Child(ren):
Wordt in 1536 samen met Melis Dirksz genoemd als gebruiker van het goed Broek, onder het gericht van Woudenberg.
Wordt in 1556 genoemd als gebruiker van de ½ van het erf Coutijs; zijn zonen zijn gebruikers van de andere helft.
Was mogelijk 2x gehuwd; mogelijk was zijn eerste vrouw een dochter van Peter Henricks, de bezitter van Coutijs (1526).
In 1536 zijn Thijman Willemsz en Melis Dircksz bruiker van ´t Broek onder (Oudschildgeld Woudenberg nr. 97).
In 1556 wordt Thijmen Willemsz genoemd in de rekening van de rentmeester van de Domeinen te Utrecht als eigenaar voor de helft van het erf Coudijs; zijn zonen Jan en Jacob zijn eigenaar voor de andere helft (HUA; Fin. Inst. nr. 31).
In 1590 is Thijman Willems eigenaar van Coudijs. Er is onduidelijkheid over de eigendom: “daer van dat schijnt dat Thijman voorschreven d’een helft gebruijckt ende d’ander helfte sijn twee soons Jan en Jacob. Te vragen off Thijman sijn twee soonen dit in hijlick gegeven heeft” (Tijnsrol Huis Amerongen 1590, fol. 30; transcr. Dick v. Wageningen).
In 1590 is Thijman Willems eigenaar van een halve hoeve veen in Ginkel (Tijnsrol Huis Amerongen
1590, fol. 31; transcr. Dick v. Wageningen).
In 1599 zijn eigenaar van Coudijs: Herman Thijmensz, de ene helft en Jan Thijmensz en de kinderen van Jacob Thijmensz de andere helft (Oudschildgeld Woudenberg nr. 60).
The data shown has no sources.