1. Geboren in 1638 in Delfshaven [Bron: Par. P.C. v.d. Bijl-1600-00-00.]
2. Geboren 1640 te Overschie [Bron: International Genalogical Index Blz. 10]
3. Stamvader van de Zuid-Afrikaanse Van der Bijlen. Zie ook artikel "Van der Bijlen Overzee"' in Festina Lente 1, blz 8-11
,,Varietas"
Begraven op de Oude Kerkhof [Bron: Van der Bijl - Geslagsregister 1667-1967]
He is married to Sophia Jansdr van den Tempel.
Permission for the marriage has been obtained in Rotterdam on October 28, 1657.Source 9
They got married on November 11, 1657 at Overschie, he was 24 years old.Source 9Zie voor voorouders vdB-1633-11-05 Delflandse Tak
Gerrit van der Bijl getrouwd met Anna Sophia van der Tempel.
Gehuwd in 1660 te Overschie/Vollenhove.
Child(ren):
1. Gerhard Pieterzoon van der Bijl, Stamvader van de Zuid-Afrikaanse tak; Zoon van Pieter Corneliszn van der Bijl (vdB-1600-00-00-PC *Dfld) en Immetje Jansdr Bax (Bax-1600-00-00); Zie onder Delflandse Tak 1.
2. Gerhard Pieterzoon van der Bijl, (ca. 1640 - voor 29-04-1698) is te Overschie, ongeveer 4 mijl van Rotterdam, Holland, geboren en hoogst waarschijnlijk op Stellenbosch (Kaapkolonie) overleden en op het Oude Kerkhof, tussen de Kerk en de Pleinstraat begraven. Hij is in Holland rond 1660 getrouwd met Sophia van den Tempel, (? - 18-08-1701), dochter van Jan van den Tempel.
Men weet niet wanneer en in welke hoedanigheid Gerhard naar de Kaap gekomen is, maar het is bekend, dat hij voor 23 Maart 1668 de Kaapse Overheid verzoekt zijn vrouw en enig kind Pieter te laten mogen overkomen van Rotterdam naar de Kaap. (Staatsarchief, Kaapstad, C. 495 nlz. 47).
Gerhard heeft eerst in Kaapstad gewoond, en in Juli 1669 wordt hij (volgens G.E. Pearse: Cape of Good Hope 1652-1833', "a fine, suitable and well conducted man") op zijn eigen verzoek aangesteld als gerechtsbode tegen een salaris van 10,-- per maand. In datzelfde jaar, en weer in 1674, wordt Gerhard als Diaken gekozen en in 1675 als Ouderling van de Kaapse Gemeente.
In of voor 1672 koopt Gerhard zijn eerste stuk grond in de Kaapkolonie. In de transportacte T.135 van 18-3-1672 wordt dit beschreven als "een zeker stuk land groot 13 morgen 264 vierkante roede, in Tafelbaai onder de Windberg (nu Duivelskop) aan de grote pas tussen tafelbaai en Cabo Falso". Volgens een persoonlijke mededeling van dr Mary Cook was dit woonhuis hier ter plaatse ongeveer op de plek waar nu het huidige Mowbray Hotel staat. Gerhard, of zijn zoon Pieter, heeft de naam "Varietas"aan hun eigendom gegeven. Het is meer dan 50 jaar in hun bezit gebleven en is na Pieter's dood verkocht.
In 1677 wordt Gerhard lid van de Burgerraad en twee jaar later wordt hij voorzitter van deze raad, ondanks zijn beklag dat hij daarvoor niet de tijd had, daar hij een man was die zijn kost met zijn handen moest verdienen.
In April 1680 trekt Gerhard, samen met Henning Huijsing, naar Stellenbosch. Met uitzondering van een nog onbekende boer die in December van het voorfagaande jaar daarheen getrokken was, waren Gerhard en Henning de eerste boeren van Stellenbosch. Is Gerhard misschien gevlucht voor het voorzitterschap van de Burgerraad?
