Familienstammbaum Willems - Van den Heuvel » Henrick Jacop Henricks van Strijp

Persönliche Daten Henrick Jacop Henricks van Strijp 

Quellen 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9

Familie von Henrick Jacop Henricks van Strijp

Er hat eine Beziehung mit Margriet Henrick Mesmakers.


Kind(er):


Haben Sie Ergänzungen, Korrekturen oder Fragen im Zusammenhang mit Henrick Jacop Henricks van Strijp?
Der Autor dieser Publikation würde gerne von Ihnen hören!


Mit der Schnellsuche können Sie nach Name, Vorname gefolgt von Nachname suchen. Sie geben ein paar Buchstaben (mindestens 3) ein und schon erscheint eine Liste mit Personennamen in dieser Publikation. Je mehr Buchstaben Sie eingeben, desto genauer sind die Resultate. Klicken Sie auf den Namen einer Person, um zur Seite dieser Person zu gelangen.

  • Kleine oder grosse Zeichen sind egal.
  • Wenn Sie sich bezüglich des Vornamens oder der genauen Schreibweise nicht sicher sind, können Sie ein Sternchen (*) verwenden. Beispiel: „*ornelis de b*r“ findet sowohl „cornelis de boer“ als auch „kornelis de buur“.
  • Es ist nicht möglich, nichtalphabetische Zeichen einzugeben, also auch keine diakritischen Zeichen wie ö und é.

