Doopgetuige: Trijn Simons
He is married to Etje Cornelis Dite.
They got married
Child(ren):
Westergeest.
Weg ten zuiden van Den Burg die van de Schansweg in zuidoostelijke richting naar de Waterweg loopt. Vroeger waarschijnlijk Wittegeest of Wittinggeest genoemd. In 1350 gaf Jan van Henegouwen vergunning tot het droogleggen van stukken wadgrond bij het Marsdiep aan allen die woonachtig waren "Binnen Westgeest, binnen der Halle en binnen Wittinggeest". Er werd toen een dijk gelegd voor de polders Oostergeest, Westergeest en Zuid-Haffel, waardoor de zuidelijke zeedijk van het eiland ontstond, waarvan een deel zelfs nu nog tot de waterkering behoort. De metingen van de dijk van polder 'Westergeest' werden in 1595 verricht door Gerrit Dirksz. Langedijck. Boerderij de Waddel, ook wel Grietjeshoeve genoemd, op Westergeest 4 is al in 1625 gebouwd en boerderij de Tempel, Westergeest 7, wordt al sinds 1742 bewoond en werd in 1972 eigendom van Natuurmonumenten.
Op Westergeest 10 staat boerderij Westergeest, sinds 1906 "De Kluis" genaamd. Waarschijnlijk werd deze boerderij vanaf ongeveer 1670 bewerkt en bewoond door Simon Cornelisz Sijm (1647-1692) en zijn vrouw Etje Cornelisd Dijte (ca.1650-na 1694). In 1742 werd Westergeest bewoond door de bemiddelde boer Frans Dirksz de Jong, die rond 1715 ook eigenaar was van de Worsteltent. Rond 1760 was de boerderij eigendom van de familie Biem van De Waddel. Martje Hendriksd Biem was getrouwd met Hendrik Reijersz Dijt (1761-1826). Na zijn dood ging Westergeest als erfdeel naar Martje die inmiddels in Amsterdam woonde met haar tweede echtgenoot Michiel Dirksz Spreeuw (1787-1854), een koopvaardijschipper. Na beider dood bleef er een nalatenschap over van f 240.000,-, waarvan een deel bij de familie Dijt terechtkwam. Boerderij Westergeest werd toebedeeld aan de drie kinderen Dijt. Uiteindelijk ging de boerderij over naar Hein, de oudste, die tot 1906 eigenaar van Westergeest en De Waddel bleef. In dat jaar erfde Jacques Dijt Westergeest en kreeg de boerderij de naam "De Kluis". In 1925 werd het woonhuis Westergeest 8 gebouwd naar een voorbeeld van een huis dat Jacques in Santpoort had gezien. Het werd "Huize Westergeest" genoemd en bewoond door Hein Dijt (1897-1983) en zijn vrouw Gerardina Dijksen (1904-1970). In juni 1929 onstond in de aangebouwde schuur van De Kluis brand. De gebouwen brandden volledig af. Dichterbij de weg werd een vervangende schuur gebouwd en later een woongedeelte. In maart 1975 ontstond er opnieuw brand door oververhitting van de bollenkookketel maar de schade bleef deze keer beperkt. Jacob (Jacques) Sijbrand Dijt, zoon van Jacques Dijt, nam het bedrijf in 1964 over en breidde het landbezit uit tot 20 ha. Hij legde zich toe op de teelt van lelies. Hiermee was zijn grootvader als een expirement mee begonnen. Jacques ging een samenwerkingsverband aan met zijn zoon Hendrik Cornelis (Hein), die op De Kluis ging wonen. Jacques Dijt werd in 1968 waterschapsbestuurder en was van 1985 tot 1994 dijkgraaf.
Simon Cornelisz Sijm | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Etje Cornelis Dite |