Gerhard heeft zijn nieuwe vestiging 'Vredenburg'genoemd. Dit is pas op 29-2-1692 aan hem toegekend en was 52 morgen 141 vierkante roede groot, gelegen aan de Noordelijke oever van de Eerste Rivier,ten W esten van 'Libertas' wat later de plaats van Adam Tas geworden is. Vredenburg is gedurende drie geslachten in hety bezit van de Familie Van der Bijl gebleven - tot 1779, dus bijna een volle eeuw. Het heet nu 'Rhodes-vreugd' en het enige oude gebouw dat daar nog staat is een T-vormige schuur, maar de ouderdom ervan is nog niet vastgesteld.
Twee jaar na hun aankomst in Stellenbosch wordt Gerhard en Huysing (Welmoed) samen met Hans Grimpe (Libertas) en Hendrik Elberts (Bij-den-Weg, Stellenboschkloof) als de vier eerste Heemraden van Stellenbosch aangesteld. - in Augustus 1682. Toen de nieuwe Gemeente van Stellenbosch in 1686 gesticht werd, is Gerhard tot de eerste Ouderling van de Gemeente gekozen.
Na zijn vestiging in Stellenbosch zijn nog twee erven in Kaapstad aan Gerhard getransporteerd. De eerste, overgedragen op zijn naam op 22-3-1681, was 1 morgen en 51 vierkante roede en 20, vierkante voet groot en was gelegen noordoosetijk aan de Tafelbaai en noordwestelijk aan de Leeuwenberg. Dit erf is op dezelfde dag aan Jan Valck getransporteerd, maar vermoedelijk is het zo, dat Gerhard dit al voor ettelijke jaren in bezit gehad heeft voor dat dit in 1681 het transport naar hem is overgeschreven.
Het andere erf, gelegen op wat nu Kerkplein is, is op 30-4-1683 aan Gerhard getransporteerd, was 138 vierkante roede 8 vierkante voet en was nabij het oude fort gelegen, ZZO ten Oosten van het Kasteel. Iets meer dan de helft van dit erf is in 1685 verkocht en het restant is door Gerhard met de hele boedel verkocht. Kan het zijn, dat daar op het erf een huis gestaan heeft, dat Gerhard als dorpshuis gebruikt heeft,wanneer hij van Stellenbosch een bezoek bracht aan de Kaap?
[Bron: Van der Bijl Geslagsregister 1667-1967].
3. Uit een notariele acte d.d. 22-12-1665 blijkt, dat Gerrit en Sijtje op dat moment in Overschie woonden en dat Gerrit belastinggaarder was en gewezen bode, waarschijnblijk van de plaatselijke schepenbank. In de lijvige stukken die in 1680 en 1681 worden opgemaakt na het overlijden van zijn moeder, de weduwe Immetje Jans, staat achter Gerrit's naam vermeld: uijtlandigh. Om ietsnauwkeuriger te kunnen vaststellen, wanneer hij uit de Nederlanden vertrok, moeten we de bewaard gebleven stuklken uit het Kaapse archief raadplegen. Daaruit blijkt, dat Gerrit in 1666 of 1667 naar Zuid-Afrika moet zijn gegaan, want op een niet nader vermelde datum (maar voor 23-3-1668) verzoekt hij de Kaapse overheid om zijn vrouw en enig kind Pieter vanuit Rotterdam te mogen laten overkomen. Hij moet dus tevoren alleen zijn vetrokken.
Gerrit Pieterszn van der Bijl arriveerde dus in 1666 of 1667, in 1668 gevolgd door zijn vrouw Sijtje en zijn zoon Pieter. We weten niet, wat hij die eerste jaren heeft gedaan, maar in 1669 werd hij aangesteld tot gerechtsbode van kaapstad. In 1677 werd hij benoemd tot lid, in 1679 tot voorzitter van de Burgerraad. In de Kaapse Hervormde Gemeente werd hij in 1669 en 1674 tot Diaken gekozen, in 1675 tot Ouderling. Omstreeks 1672 verkreeg hij 13 morgen en 264 vierkante roeden grond in Tafelbaai onder de Windberg en hij noemde zijn bezit VARIETAS.
