Kind Cornelis Rijnsdorp
Vader Johannes Everhardus Rijnsdorp
Moeder Helena Maria Molenaar
Plaats Rotterdam
Geboortedatum 19-09-1894
Opmerkingen akte nr. 612 deel a2
Bron Rotterdam 1894 a055
Doctor in de letteren.
Ontving de onderscheiding Ridder in de Orde van Oranje Nassau.
Ontving de onderscheiding Officier in de Orde van Oranje Nassau.
Cornelis Rijnsdorp, geboren op 19 september 1894 te Rotterdam-Delfshaven, groeide op in een eenvoudig gereformeerd milieu. Zijn vader was slager en na diens vroegtijdige dood in 1908 moest Rijnsdorp - na drie jaar ULO - van school. Hij was werkzaam op diverse handels-, scheepvaart- en bankkantoren, en behaalde in de avonduren de kantoordiploma's moderne talen en boekhouden. Zijn culturele vorming en ontwikkeling verwierf hij hoofdzakelijk door zelfstudie.
Rijnsdorp wilde aanvankelijk componist worden en volgde van 1910 tot 1916 lessen in muziektheorie en gaf reeds in 1912 zijn eerste publikatie uit. De literatuur drong de muziek echter naar de achtergrond en in 1920 publiceerde hij zijn eerste proza in De Spiegel. Drie jaar later debuteerde hij als dichter in Stemmen des Tijds en Opgang: het begin van een gestage stroom van literair werk in allerlei periodieken.
In 1930 verwierf C. Rijnsdorp landelijke bekendheid met zijn romandebuut Koningskinderen. Van zijn bekendste werken noemen we hier Kostganger Gods (1934), Eldert Holier (1938) en Mijn vader, mijn vader (1946).
Van 1937 tot 1942 was Rijnsdorp muziekrecensent voor het antirevolutionaire dagblad De Standaard. Tevens was hij medewerker en redacteur van het protestants letterkundig tijdschrift Opwaartsche Wegen.
Na de Tweede Wereldoorlog richtte Rijnsdorp, samen met P.J. Risseeuw en D. van der Stoep, in 1946 het letterkundig en algemeen-cultureel maandblad Ontmoeting op, waarvan hij tot 1957 redacteur was. Rijnsdorp groeide uit tot een van de leidende figuren van het christelijk letterkundige en culturele leven. In 1951 werd hij benoemd tot lid van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde.
Na zijn vervroegde pensionering bij de Nederlandse Handel-Maatschappij in 1954 kon Rijnsdorp zich geheel wijden aan zijn levenstaak. Hij werd vast literair medewerker bij de Rotterdammer-Kwartetbladen en zette dit werk na de (redactionele) fusie in 1972 voort in het dagblad Trouw. Tevens werd hij docent kunstgeschiedenis en antropologie aan de Christelijke Academie voor Lichamelijke Opvoeding (CALO) te Rotterdam, later in Arnhem.
Vanaf 1957 verzorgde Rijnsdorp tal van cultuurhistorische programma's voor de NCRV-radio. Ook was hij als letterkundig adviseur betrokken bij de totstandkoming van het Liedboek voor de kerken (1973).
In 1964 werd zijn gezag als criticus bevestigd door de toekenning van de tweejaarlijkse Prijs der literaire kritiek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde. Als kroon op zijn levenswerk verleende de Vrije Universiteit te Amsterdam de autodidact Rijnsdorp in 1965 een eredoctoraat in de Letteren.
Op initiatief van het Comité 'Rijnsdorp Tachtig Jaar', werd hij op 19 september 1974 bij zijn tachtigste verjaardag gehuldigd door een grote vriendenschaar. Bij deze gelegenheid werd hij tevens bevorderd van Ridder tot Officier in de orde van Oranje Nassau en kwam de uitgave van zijn Literair dagboek (1940-1950) tot stand. Ook werden zijn drie bekendste romans opnieuw uitgegeven in de vorm van een omnibus.
Tot op hoge ouderdom bleef hij produktief; uiteindelijk werd de ouderdom zelf onderwerp van reflectie, zoals in de tien dagsluitingen voor de NCRV-televisie, gebundeld in Lage zon, lange schaduwen (1980) en het postuum verschenen Laatste gedachten (1982). Op 12 februari 1982 overleed Rijnsdorp te Rotterdam.
He is married to Anna Maria Gerber.
They got married on July 14, 1921 at Rotterdam , he was 26 years old.Source 2
Bruidegom Cornelis Rijnsdorp , geb. Rotterdam 26 jaar
Vader Johannes Everhardus Rijnsdorp
Moeder Helena Maria Molenaar
Bruid Anna Maria Gerber , geb. Makkum 27 jaar
Vader Sake Gerber
Moeder Uilkje Crossen
Plaats Rotterdam
Huwelijksdatum 14-07-1921
Bron Rotterdam 1921 k87
Child(ren):
Cornelis Rijnsdorp | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1921 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Anna Maria Gerber |