Genealogy Knijp » Jochem JANS (Dragstra) (1718-????)

Personal data Jochem JANS (Dragstra) 

  • He was christened in the year 1718 in Beulake, Overijssel, Nederland.
  • Resident: Beulake (Ov).
    Beulake was een dorp in het Ambt Vollenhoven en Wanneperveen, dat in de jaren 1765 en 1766 in het water is verdwenen.
  • This information was last updated on September 11, 2012.

Household of Jochem JANS (Dragstra)

He is married to Jentje JANS (Dragt).

They were married in church on October 5, 1749 at Beulake, Overijssel, Nederland.Source 1

Broers/zusters: , J, Stijntje Jochums Dragstra, Hendrik Jochums Dragstra

Child(ren):



Notes about Jochem JANS (Dragstra)

Beulake of Beulaeke was een dorp dat bestond van ca. 1360 tot 1776 in de kop van Overijssel, ongeveer ten noordoosten van Sint Jansklooster en ten noordwesten van Ronduite. Het dorp is verdronken, in wat nu de Beulakerwijde heet, door stormvloeden in 1776 en 1779. Hering[1] schreef het volgende over de waternoodsramp van 1776:

‘In de Beulake was het byzonder ellendig gesteld. Dit Dorp door zyne nabyheid aan den Zeedyk, en dus voor den eersten aanval des waters blood liggende, en meest bestaande uit groote veenplassen, streckte het eerst en meest ter woede van de Zee: de huizen en turfschuuren, van de ingezetenen, werden ylings door de baren vernield; derzelver turf (welker koopmanschap aldaar ter plaatse, het eenig middel van der inwoonderen bestaan uitmaakt) ja groote stukken Veenlands dreven weg.’

De naam van het dorp is een verbastering van het vroegere 'Bodelaecke', waarvan 'bode' verwant is met het Duitse 'Bude' (stal), het Friese 'bode' (schuur) en Nedersaksische 'boô', een hut voor koeien of schapen. Een 'laecke' of 'lake' is een moerassig gebied of een watertje ter afgrenzing van een dorpsgebied.

De inwoners van Beulake waren gezinnen van zowel Nederlandse als Duitse afkomst. Zij leefden van de turfwinning, en leden een armoedig bestaan. Dit blijkt onder andere uit de fragmenten van Beulaker huisraad, die uit de Beulakerwiede zijn opgedoken.

Het ontstaan van Giethoorn
Het ontstaan van Giethoorn is een oud verhaal. Uit het Engels, God schiep de wereld en de Nederlanders Holland.

De Gietersen hebben het ook grotendeels aan zichzelf te wijten of te danken, zij het in omgekeerde volgorde. Immers hadden hun voorouders nimmer een kaantskuppe, batse of poep'n jutte gehanteerd dan had Giethoorn er wellicht nu nog bijgelegen als in de dagen van Olim.

De veenarbeider deed zijn best en de elementen deden de rest.

Zie daar het antwoord op de vraag hoe Giethoorn zo kon worden opgedeeld in ontelbare eilandjes en schiereilandjes, hoe er zoveel trek- en andere watergaten als Wieden en meren hebben kunnen ontstaan.

Het prachtige, boeiende, ja verrukkelijke landschapsbeeld dat in één woord Giethoorn heet is ontstaan uit een merkwaardig samenspel van mens en natuur .

Ongewild zette soms een zware zuidwester voort wat mensenhanden in de strijd om het dagelijks bestaan waren begonnen: een enorme vergroting van het wateroppervlak.

De schoonheid van Giethoorn is voor een groot deel toe te schrijven aan het noeste werk van de veenarbeiders die hier reeds in de duistere middeleeuwen turfgroeven.

Giethoorn was de eerste veenkolonie van ons land. In een mededeling over een zware stormvloed van 1170 wordt voor het eerst melding gemaakt van de bewoners in dit gebied.

Monniken zouden het zijn geweest die hier de eerste turf groeven. De naam van één der buurten ('t Klooster) zou nog aan hun aanwezigheid herinneren.

Dank zij het besluit van Bisschop Jan van Zyrick, opperheer van het bisdom Utrecht, waartoe deze streken eerlang behoorden, kregen de broeders turftrappers omstreeks 1300 ongedachte en onverwachte hulp van "zwervende gastarbeiders", geloofsgenoten die al een zware reis achter de rug hadden.

Plm. 1230 wordt de naam Gethorne voor het eerst vermeld in de geschiedenis.

Vandaar dat Giethoorn in 1980 met o.m. een schitterende, historische optocht (te water) zijn 750-jarig bestaan vierde.

De geschiedenis verhaalt dat een groep flagellanten, geselbroeders of geselaars zich op last van de Utrechtse bisschop moesten vestigen in een landstreek die het domein was van de wilde geiten, het veengebied achter Fulnaho (Vollenhove).

Hoe moeten wij ons die geselbroeders eigenlijk voorstellen?

In tijden van gevaren en rampspoeden, van oorlogen en pestilentiën kwamen er steeds opnieuw mensen naar voren die opriepen tot inkeer en gebed teneinde de straffende hand Gods te doen keren.