Verwandschaft Henrick Jacop Henricks van Strijp



Visualisieren Sie eine andere Beziehung

Quellen

  1. R.A. Oirschot, inv. nr. 136 A, periode 1 Jan. 1547 t/m 31 december 1547.
    ==================287=======================
    Philip zoon wijlen Henrick Jacop Henricks van Strijp, verder Katalijn
    dochter van wijlen genoemde Henrick Jacop Henricks van Strijp met
    Jan Rutgers als haar voogd, verder Frans Goijaerts van den Doeren als
    man van Dingen dochter van wijlen Henrick Jacop Henricks van
    Strijp, nog Jan en Eliaes gebroeders en wettige kinderen van Melis
    Elias Schilders verwekt bij deze Elias en diens vrouw Marie dochter
    van genoemde Henrick Jacop Henricks van Strijp en verder nog
    Hillegont wettige dochter van genoemde Melis en wijlen genoemde
    Marie samen met Willem Elias Schilders als haar voogd, verder Peter
    Henricks Heijligen weduwnaar van Jueten dochter van wijlen
    genoemde Henrick Jacop Henricks van Strijp, ook mede namens
    Margriet, Marten en marien zijn wettige kinderen verwekt bij deze
    Jueten waarvoor mede ook genoemde Philips optreedt, verkopen
    hierbij de 5 zesde delen van een stuk akkerland dat ze hebben geerfd
    bij de dood van hun vader Henrick Jacop Henricks van Strijp en dat
    wijlen hun vader had verkregen van Aerden Corstens van der Achter,
    in totaal groot ca. 3 lopenzaad, gelegen in Oirschot herdgang
    Spoordonck, b.p. de kinderen van Wouter Peter Gerits,
    In marge :
    Wordt overhandigd aan Henrick Henricks van Strijp vanwege
    overdracht.
    79-v)
    de straat, de kinderen van Henrick van der Lulsdonck, conform een
    schepenbrief van Oirschot. Ze verkopen dit perceelsgedeelte nu aan
    Henrick Wouter Peter Gerits en de verkopers beloven alle lasten van
    hun kant af te handelen. Datum 12 september 1547, getuigen Rutger
    en Jan Peter Gerits.
  2. R.A. Oirschot, inv. nr. 125B, periode 1 Jan. 1492 t/m 31 december 1492.
    =================200====================
    P 313-r)
    Jacop Henricks van Strijp en met hem Henrick, Goijaert en Gerard,
    broers en kinderen van genoem de Jacop verwekt bij Katarijn
    dochter van Jan Gerarts van der Lulsdonk, en verder Jan Jacops van
    der Hamsvoort als man van Lisbeth odochter van genoemde Jacop,
    verkopen nu aan Jan Jan Gerarts van der Lulsdonk de 4 delen van 7
    delen in een stuk beemd genoemd de Tijmerdonk, in totaal een halve
    bunder groot gelegen in herdgang Spoordonk, b.p. Aleijt van den
    Scoet, de koper en verkoper. De verkopers mede namens de andere
    kinderen Marie en Margriet belovende overdracht gestand te doen.
    Ieder zal zijn deel van de grondchijns betalen en alle lasten
    afhandelen. Datum 17 mei 1492, getuigen Ansem en Esp.
  3. R.A. Oirschot, inv. nr. 126A, periode 1 Jan. 1494 t/m 31 december 1494.
    =================021====================
    Er is een bepaalde ruzie ontstaan tussen Herman Vos en Henrick
    Jacops van Strijp als man van Margriet dochter van Henrick
    Mesmakers en Juetten Lupprecht Bierkens als partij ter ener zijde en
    Philips Lupprechts Bierkens voor hemzelf handelend en voor Gerard
    en heer Goijaert, kloosterling in de abdij van Averbode zijn broers,
    ter andere zijde en hebben zich nu onderworpen aan de bemiddeling
    van arbiters, zijnde Daniel van Vlierden, Loijwich van Hersel, Frank
    de Haest en Jacop de Haest en die hebben de volgende uitspraak
    gedaan. Alle schepenlbrieven zullen van kracht blijven. Verder zal
    de pacht van 3 en een halve mud rogge lijfpacht die Lupprecht
    Bierkens jaarlijks qua vruchtgebruik heeft ontvangen en welke pacht
    Herman en Henrick zeiden dat ze jaarlijks daarvan de 2 delen
    betalen, maar die in de deelbrief niet was vermeld, daarover bepalen
    de arbiters dat heer Goijaert en Gerard gevrijwaard zullen blijven
    voor enige aanspraken daarover door Herman en Henrick, maar
    Hermen en Henrick houden wel hun andere aanspraken op de andere
    erfgenamen en Philips zal aan zijn zuster Juetten zijn grauwe
    tabberd geven, gevoerd met goed ´witten´zoals hij die draagt en
    Philips belooft mondeling aan Herman en Henrick dat hij hen alle
    schepenlbrieven zal overhandigen als ze die nodig hebben voor hun
    aanspraken. Verder bepalen de arbiters dat Herman Vos en zijn
    vrouw Jueten en genoemde Henrick van Strijp afstand zullen doen
    van een pacht van 2 lopen rogge, die men jaarlijks in Bergeijk
    ontvangt en werd betaald door Jan Hinckaert en zulks ten behoeve
    van genoemde Philips en Gerard en hiervoor zal Philips aan Herman
    en Henrick eenmalig 2 mud rogge geven en 2 rijnsguldens. Hiermee
    is de uitspraak geeindigd en partijen beloven die na te zullen komen.
    Datum 4 januari 1494, getuigen Rutger en Beertken.
  4. R.A. Oirschot, inv. nr. 128A, periode 1 Jan. 1513 t/m 31 december 1513.
    =================085===================
    P 199-r)
    Goijaert en Henrick, broers en kinderen van Jacop Henricks van
    Strijp, verkopen aan Henrick Janssen van der Lulsdonk een stuk
