Dinteloord en omliggende gemeenten » Joost Jans Betten (1763-1826)

Persoonlijke gegevens Joost Jans Betten 


Gezin van Joost Jans Betten

(1) Hij is getrouwd met Neesje Willemze Smits.

De Staat, Inventaris en Taxatie van Joost Betten bij het overlijden van zijn vrouw
Neeske houden het volgende in (door mij verkort weergegeven):
1. De datum van overlijden van Neeske Smits: 14 Februari 1785 te Zevenbergen
2. Het feit dat er geen testament is opgemaakt
3. De drie minderjarige kinderen en hun leeftijd: Maria van 4 jaar, Johanna van 3
jaar en Jan van anderhalf jaar oud
4. Het feit dat de goederen getaxeerd zijn met wederzijdse instemming
5. Vaste goederen: een huis, schuur, hof en erf aan de Achterdijk met circa een
half bunder zaailand, ook aan de Achterdijk tegenover het hiervoor
genoemde huis, getaxeerd in guldens op f 600 ----,,----,,
6. Inschulden (het geld dat iemand heeft te innen of te vorderen). Hier betreft
het een onderhandse obligatie groot in kapitaal f 1194 --10 --11
op naam van Joost Betten en ten laste van zijn vader Jan Bette, bouman en
wonende onder de Fijnaart van dato 1 december 1780, blijkens akte van
vestiging gepasseerd voor Burgemeester en schepenen van Fijnaart d.d. 29
september 1777 met betrekking tot zijn gerechtelijke moederlijke erfportie
van Geert van Meer f 9 --10 ---8
van Frans van der Put f 7 --16 --,,
7. Paarden en beesten95
Een zwart-bonte ongebeterde melkkoeij getaxeerd op f 45
Een grijze gebeterde f 45
Twee hokkelingen f 24
Een paard f 30
Een melkkalf f 6
8. In de schuur
Een windmolen f 7
Een kar f 36
Een hoop brandhout f 8
______________
f 2012 –17 ---3
De mestput achter de schuur wordt getaxeerd op f 14
Twintig hoenders (kippen) f 4
Verder enige ‘rommelarij’ in de schuur f 2
9. In de moos96
Een karnton, melkton, emmers f 10
10. In de kelder
Een koperen melkkan f 2
Een vleeskuip, tonnen, potten f 4
11. In het achterhuis
Een rijzadel f 6
Enige rommelarij f 2
12. Meubelen
Een klok f 14
Een kast f 6
Op die kast drie kommen en een strijkijzer f 1
Een Bijbel f 8
_______
f 2085 –16 ---3
Een snaphaan97 f 2
Een ijzeren ketting, haal, strop, blaaspijp, tang, aspot, lamp
en een ijzeren paard f 6
Een koperen theeketel f 1 ---10 ----
Elf stoelen f 2
Een kist f 4
Twee tafels f 1 --- 4 ----
Een rek met porseleinen theegoed (kopjes, schotels) f 1 ---10 ----
Een spiegeltje f 1
Een koffiemolentje, blikken doosjes, koperen komfoortje f 1 --- 4 ----
Voor de schouw enig ‘gelijewerk’ (metalen haardtang) f 1
Een bedpeluw en kussen f 30
Idem dito f 16
Drie wollen dekens f 12
Een ‘kak’(kinder)stoel en een wieg f 1 ---10 ----
Een paar gordijnen en rabat f 1 ---10 ----
_____________
f 2168 ---5 ---3
13. Linnengoed
Drie paar lakens f 10
Negen kussenslopen f 4 –10 ----
Drie tafellakens en twee servetten f 2
Twee gordijnen en een rabat f 1
Een steen vlas98 f 1 –10
____________
f 2187 –5----3
14. Lasten van de boedel
Aan de vendustok99 wegens drie kavels hout gekocht op de koopdag van de
heer M. Smolders en een varken gekocht op de koopdag van Adriaan van der
Made f 28 –12
Aan Jan Timmers voor schaarhout100 f 18
Aan Jan Timmers voor 2 ¾ zak ‘paardebonen’101 f 8 –19 ---8
____________
f 55 –11 ---8
Aan het kantoor van de heer rentmeester Anemaet
Een jaar pacht van de dijk f 78 –15
Aan de rentmeester de chijns102 over het jaar 1784 f 11 ---5 ---9
Eveneens voor het kantoor van de heer Pieter Anemaet de verpondingen103
en andere lasten over het jaar 1784 f 5 ---,,--14
Aan Nuijt de Leeuw voor landpacht (huur voor land) f 8
Aan Dingena Schoenmakers voor arbeidsloon f 9 ---8
Aan smid Jan Verhoeven f 2 ---4
Aan wagenmaker Nicolaas van Gastel f 30
Aan schoenmaker Frans van der Put f 12 –11
Aan zadelmaker Lambertus van Lommel f 6 –15
Aan Cornelis Philipse wegens geleverde bieren f 10 –17 –14
Aan timmerman Jan Geleijns voor een ‘dootkist’ etc. f 10 ---2
Aan de heer rentmeester wegens achterstallige tienden f 57 –10
_____________
f 298 -- 0 ---13
Aan Hendrik Blommers wegens begrafeniskosten
en verschotten104 f 150 ---5 ---8
Aan w(eduwe?) Fops voor geleverde winkelwaren f 8
Aan w(eduwe?) Paguij voor vertering (eten en drinken)
bij de begrafenis van zijn vrouw (Neeske) f 6 ---7 ---8
_____________
F 462 -13 -13
15. Den 14 april 1785 verschijnt voor de schepenen van Zevenbergen Joost Janse
Betten tot op heden boedelhouder van wijlen Neeske Smits, die verklaarde