Goeverneur Simon van de Stel stichtte aan de oevers van de Eerste Rivier een nieuwe nederzetting (Na de Kaap). Het klimaat was er mild, er was weinig wind - dit in tegenstelling tot de harde, stormachtige wind die in Kaapstad woei - en het probleemvan permanent graantekort zou hier opgelost kunnen worden. De nieuwe nedezetting kreeg de naam Stellenbosch en Gerrit van der Bijl was de tweede boer die zich daar in April 1680 vestigde. Zijn nieuwe bezit, dat hij VREDENBURG noemde, was 52 morgen en 141 vierkante roeden groot en gelegen aan de Noordelijke oever van de Eerste Rivier. Het zou tot 1779 in de familie blijven.
Reeds in 1682 werd in Stellenbosch een derde van alle graan op de Kaap geoogst. De nieuwe nedezetting werd aanvankelijk als een uitbreding van de vestiging aan de Kaap gezien, maar tussen kaapstad en Stellenbosch strekte zich 50 km zandvlakte uit ener was geen weg. Om de bewoners van Stellenbosch niet te verplichten voor elk geschil, elke vergunning en voor elke beraadslaging de moeilijke tocht naar Kaapstad te maken, werd in 1682 besloten vier Heemraden ts benoemen die zowel bestuurlijke alsrechtelijke zaken moesten behartigen en de Kaapse overheid aldus konden assisteren en adviseren in Stellenbossche aangelegenheden. Gerrit van der Bijl was een van die Heemraden. Naderhand werd aan dit College een Landdrost toegevoegd die met het voorzittersschap werd belast en die tevens over de belangen van de V.O.C. moest waken.
In 1686 gaf Goeverneur Van der Stel opdracht in Stellenbosch een gerechtshuis en een godshuijs te bouwen en hij benoemde Gerrit tot eerste Ouderling van de kerk. Indatzelfde jaar werd de burgermilitie in Stellenbosch opgericht en in 1687 benoemde Goeverneur Gerrit tot kapitein van de compagnie infanterie en diens zoon Pieter tot vaandrig van de compagnie dragonders. Die militie was nodig, omdat de bevolking in toenemende mate geconfronteerd werd met veediefstal.
Gerrit van der Bijl overleed in 1698.
[Bron: Festina Lente 1, blz 8-10].
4. Artikel over rechtszaak in Delft d.d. 22 december 1665 betr. geleend geld
[Zie artikel Festina Lente 2, blz. 6, d.d.[juli 1987].
5. Foto: van zijn Boerderij "Vredenburg" te Stellenbosch in Genealogie-album: Familie van der Bijl - Zuid-Afrikaanse Tak". [Zie foto-archief E.J. Veldhuyzen, nr 159/2].
6. ,,Een ontmoeting die leide tot een aanvullend onderzoek naar de Zuid-Aftikaanse familietak. [Zie artikel in Festina Lente nr 36, blz. 22 t/m 28]
7. Gerrit van der Bijl, geboren in Overschie in Holland omstreeks 1635-1640. Gerrit, zijn vrouw en hun kleine zoon (Pieter Gerrit) vertrokken uit Overschie naar kaap de Goede Hoop omstreeks 1664. Gerrit verwierf aldaar spoedig aanzienlijke rijkdom en bekleedde verschillende belangrijke posities in de Kolonie, waaruit wel mag worden aangenomen, dat hij een begaafd en achtenswaardig mensch was. [Bron: vdB-1906-05-12].
Gerrit Pieterszn (Gerhard Pietersz) van der Bijl | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1657 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Sophia Jansdr van den Tempel |