He is married to Françoise Stoffels Van DIEMEN.
They got married on October 31, 1679 at Dordrecht, he was 36 years old.
Bron: Biographisch Woordenboek der Nederlanden "Bevattende Levensbeschrijvingen van zoodanige Personen, die zich op eenigerlei wijze in ons Vaderland hebben vermaard gemaakt" Deel XVII 1e stuk blz 216 - 1874 door Abraham Jacob van der Aa, Delen 1-21 - Haarlem - J.J. van Brederode 1852-1878
"Godfried Schalcken, zoon van den vorige, werd in 1643 te Made geboren en overleden 15 November 1706 te Den Haag. Hij werd aanvankelijk voor de studie opgeleid, doch had meer neiging voor de schilderkunst. Zijne leermeesters waren Samuel van Hoogstraaten en Gerard Dou, in wiens stijl hij moderne binnenhuizen bij kaarslicht schilderde. Ofschoon hij dien meester noch in juistheid van teekening, noch in bevalligheid van beeldjes, harmonieus effect en in schildering nabij kwam, en het te bejammeren is, dat hem aan genoegzame smaak haperde om altijd goede modellen met eenen dichterlijke geest na te volgen, zoo verdient hij echter onder de kaarslicht-schilders de 17e eeuw een der voornaamste plaatsen. Zijne tafereelen zijn behagelijk, verheven en natuurlijk van toon. Hij vervaardigde een menigte portretten en historische onderwerpen en maakte veel opgang in zijne kunst: zijne werken werden ook buitenlands bekend. Onder de regering van stadhouder Willem III begaf hij zich naar Londen. Ook daar ontbrak het hem aan geen gelegenheid zijn roem te handhaven, en schilderde er het portret van den koning bij kaarslicht. Ook schilderde hij portretten in 't groot, doch stond daarin achter bij Kneller, en keerde na enkele mislukte proeven tot zijn vroegeren trant op kleiner schaal weder. In 1692 in Holland teruggekeerd, zette hij zich te 's Hage ['s Gravenhage] neder en overleed aldaar 16 november 1706."
Bron: Nieuw Nederlandsch Biographisch Woordenboek onder redactie van Dr. P.C. Molhuysen, directeur van de koniklijke bibliotheek te 's-Gravenhage en Dr. Fr. K.H. Kossmann, bibliothecaris van de bibliotheek der gemeente Rotterdam. Tiende deel. A.W. Sijthoff's Uitgevers Maatschappij N.V. Leiden 1937.
"Godfried Schalcken, schilder, geboren in 1643 te Made bij Geertruidenberg en overleden te 's Gravenhage op 13 of 16 november 1706. Hij was een zoon van den predikant Cornelis S., die volgt. Zijn moeder, Aletta Lydius, was de dochter van Ds. Baltius Lydius te Dordrecht. Tusschen 156 en 62 is Godfried hier in de leer geweest bij Samuel Hoogstraten. Dan gaat hij naar Leiden om bij Gerard Dou te werken. In 1665 wordt hij in Dordrecht vermeld als vaandeldrager bij het 7e vendel der schutterij. 31 October 1679 is hij gehuwd met Francoise van Diemen uit Breda. Hij woont in 1682 "op de Boom" en is voor of in 1686 naar de Wijnstraat verhuisd. Van zijn 7 kinderen, waarvan er 6 jong zijn gestorven, bleef alleen Francoise in leven, die op 28 juni 1690 gedoopt werd. Op 20 februari 1691 heeft hij aan het haagsche gilde f18 betaald. Het is jiet zeker of hij toen zelf in den Haag woonde; mogelijk is ook, dat hij dat geld betaalde om in den Haag vrij de kunst te mogen beoefenen. Hij stond waarschijnlijk toen reeds in connectie met de voornaamste kringen daar. Op 12 November 1691 vinden wij opgetekend, dat hij in Dordrecht bij de Gravestraat woonde. 18 Mei 1692 gaat hij met zijn vrouw naar Londen. Volgens Warpole is hij er zelfs 2-maal geweest. Hij maakte hier vooral veel portretten van den engelschen adel. Zijn werk, dat onder invloed van van Dyck staat, is glad en gemaniereerd, wat aanvankelijk zeer in den smaak viel. Doch op den duur kon hij niet concureeren met Kneller, die in 1680 de opvolger van Peter Lely was geworden. Op 18 Juni 1698 vestigd hij zich in den Haag, waar hij 31 Augustus 1699 burger wordt. In 1700 krijgt hij de opdracht om voor de Raadskamer van de admiraliteit in Rotterdam portretten der Oranjes te schilderen. Hij mocht daarvoor in het paleis cpoieeren, doch daar dit blijkbaar te lastig was, mocht hij de portretten zelfs mee naar zijn atelier nemen. In 1703 werkt hij aan het hof van den Keurvorst te Dusseldorf, waar enkele jaren later ook Rachel Ruysch heeft gewerkt. S. schijnt haar goed gekend te hebben en zij zou zelfs op een van zijn werken een bloemenkrans hebben geschilderd. In 1704 is S. weer in den Haag terug. Er zijn verschillende akten over financieele aangelegenheden en dergelijke over hem bewaard, o.a. het testament, dat hij op 29 Augustus 1705 met zijn vrouw maakte. Wanneer hij in 1706 overlijdt, laat hij zijn vrouw en zijn dochter in gunstige omstandigheden achter. Zijn werk werd goed betaald, terwijl de gunst van den engelschen adel en van den koningstadhouder Willem III, wiens portret hij o.a. maakte, hem veel voordeel zal gebracht hebben. Aanvankelijk heeft hij veel in den trant van Dou gewerkt. Doch naarmate zijn schilderijen grooter worden, wordt hij persoonlijker. Hij maakte vooral studie van lichteffecten, genre-stukken met kaarslicht en een kolenvuur komen herhaaldelijk voor. Zelfs zijn portretten zijn soms op een dergelijke manier verlicht. In de 18e eeuw werd zijn werk zeer geroemd. Hij heeft echter ook nog andere onderwerpen behandeld, o.a. bijbelsche en mythologische voorstellingen. Hij behoort tot het begin van de vervalperiode de hollandsche kunst. Tot zijn leerlingen behoorden zijn zuster Maria, zijn neef Jacob Schalcken en Arnold Boonen."
Godefricus Cornelisz SCHALCKEN | ||||||||||||||||||
1679 | ||||||||||||||||||
Françoise Stoffels Van DIEMEN |
The data shown has no sources.