar Paul I en diens vrouw Maria Fjodorovna waren tevens de overgrootouders van Wilhelmina. Zij trouwden op 7 februari 1901.
Hendrik ontving op zijn trouwdag de titel Prins der Nederlanden met het predicaat Koninklijke Hoogheid, maar niet de door de Mecklenburgers geëiste titel prins van Oranje. Omdat Wilhelmina het Huis Oranje-Nassau hoger achtte dan het Huis Mecklenburg, bepaalde zij bij koninklijk besluit dat haar nazaten de titel prins(es) van Oranje-Nassau zouden voeren vóór die van hertog(in) van Mecklenburg.
Het huwelijk tussen de goedmoedige landedelman Hendrik met zijn boertige humor en de strenge en plichtsgetrouwe Wilhelmina was als slecht te kenschetsen. Het echtpaar groeide uit elkaar. Wilhelmina had een hoge plichtopvatting waarvoor bij haar man geen ruimte was. Een ander groot probleem was zijn voortdurende geldgebrek. De schandalen waarin Hendrik verwikkeld raakte, mede door pogingen geldbronnen aan te boren, maakten het huwelijk er niet beter op. Pas na zijn dood zou Wilhelmina Hendrik beter leren begrijpen en begon zij zijn karakter zelfs te idealiseren.
Prins Hendrik werd in 1909 vader van een dochter, Juliana. Hij kreeg met haar een zeer goede verstandhouding.
Hendrik bekleedde diverse erefuncties in het leger. Hij werd in 1904 tot viceadmiraal en luitenant-generaal benoemd. Hij had weliswaar zitting in de Raad van State, maar werd door zijn gemalin buiten alle politieke aangelegenheden gehouden. Deze onbeduidende positie betreurde hij ten zeerste.
Hij maakte zich bij zijn personeel zeer geliefd, maar bleef voor het volk lange tijd een vreemde. In de beginjaren van zijn huwelijk besteedde hij vooral aandacht aan de jacht en de verbetering van de wildstand op de Veluwe. Ook toonde hij belangstelling voor bosbouw en het dresseren van paarden. Lezen deed hij niet, evenmin hield hij zich bezig met het voeren van erudiete conversaties. In zijn vrije tijd speelde hij vaak het kaartspel patience of legde een puzzel.
Prins Hendrik had grote belangstelling voor het sociale en economische leven in Nederland.
Hij was Koninklijke Commissaris van de vereniging De Nederlandsche Padvinders. voorzitter van Het Nederlandse Rode Kruis en hij opende de Olympische Spelen in Amsterdam.in 1928.
Hendrik hield er een vrij frivole levensstijl op na. Bekend is de anekdote van de prins die, na de erepromotie van zijn dochter Juliana een gesprekje voerde met haar erepromoto die tegen de prins zei: "Uw dochter is erg intelligent en kan goed overweg met haar vrouwelijke jaargenoten", waarop Hendrik geantwoord zou hebben: "Dat van die intelligenz heeft ze van haar moeder, dat van die maisjes van mai".
Door het hood CID, een vertrouweling van Wilhelmina, zouden diverse gevallen zijn geregeld waarin Hendrik min of meer werd gechanteerd. In Huize Windekind arrangeerde hij voor Hendrik ontmoetingen met prostituees, zodat hij enig overzicht hield over zijn seksuele escapades.
De laatste jaren van zijn leven ging zijn gezondheid snel achteruit. Op 3 juli 1934 verslechterde plotseling zijn gezondheidstoestand en stierf hij binnen enkele seconden aan een hartverlamming. Wilhelmina en Juliana waren daar niet bij. Hendrik werd 58 jaar. Hendrik werd bijgezet in de Grafkelder van Oranje-Nassau in de Nieuwe Kerk te Delft.
Al jarenlang doen geruchten de ronde dat Hendrik meerdere buitenechtelijke kinderen verwekt zou hebben. Onomstotelijk bewijs is nooit geleverd. Na zijn dood betaalde Wilhelmina voor zijn buitenechtelijke escapades financiële vergoedingen: aan Julia Cervey in Genève maandelijks tweehonderd gulden, aan Mien Lier-Wenneker in Den Haag vijfhonderd gulden en aan Wilhelmine Steiner in Zürich eenzelfde bedrag