He is married to Machteld den EXTER.
They got married
Child(ren):
26 . Joost Vranckenz. van Rijt, geb. in de 2e helft van de 16e eeuw, bouwman, molenmeester van de Noord-Kethel 1608, 1609, (overl. Overschie 1656 (6 april -16 aug.), tr. Machteld Jansdr. [den Exter], overl. Overschie tussen 28 aug. 1650 en 6 april 1656, dr. van Jan Ariensz. den Exter en Geertge Pietersdr. Joost Vranckenz. was een broer van Willem Vranckenz. en Cornelis Vranckenz. Dat is op de eerste plaats ontleend aan het testament van hun ouders en is op de tweede plaats af te leiden uit de hierna volgende akten uit 1608 en 1648. In de akte van 1608 worden zijn nadrukkelijk broers genoemd. In de akte van 1648 worden de neven van Cornelis t.w. Isbrant als zoon van Willem en Vranck als zoon van Joost vermeld als voogden over de minderjarige kleinkinderen van Cornelis Vranckenz. van Rijt. GA Schiedam. ORA Kethel en Spaland 91, fol. 93 d.d. 23 febr. 1608: Louris Gerritsz. gehuwd met Claesgen Gerritsdr. wede van Willem Vranckenz. ter ene zijde en Cornelis Vranckenz. en Joost Vranckenz. omen en voogden van de nagelaten weeskinderen van Willem Vranckenz. genaamd IJsbrant Willemsz. 13 jaar, Jan Willemsz. 12, Grietgen Willemsdr. 9 en Vranckgen Willemsz. 4 jaar ter andere zijde, sluiten een accoord nopens het vaderlijke bewijs. GA Delft. ONA Delft 1928, fol 13 d.d. 9 aug. 1648: Inventaris van de boedel van zal. Cornelis Vranckenz. van Rijt, in zijn leven bouwman, overleden 20 mei 1648 op Honsholredijk, boedelhouder gebleven van zal. Trijntge Claesdr. , zijn huisvrouw was, overleden 1 april 1647. Opgemaakt door Cornelis Cornelisz van Rijt en Jan Jansz. Oltshoren, getrout hebbende Grietgen Cornelisdr. van Rijt, mitsgaders Isbrant Willemsz. van Rijt en Vranck Joostenz. van Rijt naast Cornelis Cornelisz. van Rijt en Jan Jansz. Oltshoren gesteld als testamentaire voogden over de 5 onmondige kinderen van zal. Vranck Cornelisz. van Rijt en het weeskind van zal. Willem Cornelisz. van Rijt, alle kinderen en kindskinderen en erfgenamen. GA Delft. Inventaris van de boedel ende goederen van Joost Vranckenz. van Rijt ende Machtelt Jansdr. d.d. 16 aug. 1656. Beiden overleden in Ouderschije. GA Delft, not. arch. Delft, inv. nr. 1930 d.d. 16 augustus 1656, nr. 10. Inventaris opgemaakt door notaris Gerrit van der Wel te Delft ten verzoeke van Vranck Joostensz. van Rijt, Arijen Joosten van Rijt, en Willem Joosten van Rijt, mitsgaders Andries Arijensz. Oolijman getrout hebb. Maritgen Joosten van Rijt, elk voor haar zelf en nog als voogden van de twee nagelaten kinderen van za. Maritgen Joosten van Rijt, alle kinderen en kindskinderen van de voorn. Joost Vranckensz. van Rijt en Machtelt Jans. zal. GA Schiedam. ORA Kethel en Spaland (Dingboek) 84, fol. folio 268v. d.d. 26-01-1632: Geertgen Pietersdr. weduwe Jan Arentsz. den Aechter(?)wonende deze ambacht en Joost Vranckenz. gehuwd met Machtelt Jansdr. haar dochter, hebben geexamineerd en zijn overeengekomen (Er wordt verwezen naar een procedure bij het Hof van Holland in 1631 tussen de voorn. Joost Vrancken en Pieter Doenssen uit naam en vanwege haar comparante Geertgen Pietersdr. ter ene zijde en Jannetgen Crijnen weduwe Pieter Jansz. Rivert haar zoon, ter andere zijde. Zij verklaren dat op 07-03-1626 tussen henlieden comparanten en Pieter Jansz. Rivert [toen nog in leven] geen afrekening is gemaakt nopens de kusting in hetzelve verhaal geroerd.)
Joost Vranckenz van Rijt | ||||||||||||||||||||||||||||||||||
Machteld den EXTER | ||||||||||||||||||||||||||||||||||