Op 21 mei 1678 is hij samen met zijn vrouw, Barbara Simonsdr, met het schip "Wapen van Alkmaar" naar Indië vertrokken en op 17 oktober op de Kaap aangekomen. De predikant, ds Petrus Hulsenaer, was 10 maand daarvoor gestorven en de Kaapse gemeente, de enige destijds in Zuid-Afrika, was nog steeds zonder een herder. De commandeur heeft hem dringend verzocht om op de Kaap te blijven en hij schreef: "Ik dank mijn God, dat Hij mij hier heeft gebracht, alsook dat ik ten hoogsten vergenoegd ben: want hier is een tamelijke gemeente, een burgerlijk volk, en hier is een fraai man die het opperhoofdschap bekleedt, en een zeer ordentelijke regering, en kan alsnog niet anders opmerken - zonder roem gesproken - als een groot genoegen".
Child(ren):