Genealogy Richard Remmé, The Hague, Netherlands » Gheraert Jansz. van der Woert (1288-1358)

Personal data Gheraert Jansz. van der Woert 

• He was born in the year 1288.
• He died in the year 1358 in Dordrecht, Zuid-Holland, Netherlands, he was 70 years old.
• A child of Jan van der Woert and Nn Nn
• This information was last updated on December 4, 2022.

Household of Gheraert Jansz. van der Woert

He is married to Nn Nn.

They got married

Notes about Gheraert Jansz. van der Woert

http://www.uwpassieonline.nl/passie/sites/template.php?pid=3265081&taal=nl

Naam:  Gheraert Jansz. (Van der WOERT)
Geboren: 00-00-1288 te Dordrecht
Overleden: 00-00-1358

Ouders: Jan Van der WOERT en N N
Broers, zussen: Willem Jansz.
Jacob Jansz.
Florens Jansz.

Echtgenoot:
N N
Trouwdatum:00-00-1310

Kinderen:
Jan Gheraertsz.
Cleis Gheraertsz.
Sophie Gheraertsdr.
Jacob Gheraertsz.

Woonplaats: Dordrecht. Als bode reed hij veel te paard en voer heel wat per schip, vooral in Zeeland. Gheraert erfde de beleningen van zijn vader en werd zelf door graaf Willem III beleend met veenlanden.
Beroep: knaap, delflaar en bode van de Hollandse graven Willem III, Willem IV en Margaretha.