dat hij zich in het op en aangeven van de goederen, crediteuren en schulden
getrouw heeft gedragen en dat er volgens hem niets verzwegen,
achtergehouden of verdonkeremaand te hebben. Hij verklaart tevens bereid
te zijn, indien hij daartoe verzocht zou worden, de deugdelijkheid van zijn
opgave van Staat en Inventaris met een enkelvoudige eed te bevestigen.
16. Verder verklaarden de heren President en weesmeesters met Joost Janse
Betten dat de taxatie van de voornoemde goederen van de boedel door hen
schepenen met genoegen is gedaan. De bedragen die achter iedere post zijn
vermeld, daaraan moet men zich houden! Dit geheel is volgens goed en
geldend recht opgesteld en uitgevoerd. Zo is het dus getaxeerd,
geïnventariseerd en deze opgave gepasseerd ten huize van Joost Janse Betten
ten overstaan van ons
Arie Huijser en Gerrit Gerritse van Mourik, schepenen
Dan volgt een akte gedateerd 26 april 1785 waar Joost Janse Betten als weduwnaar
van wijlen Neeske Smits verschijnt voor de schepenen van Zevenbergen, omdat zijn
vrouw ‘ab intestato’, dat is zonder testament, is overleden op 14 april 1785. Joost
heeft inmiddels Staat en Inventaris van de boedel laten opmaken, waarvan de helft
door haar zonder testament is nagelaten. Het gaat hier over een akte van uitkoopdoor Joost Betten, weduwnaar van Neeske Smits en zijn drie minderjarige kinderen
inzake het moederlijke erfdeel. In een akte van uitkoop wordt door één van de
erfgenamen de eigendom van bijvoorbeeld een huis verworven, door de andere
erfgenamen uit te kopen. Joost wil in het bezit blijven van de gehele boedel, in elk
geval van de woning en een halve bunder zaailand ertegenover (huijs, schuur, hof en
erve) aan de Achterdijk in Zevenbergen. Hij verklaart daartoe aan de weesmeesters
een bedrag van vierhonderd guldens schuldig te zijn ten behoeve van zijn drie
minderjarige kinderen, waarvan hij de moederlijke erfportie per kind bij huwelijk of
meerderjarigheid zal uitkeren. Hij stelt zijn bezit en persoon als onderpand. Van dat
bedrag van 400 gulden ontvangen de kinderen via de weeskamer dan de rente per
jaar.
• Een briefje met de volgende tekst: ‘Joost Bedde geniet jaarlijks van de weeskamer de
interest (rente) van de minderjarige kinderen Maria, Johanna en Jan Bette (sic.),
nagelaten door Neeske Smits. Het kapitaal is groot 462 gulden 5 stuivers en 11
penningen, waarvan hij jaarlijks 16 gulden 4 stuivers en 0 penningen ‘geniet’. Hem is
laatst betaald de intrest verschenen 9 juni 1788. Bedde komt derhalven tot 9 juni
1789 f 16-4-0 idem 1790’, enz. t/m 1793 en met tekst over 1795.
Van deze betalingen zijn briefjes opgemaakt die samengevoegd zijn tot een soort
totaalrekening en door Joost Janze Betten ondertekend. Het loopt van 1788 tot en
met 1808, waarbij het bedrag vermindert wanneer een of twee van de kinderen
meerderjarig wordt. De slotregel is dan dat er 4 gulden en 18 stuivers en 5 penningen
op 6 december 1808 door Joost Janze Betten wordt ontvangen, welk bedrag door
hem wordt uitbetaald aan zijn zoon Jan Betten.
Een voorbeeld van zo’n Weeskamer-interestbriefje volgt hieronder en betreft de
betaling in het jaar 1787.
Tenslotte bevindt zich in het boedeldossier van Joost Betten en Neeske Smits nog een
Extract uit de ‘Staat en onzuivere massa van den boedel en goederen’ van Cornelis
Smits, gewoond hebbende en op 22 juni 1775 overleden aan de Noordschans onder
de jurisdictie van de Klundert, verwezen wordt naar fol.11rto waar het volgende
staat (translitteratie van mij, jcb) :
98
Deze 28 februari 1791 is de weeskamer van Zevenbergen ten behoeven van Maria
Betten, Johanna Betten en Jan Betten, minderjarige kinderen van Joost Bette (sic.) als
erfgenamen ‘bij representie’ (plaatsvervullend, vertegenwoordigend) in plaats van
hun moeder Neesje Smits van wijlen ‘hunne moeije’ (grootmoeder) Grietje Smits
voldaan voor de voogden zoals die in de akte worden vermeld, van het aandeel van
het kapitaal zoals hiervoor omschreven tot f 77 – 5 --5
En voor interest (rente) tot heden f 38 --1 –14
___________
Dat maakt samen f 115 –7 –3
Eronder stond dat het was getekend door P. Anemaet en J.H. van Bergen
Tevens wordt geschreven dat een en ander woord voor woord is goed bevonden
door de ondertekende secretaris van Heijningen A. Vermeulen op 24 december 1803.
Bron Hans Bette

