Doopgetuige: Martje Cornelis
She is married to Henricus Lambertsz Glasvoort.
Their notice of marriage was on January 4, 1804 in Texel.Source 2
They got marriedZij zou een zuster kunnen zijn van Jacob Jansz Bakker (id 25967).
Notaris Beets 1819-1826
1587: 26-10-1823 testament Sanderijntje Jans Bakker, wed den Weleerwaarden Heer Hendrikus Lambertus Glasvoort, in leven Predikant van de gereformeerde gemeente aan de Koog, zijnde zij thans in de Polders van den Burg woonachtig-
Eenige Erfgename mijne nicht Grietje Matthijs Ort, thans huisvrouw van Jan Klaasz Smit, te Oud-karspel, bij aldien dezelve reeds voor mij mogt zijn overleden, als dan haar wettige kind, kinderen, of verdere nakomelingen.
Ik benoem tot Executeur van mijn Testament Jan Teunisz Kooger, wonende aan den Burg, gevende aan denzelven al zoodanige magt als aan Executeuren gegeven kan worden, speciaal ook die van bezitneming mijns boedels, overeenkomstig de wet.
Sanderijntje heeft verklaard niet te kunnen schrijven, noch haar naam teekenen, als hetzelve niet geleerd hebbende
Bron: Irene Maas
N 323 Gouverneur 15-7-1848 pensioenen
Kennis te geven van het overlijden van Bakker Sanderijntje Jans (weduwe Glasvoort, zijnde gedoopt den 28 Nov 1762) ingeschreven in het grootboek der pensioenen ad 100.- blijkens acte van pensioenering dd 21 Juny 1815 N 116 hoofdafd. kerkelijke pensioenen.
N 348 Gouverneur 8-8-1848 rekest Diaconen HV Gem Waal
Dat de bij voornoemd rekest vermelde Sanderijntje Bakker weduwe HL Glasvoort tot naaste betrekkingen heeft nagelaten haren achterneef en Nicht Pieter Cornelis Bakker en Aagje Smit, beide alhier woonachtig.
Dat dezelve nu overledene Sanderijntje Bakker reeds sedert verscheidenen jaren in vrij kommerlijken omstandigheden heeft geleefd, zoo zeer dat de thans door haar tot erfgenaam gestelde diaconie haar gedurende al die tijd heeft ondersteund.
Dat daaruit van zelve volgt dat de onderwerpelijke erfenis niet heeft te beduiden en welligt naauwlijks zal toereikend om de schulden en bereddingkosten te bestrijden, de voren genoemde familie der overledene, door mij op dat punt gehoord is dan ook van al deze omstandigheden ten volle overtuigd, zoodat die, ofschoon niet bemiddeld, mij heeft verklaard in die beschikking genoegen te neemen.
Mogt intusschen bij de afloop diens boedels blijken dat er nog eenig beduidend overschot ware, zou altoos de voorwaarde aan de gevraagde authorisatie kunnen worden gehecht, dat zoodanig batig saldo in inschrijving op grootboek wierde overgebragt, zooals dan ook het betrokken diaconie bestuur mij verklaard heeft daartoe genegen te zijn.
Bron: Irene Maas
Sanderijntje Jans Bakker | ||||||||||