Gheraert Jansz. was riddergeboortig en dus knaap. Verder was hij delflaar en bode voor de Graven Willem III en Willem IV van het Henegouwse Huis en voor Gravin Margaretha van het Beierse Huis. Hij betaalde in 1316 landhuur te Leede, veenland in Delfland. In 1330 wordt vermeld dat hij bij Bysoeyen (Waalwijk, waar ook Spang-Kapelle in ligt) een groot veenland heeft in de Groote Waerd. In 1334 blijkt hij ook veenlanden In Berkel en Vlaardingerambacht te bezitten. Het grote veenland bij Bysoeyen lag op de grens van Holland en Brabant. Wellicht is het geen toeval dat de Graaf voor een goede bewaking van deze grens tegen de agressieve Hertog van Brabant een Van der Woerd heeft gekozen. Gheraert zal zeker ook ruiter zijn geweest in de strijdgroepen van Graaf Willem III. Als voorbeeld van zijn onverschrokken gedrag, diene de volgende tekst uit een rekening: "Item ontfaen van Gheraed Janszoen van der zoene van dien dootslaghe, di hi dede an Annekin Broeder Janszoen, van sire landwinninghe ..... 55 lb.". Wie het slachtoffer Annekin is geweest blijft onduidelijk. Gheraert kwam er met een boete vanaf, alhoewel die niet gering was. Zijn vader heeft ongetwijfeld van deze doodslag geweten in het laatste jaar van zijn leven. Van zijn werkzaamheden als bode voor Graaf Willem IV zijn in de rekeningen van de Grafelijkheid van Zeeland markante aantekeningen te vinden. Gheraert zal zijn bodewerkzaamheden te paard, met één of meer ruiters als begeleiders, hebben uitgevoerd. Ook zal regelmatig met gecharterde schepen in speciale opdracht zijn gevaren. In de waterrijke gebieden van Holland en Zeeland, zeker in die tijd, was dat onontkoombaar. Uit andere bronnen is bekend dat zo'n "bodegroep" ruiters de Gravelijke Standaard meevoerde, zodat het voor iedereen duidelijk was wat voor gezelschap er passeerde en ze ruim baan moesten maken. Toch zal er wel eens gevochten zijn, vooral wanneer bij de uitvoering van geheime oprachten de standaard niet werd gevoerd. De bodereizen werden betaald door de rentmeesters van het betreffende gebied. Graaf Willem IV was bezig met diverse geldverslindende aangelegenheden. Het was dus van belang dat de rentmeesters hun inningstaken optimaal uitvoerden en zeker ook de uitgaven nauwkeurig bijhielden. Door deze accurate en complete administratie en registratie, zijn we nu uitvoerig geinformeerd over deze periode uit onze geschiedenis. Gheraert zal de Graven, zijn rentmeesters en andere personen uit de hofhouding persoonlijk gekend hebben, hij kwam regelmatig aan het hof te Valenciennes. Dat Meester of Magister Jan van Florence Gheraerts vader was zal zeker het bekende "kruiwageneffect" hebben gehad en de acceptatie en gravelijke loopbaan van Gheraert hebben bevorderd. Eén ding is zeker, hij kreeg elk jaar een 'nieuwe rok' van de Graaf. Gheraert erfde na het overlijden van zijn vader in 1333 de tiende in Krimpen a/d IJssel en de 6 morgen land in Ouderkerk a/d IJssel als lenen van de Heer van de Lek. Zijn vader heeft aan deze bezittingen nooit veel aandacht kunnen schenken. Gheraert zal daar wat meer tijd voor gehad hebben, alhoewel hij ook vaak gedurende lange tijd op reis was. Ondanks waarschuwingen trok Graaf Willem IV in september 1345 op tegen de Friezen. Vanuit Enkhuizen trok hij over de Zuiderzee richting Staveren. In de bekende slag bij Warns, in de buurt van Staveren, is zijn leger letterlijk 'in de pan gehakt' en heeft Graaf Willem IV de dood gevonden. Gheraert was daar niet bij, hij was belast met het brengen van een bericht aan de Gravin in Valenciennes die zeer verontrust was door de wilde escapades van haar man. Ondanks het feit dat het stadsbestuur van Dordrecht de Graaf ernstig had ontraden om op te trekken naar Friesland, heeft deze toch een beroep gedaan op de ridders en knapen uit Dordrecht en omgeving om hem te vergezellen op zijn krijgstocht. Vele jonge mannen uit riddermatige geslachten hebben hier gehoor aan gegeven. Helaas is er geen lijst van gesneuvelden gemaakt, doch het is tamelijk zeker dat de nog jonge zoons Jan en Cleis van Gheraert in de Slag bij Warns zijn gesneuveld. Eveneens staat nagenoeg vast dat de jongere broers Willem en Jacob van Gheraert ook daar het leven hebben gelaten. Dit was een groot verlies. Samen met het eerdere verlies van de oudste en jongste broers Florens en Jacob van zijn vader in de strijd tegen de Vlamingen en Brabanders in 1304, moet Gheraert hebben doen beseffen dat hij en zijn nog jonge zoon Jacob en dochter Sophie en de drie zoons van zijn zoon Jan, als enige zes levende vertegenwoordigers over waren van de familie Van der Woerd. Afgezien dan van de Van Heemskerken uit Naaldwijk die zich ook Van der Woerd noemden. Afstammelingen van een nicht, de dochter Aleyd van een oom Heynric van der Woerd. Dit besef, de tanende belangstelling voor de ridderschap en de maatschappelijke ontwikkelingen toendertijd, zullen de doorslag hebben gegeven dat Gheraert, onder het bewind van Gravin Margaretha, in de Hoekse en Kabeljauwse twisten partij heeft gekozen voor de Hoeken. Ook zijn zoon Jacob was daarmee een Hoek geworden. De Hoeken werden gesteund door Margaretha. Haar zoon Willem koos echter voor de Kabeljauwen. Deze Willem is bekend geworden als Willem de Verbeider. Gesteund door besturen van veel steden, w.o. Dordrecht, heeft hij na een strijd van vier jaar tegen de Hoeken en zijn moeder, waarbij veel Hoeken zijn gebannen en hun bezittingen vernietigd, de macht overgenomen. In een lijst van 249 gebannen Hoekse personen of groepen van personen komen onder Gheraert Jansz. en Jacob Gheraertsz. voor. Deze banning werd uitgevoerd in opdracht van Willem de Verbeider in november 1351. Gheraert en zoon Jacob hebben huis en haard in Holland moeten verlaten met verbeurdverklaring van al hun goederen, lenen, enz. Zij en hun gezinnen hadden geen inkomsten meer en leden, samen met vele andere Hoeken armoede. Deze ellendige tijd heeft vier jaar geduurd tot 1355. Bij oorkonde van 19 maart 1355 werd aan Jacob amnestie verleend door Graaf Willem V, onder betaling van een zoengeld van 225 'oude schilden'. Gheraert is bij oorkonde pas op 30 september 1355 op dezelfde wijze weer 'in genade aangenomen' door de Graaf. Hij betaalde echter maar een zoengeld van 5 'oude schilden' en er werd bijvermeld dat de amnestie is verleend "tonser vriendscap in onser bescerming". De lenen van de Heer van de Lek zijn eerst op 16 december 1358 door Gheraert teruggekocht. Tussen november 1351 en december 1358 wordt verondersteld dat Gheraert en Jacob in Worrechem (Woudrichem) hebben gewoond. Gezien het moment van terugkoop van de lenen te Krimpen en Ouderkerk aan den Ijssel, zullen de families niet vóór 1358 zijn teruggekeerd naar Dordrecht. Het leen van Gheraert op de uitlanden bij Bysoyen is in de gehele periode bij hem in feitelijke uitvoering gebleven. Verstoring of verandering van deze situatie zou "een zwakke plek" hebben veroorzaakt in het grensgebied van Holland met Brabant. Bovendien waren het stadje Worrechem of Workum (Woudrichem) en het Land van Altena een broeinest van Hoeken, waar Willem de Verbeider zijn energie niet aan wilde verspillen. Zijn zorgen en inspanningen waren in de eerste plaats gericht op Zeeland. Een 'tweede front' kon hij zich blijkbaar niet veroorloven. Het is opmerkelijk dat juist in deze jaren in niet-gravelijke stukken en tekeningen het stadje Worrechem voorkomt. De uit Bysoyen en 'van den Spranc' gewonnen turf zal door Gheraert en Jacob zijn vervoerd naar Worrechem en het zal daar ook zijn verhandeld. uit de inkomsten van de vervening cq. de verkoop van deze turf heeft de familie z'n schulden kunnen betalen en later, van lieverlee weer enig bezit, ook uit de teruggekochte lenen van de heer van de Lek, kunnen opbouwen. Tenslotte is men teruggekeerd naar Dordrecht, zodat de revenuen van de turfhandel weer in de gemeentekas zouden vloeien. Een gemeentekas die samen met Willem de Verbeider vanaf het begin van de twisten overtuigd Kabeljauws is geweest! Gheraert Jansz. is zeker niet als rijk man gestorven!

Do you have supplementary information, corrections or questions with regards to Gheraert Jansz. van der Woert?
The author of this publication would love to hear from you!

Timeline Gheraert Jansz. van der Woert

Click on the names for more info. Symbols used:  grandparents    parents    brothers/sisters    children