Zij zijn op 10 november 1780 te Zevenbergen, Noord-Brabant, Nederland in ondertrouw gegaan.

Zij zijn getrouwd op 26 november 1780 te Fijnaart en Heijningen, Noord-Brabant, Nederland, hij was toen 17 jaar oud.


Kind(eren):

  1. Maria Betten  1780-1862 
  2. Johanna Betten  1782-1846 
  3. Jan Betten  1783-1849 


(2) Hij is getrouwd met Tanneken Hendrik Nelemans.

Zij zijn op 7 april 1787 in ondertrouw gegaan.

Zij zijn getrouwd op 22 april 1787 te Zevenbergen, Noord-Brabant, Nederland, hij was toen 23 jaar oud.


Kind(eren):

  1. Jannigje Betten  1787-1857 
  2. Adriana Betten  1790-1856
  3. Hendrik Betten  1791-????
  4. IJda Betten  1795-1867 
  5. Pieter Betten  1797-1799


Notities over Joost Jans Betten

doet op 09-04 1784 belijdenis van zijn geloof in de Nederlands
Hervormde Kerk van Zevenbergen
Verzoek van Joost Betten aan de Drossaard, Burgemeester en Schepenen van Zevenbergen
d.d. 26 mei 1785, fol. 132 verso (uit de tekst opgenomen en geïnterpreteerd, plichtplegingen
weggelaten):
1. De naam van Joost wordt hier gespeld als Joost Betten, zijn beroep is veehouder
2. Verwezen wordt naar het overlijden van zijn vrouw Neeltje Smits d.d. 14 februari 1785
3. Verwezen wordt naar drie nog in leven zijnde kinderen die met name worden genoemd:
Maria van vier jaar, Johanna van drie jaar en Jan Betten, oud anderhalf jaar
4. Na het overlijden van Neeltje hebben de President en ‘Weesmeesteren’ van Zevenbergen90
vanwege de drie minderjarige kinderen (en het feit dat Joost en Neeltje geen testament
hadden opgemaakt) Staat, Inventaris en Taxatie van hun bezittingen opgemaakt om aan de
hand daarvan de moederlijke erfportie voor de drie kinderen te bepalen. Uit die erfportie
dienen ze tot volwassenheid te worden gekleed, gevoed en ‘opgevoed’.
5. Uit die Staat, Inventaris en Taxatie blijkt, dat het aandeel voor de drie kinderen groot is
achthonderdtweeënzestig (862) gulden
6. Joost Betten merkt dan op dat men hem advies heeft gegeven, dat kinderen die middelen
van zichzelf hebben volgens ‘rechten’ niet door de vader behoeven te worden gevoed, gelijk
onder anderen te zien zou zijn bij ene Simon van Leeuwen, Rooms Hollands Recht, boek 13
deel nummer 2
7. Daarbij geeft Joost aan dat hij, als niets geërfd hebbende van zijn gestorven huisvrouw ook
maar de helft in het onderhoud en de opvoeding van zijn kinderen, zolang zij zelf middelen
hebben, zou behoeven te dragen
8. Verder stelt Joost vast, dat zijn ‘affaire’, dus zijn werk als veeboer, zelfs bij het leven van zijn
vrouw geen toereikend bestaan kon opleveren, zodat hij andere inkomsten (‘deviezen’91)
moest aanwenden en te gelden maken en daarbij als bouwmansknecht moest gaan werken
9. Daaruit volgt dat hij noodzakelijkerwijs zijn drie jonge kinderen bij anderen ter opvoeding zal
hebben te ‘besteden’ (wat zoveel wil zeggen dat ze in een ander gezin zullen worden
ondergebracht, welk gezin daar uit hun moederlijke erfporties door de weesmeesters
betaling ontvangt)
10. Dit alles totdat hij een andere soort werk zal vinden die hem meer inkomsten verschaft
11. Joost stelt vast dat ieder van zijn kinderen per jaar niet minder zal kosten dan 66 gulden,
hetgeen voor de drie kinderen neerkomt op 198 gulden per jaar