Met gescheurde kleren, met as op hun hoofd, trokken deze boetelingen rond.

Ze geselden zichzelf en elkaar. Ze zongen klaagliederen en hielden boetepreken.

Als een soort opwekkingsbeweging, zo zouden we nu zeggen, trokken de geselaars rond teneinde de toorn des hemels af te wenden.

Degenen die als boeteprediker rond gingen wisten vaak een groep gelijkgezinden om zich heen te verzamelen. En zo gingen ze al boete doende door de landen.

De boetelingen, die zelf ook niet altijd brandschoon waren, hadden een bepaalde aantrekkingskracht op sommige groepen. Underdogs. bedelaars, geteisem en hoeren bijvoorbeeld. De Twentse schrijver D. Poort doet een boekje over hen open in "De geselaars van Ootmarsum". Hieruit blijkt dat de flagellanten Joden en aantrekkelijke vrouwen niet ontzagen op hun pelgrimstochten en zonder doel Joden werden vermoord en meisjes verkracht. Kortom. het was niet zonder reden dat de bisschop ingreep om een groep van deze "ongewenste vreemdelingen" tot de orde te roepen. De geselaars maakten zich in Giethoorn zeer verdienstelijk.

Zij hebben immers "de onlanden en wildernissen met zeer grooten arbeid ten lande gemaakt".

Ze maakten land van "onland" zoals de woeste grond in de volksmond nog heet.

SINT MAARTENSLUYDEN

Maar voor wat hoort wat. De Utrechtse bisschop. blij van de Italiaanse "zigeuners" af te zijn, gaf hun een stuk van zijn domein. Omstreeks 1290 kregen zij woeste grond in ruil voor hun zwervend bestaan. De geselbroeders werden namelijk lijfeigenen van de bisschop. Sedertdien heetten zij "Sint Maartensluyden " Die naam verkregen ze omdat ze gehouden waren op of tegen Sint Maarten (11 november ) een bepaalde schatplicht aan Utrecht te voldoen. Ze betaalden in natura, waarschijnlijk in turf.

Deze Sint Maartensluyden vormden een typische clan waaraan inteelt niet vreemd was. Zij mochten alleen onder elkaar trouwen, teneinde de gemeenschap te bewaren voor de horigheid aan de bisschop. Raakte een Sint Maartens-vrouw in verwachting van een "buutenlander", iemand van buiten de clan, dan werd de verwekker van het kind automatisch lijfeigene van de bisschop.

Was de man in kwestie echter niet op de hoogte geweest van het feit dat zijn geliefde tot de Sint Maartensluyden behoorde , dan mocht hij haar ook na het huwelijk weer verlaten, doch niet zonder gevolgen.

De dienstbaarheid van de Sint Maartensluyden heeft nog geduurd tot 1627.

Deze pioniers van het eerste uur hebben een zwaar stuk werk verzet.

Na afgraving van de bovenste laag van een land "woest en ledig" stootte men op de veenlagen die geschikt waren voor de turfwinning; eerst het hoogveen, later laagveen. De zwarte grond die overbleef was uitermate geschikt voor grasland.

En zo begon geleidelijk aan ook de veeteelt in het Gieterse.

Do you have supplementary information, corrections or questions with regards to Jochem JANS (Dragstra)?
The author of this publication would love to hear from you!


With Quick Search you can search by name, first name followed by a last name. You type in a few letters (at least 3) and a list of personal names within this publication will immediately appear. The more characters you enter the more specific the results. Click on a person's name to go to that person's page.

  • You can enter text in lowercase or uppercase.
  • If you are not sure about the first name or exact spelling, you can use an asterisk (*). Example: "*ornelis de b*r" finds both "cornelis de boer" and "kornelis de buur".
  • It is not possible to enter charachters outside the standard alphabet (so no diacritic characters like ö and é).



Visualize another relationship

Sources

  1. internet

Historical events

  • The temperature on October 5, 1749 was about 14.0 °C. Wind direction mainly north-northeast. Weather type: betrokken geheel betrokken. Source: KNMI
  • Erfstadhouder Prins Willem IV (Huis van Oranje) was from 1747 till 1751 sovereign of the Netherlands (also known as Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden)
  • In the year 1749: Source: Wikipedia
    • January 3 » Benning Wentworth issues the first of the New Hampshire Grants, leading to the establishment of Vermont.
    • January 3 » The first issue of Berlingske, Denmark's oldest continually operating newspaper, is published.
    • January 21 » The Teatro Filarmonico in Verona is destroyed by fire, as a result of a torch being left behind in the box of a nobleman after a performance. It is rebuilt in 1754.
    • May 19 » King George II of Great Britain grants the Ohio Company a charter of land around the forks of the Ohio River.
    • June 21 » Halifax, Nova Scotia, is founded.

About the surname JANS (Dragstra)


The Genealogy Knijp publication was prepared by .contact the author
When copying data from this family tree, please include a reference to the origin:
H.J. Knijp, "Genealogy Knijp", database, Genealogy Online (https://www.genealogieonline.nl/genealogie-knijp/I2803.php : accessed June 10, 2024), "Jochem JANS (Dragstra) (1718-????)".