Apeldoorn begraven : Den 27-12-1809 gaf Zeger ZEGERS aan dat woensdag ibidim 's nachts om 12 uren overleden is Aard Daniel SCHUT in het Dorp, oud 79 jaren. Begraven dingsdag den 2 janr 1810.
He is married to Aardje Zegers.
They got married
Child(ren):
De papiermolens in de provincie Geldeland, alsmede in Overijssel en Limburg, door H.Voorn.
De molen op Holthuizen I te Wormingen, Apeldoorn, no 94, blz 397.
Jan Aerts Schut, die in 1783 stierf, in 1800 in de dood gevolgd door zijn vrouw, heeft gedurende zijn laatste levensjaren de molen overgelaten aan zijn zoon Aart Daniel. Jan Aerts Schuts zoon Aert Daniel, geboren in december 1730, trouwde met Aardje Zegers. Het echtpaar heeft vele kinderen gekregen, waarvan er echter tussen 1769 en 1799 niet minder dan negen zijn overleden. Al voor de dood van zijn vader had Aert Schut het beheer over de molen; het rekest der papiermakers aan de Staten-Generaal van 1780 werd door Aert Schut en niet door zijn vader mede ondertekend. Eerst in 1789 werd Aert Daniel Schut eigenaar van de helft van zijn molen, toen ingericht met vijf bakken van vijf hamers en één bak met zes hamers. Hij kocht deze helft voor 3860 gld van de erfgenamen van Arnoldus van Lil. Arnoldus van Lil was overleden in 1780. Zijn vrouw Hendrica Kleijn was een tante van Aert Daniel Schut, namelijk een zuster van zijn moeder Margaretha Klein. In mei 1798 nam Schut een hypothecaire lening op zijn halve molen, groot 1386 gld, ten gunste van Bernardus ten Hove. In die tijd was de wederhelft van de molen nog in het bezit van Schuts moeder. Ook die helft was belast met een kleine hypotheek, van 600 gld. De moeder woonde op de molen bij haar zoon in. Aert Daniel Schut wordt in 1798 genoemd als 68-jarige papiermaker met zes kinderen, waarvan de 21 jarige zoon Marten en de 32 jarige zoon Zeger bij hun vader werkten. In 1800 overleed Margarita Klein en bij erfmagescheid van oktober 1800 erfde Aert Daniel van zijn moeder de halve Holthuizer molen, die hem toen dus volledig toebehoorde. Aert erfde ook de helft van de eerste molen op Klein Hattem (no 89). De weduwe had ook een aandeel in de Winnemolen II (no 104) te Ugchelen bezeten, maar dit aandeel werd door haar neef Zeger Zegers geërfd. Behalve de twee halve papiermolens, erfde Aert Schut ook een tiental landerijen ‘met lusten en lasten’. In december 1800 leende hij van Jacob Berends in Ugchelen 2000 gld op onderpand van zijn molenbezit. In juli 1805 liet de toen 75 jarige papiermaker de molen publiek verkopen. De directe aanleiding zal een of andere ramp, vermoedelijk een brand, zijn geweest, want het te veilen object werd omschreven als ‘de stand van een gewezen 6-baks waterpapiermolen van ouds bekend onder de naam Holthuysen, met de overblijfsels van hout- en muurwerk, de bakken en de waterraderen, met twee hoven, waaronder het Bosje, met een molder gezaais voor de deur van Jannes Pol (eigenaar van de tweede Holthuizermolen), met bomen, houtgewassen en de vijvers. De opbrengst was slecht 1990 gld.
The data shown has no sources.