12. Vanwege hun moederlijke nalatenschap van 862 gulden zouden de kinderen per jaar, als dat
geld belegd zou worden tegen 4%, slechts een opbrengst hebben van 34 gulden en 10
stuivers per jaar
13. Waaruit blijkt dat voor geen van zijn kinderen vanwege deze geringe opbrengst van het
kapitaal gedurende de 8, 10 en 12 jaar die hen tot volwassenheid duren zal, zij nog niet voor
de helft gealimenteerd kunnen worden, en dus het kapitaal zelf in de alimentatie
‘versmolten’ zal dienen te worden voor het noodzakelijke onderhoud van de kinderen
14. Joost geeft dan aan dat hem is aangeraden om van het geringe kapitaal van zijn kinderen
zoveel te bewaren als maar mogelijk is en daarom doet hij aan President en Weesmeesters
het voorstel dat hij de drie genoemde kinderen behoorlijk zal onderhouden tot hun
twintigjarige leeftijd, eerder huwelijk o.i.d., en dat daarvoor aan hem in vrij eigendom zal
worden ter hand gesteld en overgedragen de gehele nalatenschap van zijn overleden vrouw
Neeltje Smits
15. Daarbij zal hij ook alle schulden uit de nalatenschap die er onverhoopt nog mogen opkomen
voor zijn rekening nemen
16. Joost neemt verder op zich om, wanneer de kinderen hun volwassen leeftijd hebben bereikt,
aan hen ook nog uit te keren het bedrag van driehonderd gulden (waarbij in geval van eerder
overlijden dit overgaat van de een op de ander), welke driehonderd gulden van de erfportie
van de kinderen dan ook nu onder het beheer van de weeskamer blijft, in elk geval totdat hij
een andere ‘affaire zal hebben aangekocht’, welke te kopen goederen dan weer op
‘weeskamers recht verbonden zullen worden’, waarbij opgemerkt dat Joost dan zolang de
jaarlijkse interest van die 300 gulden zal genieten
17. Hij stelt verder dat dit aanbod uit zorg voor zijn kinderen geboren werd, en dat hij, als hij
‘onder de zegen van de hemel’ zijn kinderen uit zijn ‘te winnen huren en rente van hun
kapitaal’ zou kunnen alimenteren, hij natuurlijk zijn eigen deviezen zal aanwenden voor de
zorg van zichzelf en zijn drie moederloze kinderen
18. En mocht hijzelf zonder hertrouwd te zijn, komen te overlijden, dan zou hun kapitaal ten
volle bewaard kunnen blijven en ook als hij zou hertrouwen, dan nog zou dit gelden voor
een gedeelte van de 300 gulden dat vast zal blijven staan. Voordat de kinderen voor zichzelf
kunnen zorgen zal een deel van hun alimentatie (voordat zij voor zichzelf kunnen zorgen) al
zal zijn opgebruikt, zoveel is wel zeker
19. Zouden de heren President en weesmeesters echter bezwaar maken tegen deze
voorgestelde regeling, dan keert Joost zich tot hen door te stellen dat het verzoek ten goede
bedoeld en naar zijn hopen geliefd is
20. Joost geeft nog aan dat bij akkoord, de autoriteiten drossaard, burgemeester en schepenen
voor ‘het interest’ met betrekking tot de eerder genoemde moederloze kinderen aan de ene
zijde en hijzelf aan de andere zijde om deze overeenkomst te sluiten tot een goede vorm van
een contract behoren te komen
21. Joost zal tevreden zijn als het contract zal worden nagekomen en wel met het doel de
veiligheid en zekerheid voor zijn minderjarige kinderen te waarborgen. Nogmaals wijst hij
erop dat hij de goederen die hij zal aankopen voor zijn nering op weeskamers recht en verder
op zijn persoon en goederen zal verbinden (een soort zekerheidsstelling, jcb).
Was getekend, Joost Janse Betten
93 P. Vrolikkert, rechtsgeleerde in Dordrecht, 27 mei 1785, die voor zijn uitgebreide advies ruim 11 gulden in
rekening bracht. Het komt er o.m. op neer dat, volgens Vrolikkert, Joost zijn verzoek baseert op verkeerde
gronden omdat hij als vader (de kwaliteit van erfgenaam doet hier niet ter zake) ‘geheel en alleen tot de
alimentatie gehouden is’. Van de eigen goederen van de kinderen mogen slechts de revenuen en eventuele
inkomsten aan hem worden uitgekeerd, maar wat er dan nog tekort komt, blijft voor laste van de vader. Van
het kapitaal zelf van de kinderen ‘mag niet worden afgestoten’. Joost bezit hoe dan ook en los van zijn deel in
de erfenis een kapitaal van 1700 gulden (!jcb), stelt de rechtsgeleerde vast. ‘Hoe menig arbeidsman is er die
zonder zulk een eigendom aen hoofd te hebben, enkel door handenarbeid een nog veel zwaarder huishouden’
moet voeren… Dan fileert de heer Vrolikkert punt voor punt het overige van Joosts betoog en geeft daarmee
‘handleiding’ aan de weesmeesters om hem van repliek te dienen. Dat repliek blijkt dus zonder enig argument
aan hem te worden doorgegeven: verzoek afgewezen. Ofwel: niet zeuren.
De moederlijke erfportie van Joost Betten boven water
De vragen rond de erfportie van moeder Maria Provilij (zie p. 78) bleven nog onbeantwoord
voor wat betreft het aandeel van haar zoon Joost. In dit onderzoek naar zijn reilen en zeilen
in Zevenbergen komt de obligatiebrief die voor zijn aandeel in de nalatenschap van zijn
moeder door zijn vader Jan Betten aan hem is verstrekt (zie onder punt 6 ‘Inschulden’ van de
hiervoor opgenomen boedelbeschrijving. Het bedrag komt overeen met dat van zijn zus
Francijna, te weten f 1194 --10 –11. De obligatiebrief is gedateerd op 1 december 1780,
blijkens akte van vestiging gepasseerd voor Burgemeester en schepenen van Fijnaart d.d. 29
september 1777 met betrekking tot zijn gerechtelijke moederlijke erfportie. De obligatiebrief
zelf op naam van Joost Betten of het bewijs van uitbetaling van ‘de kapitale som’ heb ik tot
op heden niet gevonden…
We zoeken naar deze gegevens vervolgens in de schepenbank van Fijnaart, in het Register
van allerhande zaken, waar het o.m. gaat over het vastleggen van geldleningen. Bij de
laatstgenoemde akte van vestiging gaat het om wat we vinden in Schepenbank Fijnaart
inv.nr. 401 fol.65rto-67, waar het bedrag van 4778 gulden, twee stuivers en 12 penningen
genoemd wordt ten behoeve van de moederlijke nalatenschap voor de (toen) vier kinderen
van Jan en Maria. Hieronder (p. 99) volgt het slot van die akte.
Zie ook het op dezelfde datum 29 september 1777 gestelde testament in Schepenbank
Fijnaart inv.nr. 632. Register van testamenten en codicillen, scheidingen, delingen en
uitkopen en huwelijksvoorwaarden, 1776-juli 1782 fol. 118-120 (schermpag. 130-132), in de
marge van welk testament het voldoen van de erfportie aan Francijna (via Anthonij Vissers)
zo duidelijk te lezen valt. Van een schuldbrief met betrekking tot Joost is ook hier niets te
vinden of te lezen. En dat terwijl er wel degelijk melding van is gemaakt, zoals we boven
zagen in de boedelbeschrijving van Joost en Neeske. Het zij zo
bron Hans Bette

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Joost Jans Betten?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!


Tijdbalk Joost Jans Betten

  Deze functionaliteit is alleen beschikbaar voor browsers met Javascript ondersteuning.
Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen: grootouders grootouders   ouders ouders   broers-zussen broers/zussen   kinderen kinderen

Voorouders (en nakomelingen) van Joost Jans Betten

Jacobus Betten
± 1699-????

Joost Jans Betten
1763-1826

(1) 1780
Maria Betten
1780-1862
Jan Betten
1783-1849
(2) 1787
IJda Betten
1795-1867
Pieter Betten
1797-1799

Via Snelzoeken kunt u zoeken op naam, voornaam gevolgd door een achternaam. U typt enkele letters in (minimaal 3) en direct verschijnt er een lijst met persoonsnamen binnen deze publicatie. Hoe meer letters u intypt hoe specifieker de resultaten. Klik op een persoonsnaam om naar de pagina van die persoon te gaan.

  • Of u kleine letters of hoofdletters intypt maak niet uit.
  • Wanneer u niet zeker bent over de voornaam of exacte schrijfwijze dan kunt u een sterretje (*) gebruiken. Voorbeeld: "*ornelis de b*r" vindt zowel "cornelis de boer" als "kornelis de buur".
  • Het is niet mogelijk om tekens anders dan het alfabet in te voeren (dus ook geen diacritische tekens als ö en é).

De getoonde gegevens hebben geen bronnen.

Aanknopingspunten in andere publicaties

Deze persoon komt ook voor in de publicatie:

Historische gebeurtenissen

  • De temperatuur op 22 april 1787 lag rond de 8,0 °C. Er was 22 mm neerslagDe wind kwam overheersend uit het zuid-westen. Typering van het weer: betrokken regen. Bron: KNMI
  • Erfstadhouder Prins Willem V (Willem Batavus) (Huis van Oranje-Nassau) was van 1751 tot 1795 vorst van Nederland (ook wel Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden genoemd)
  • In het jaar 1787: Bron: Wikipedia
    • 11 januari » William Herschel ontdekt de eerste twee manen van Uranus: Oberon en Titania.
    • 18 mei » Productie van het eerste gegraveerde glas, in Toulouse
    • 28 juni » Aanhouding bij Goejanverwellesluis, prinses Wilhelmina probeert vanuit Nijmegen Den Haag te bereiken om steun te verwerven. Zij wordt bij de Vlist aangehouden en naar Goejanverwellesluis geleid.
    • 17 september » De eerste constitutie van de Verenigde Staten wordt ondertekend.
    • 7 december » Delaware ratificeert als eerste staat de grondwet van de Verenigde Staten.
    • 12 december » Pennsylvania ratificeert als tweede staat de grondwet van de Verenigde Staten van Amerika.
  • De temperatuur op 10 september 1826 lag rond de 17,0 °C. De wind kwam overheersend uit het westen. Typering van het weer: half bewolkt regen. Bron: KNMI
  • De Republiek der Verenigde Nederlanden werd in 1794-1795 door de Fransen veroverd onder leiding van bevelhebber Charles Pichegru (geholpen door de Nederlander Herman Willem Daendels); de verovering werd vergemakkelijkt door het dichtvriezen van de Waterlinie; Willem V moest op 18 januari 1795 uitwijken naar Engeland (en van daaruit in 1801 naar Duitsland); de patriotten namen de macht over van de aristocratische regenten en proclameerden de Bataafsche Republiek; op 16 mei 1795 werd het Haags Verdrag gesloten, waarmee ons land een vazalstaat werd van Frankrijk; in 3.1796 kwam er een Nationale Vergadering; in 1798 pleegde Daendels een staatsgreep, die de unitarissen aan de macht bracht; er kwam een nieuwe grondwet, die een Vertegenwoordigend Lichaam (met een Eerste en Tweede Kamer) instelde en als regering een Directoire; in 1799 sloeg Daendels bij Castricum een Brits-Russische invasie af; in 1801 kwam er een nieuwe grondwet; bij de Vrede van Amiens (1802) kreeg ons land van Engeland zijn koloniën terug (behalve Ceylon); na de grondwetswijziging van 1805 kwam er een raadpensionaris als eenhoofdig gezag, namelijk Rutger Jan Schimmelpenninck (van 31 oktober 1761 tot 25 maart 1825).
  • In het jaar 1826: Bron: Wikipedia
    • 6 juni » Oprichting van de kristalfabriek van Val-Saint-Lambert.


Dezelfde geboorte/sterftedag

Bron: Wikipedia

Bron: Wikipedia


Over de familienaam Betten

  • Bekijk de informatie die Genealogie Online heeft over de familienaam Betten.
  • Bekijk de informatie die Open Archieven heeft over Betten.
  • Bekijk in het Wie (onder)zoekt wie? register wie de familienaam Betten (onder)zoekt.

Wilt u bij het overnemen van gegevens uit deze stamboom alstublieft een verwijzing naar de herkomst opnemen:
Hans Prince, "Dinteloord en omliggende gemeenten", database, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/dinteloord-en-omliggende-gemeenten/I73319.php : benaderd 10 mei 2024), "Joost Jans Betten (1763-1826)".