    beemd genoemd de Tijmerdonk, groot een halve bunder uit de
    beemd van 2 bunders, gelegen in herdgang Spoordonk, b.p. Gerit
    Jan Henricks, de gemeenschappelijke straat, Wouter Thomas van
    de Venne, Henrick Jacop Henricks. Lasten hieruit zijn de
    grondchijns en een half mud rogge aan heer Henrick van Esch.
    Datum 22 november 1512, getuigen Berse en Andries Loijen.
  5. R.A. Oirschot, inv. nr. 128 C periode 1 Jan. 1509 t/m 31 december 1509
    =================043====================
    Henrick Jacop Henricks van Strijp als man van Margriet dochter van
    wijlen Henrick Mesmakers van Beerse, verkoopt aan Katarijn
    dochter van wijlen Herman Vos een pacht van een mud rogge, maat
    van Beerse uit een pacht van 3 mud, die Henrick als echtgenoot van
    zijn vrouw zal erven na de dood van Juet dochter wijlen Lupprecht
    Bierkens eerder weduwe van genoemde Henrick Mesmakers.
    P-75-r)
    Indien Katarina zou sterven zonder wettig nageslacht dan versterft
    het mud rogge weer op genoemde Henrick en diens erfgenamen.
    Indien Katarijn niet langr inwoont bij haar moeder die nu bedlegerig
    is en haar ook niet langer zal dienen, zolang die leeft, dan zal deze
    brief ook komen te vervallen. Indien het mud rogge wordt afgelost,
    dan moet get geld weer worden belegd met hetzelfde doel als
    Henrick Jacops van Strijp dat heeft bedoeld gehad. Actum als boven.
  6. R.A. Oirschot, inv. nr. 126C, periode 1 Jan. 1503 t/m 31 december 1503.
    =================012====================
    3-r)
    Jan en Peter, broers en kinderen van wijlen Jan Gerards van der
    Lulsdonk voor een helft daarvan en verder Henrick en Goijaert,
    broers en Jan Jacops van der Hamsvoort als man van Lisbeth
    welke Henrick en Goijaert nog handelen voor hun zwager Jan
    Gevaerts als man van Marie, en nog handelen voor hun zuster
    Magriet, zijnde alle wettige kinderen van Jacop Henricks van
    Strijp verwekt bij Katarina dochter van Jan Gerards van der
    Lulsdonk hierin samen voor 1/4e deel, verder Henrick Henricks
    van der Heijden en Daniel Lauwreijs Goossens als man van
    Heijlwig, verder Henrick en Jan broers en kinderen van
    Gijsbrecht van der Achter voor henzelf handelend en voor hun
    zusters Peterken en Lijsken, samen voor 1/4e deel, verkopen aan
    Peter zoon wijlen Jan Gerards van der Lulsdonk een stuk land
    genoemd de Crollart groot 2 lopenzaad, gelegen in herdgang
    Spoordonk zoals ze dat hebben geerfd van Lisbeth dochter van
    wijlen Jan Gerards van der Lulsdonk, b.p. Rutger Willems van
    Oudenhoven, het erf eerder van Aert Vos, de straat. Lasten hieruit
    zijn de 2 delen van een zester raapzaad en 10 blanken. Datum als
    boven, getuigen Crom, Jan Henricks en Beertken.
    =================013====================
    Genoemde verkopers uit de vorige akte verkopen aan Henrick
    Jacops Henricks van strijp die een stuk land groot 2 lopenzaad
    zoals ze dat hebben geerfd van Lisbeth dochter van wijlen Jan
    Gerards van der Lulsdonk, gelegen in herdgang Spoordonk, b.p.
    Jan Willem Goijaerts, de straat. Lasten hieruit zijn een lopen
    raapzaad aan de kerk. De koper belooft de lasten zo te betalen dat
    Peter Jan Gerards hiervoor verder gevrijwaard blijft. Hiervan
    wenst Peter ook een brief te krijgen. Datum 18 januari 1503,
    getuigen als boven.
  7. R.A. Oirschot, inv. nr. 130b, periode 1 Jan. 1529 t/m 31 december 1529
    =================069====================
    Henrick Henrick Jacops (van Strijp, JT) als weduwnaar van Marie
    dochter van wijlen Aert Verhobbelen, door dezelfde Aert verwek tbij
    diens brouw Bertha Scabroecks, heeft afstand gedaan van zijn recht van
    vruchtgebruik ten behoeve van zijn broer Lupprecht Henrick Jacops als
    voogd over zijn ( Henricks’ dochter ) Jenneken verwekt bij genoemde
    Marie en ook ten behoeve van deze Jenneken. Het betreft zijn rechten
    van vruchtgebruik in alle roerende en onroerende bezittingen die
    Henrick en zijn eerste vrouw Marie in hun huwelijk samen hebben
    bezeten of die Jenneken nog zal erven van Bertha zijnde haar
    grootmoeder. Verder stemt Henrick er in toe en wil hij dat zijn dochter
    Jenneken, ondanks dat het bezit van zijn ouders nog niet is verstorven of
    geerfd, van het bezit van Henrick Jacops van Strijp en diens vrouw
    Margriet, zijnde de ouders van genoemde Henrick Henricks Jacops van
    Strijp, daarvan evenveel zal erven als een van zijn wettige nakinderen.
    Afspraak is dat genoemde Jenneken als minderjarige dochter verder geen
    rechten op zijn andere bezit zal hebben, zowel roerende als onroerende
    waarin haar voogd Lupprecht heeft ingestemd en ze doet er afstand
    van ten behoeve van haar vader. Maar er is wel overeengekomen dat als
    haar vader sterft zonder wettig nageslacht achter te laten, dat
    21-r)
    dan al zijn andere bezit onderhevig zal zijn aan het landrecht en
    schepenbankrecht van Oirschot. Actum als boven.
  8. R.A. Oirschot, inv. nr. 126B, periode 1 Jan. 1497 t/m 31 december 1497.
    3-r)
    Jacop Henricks van Strijp en Henrik, Goijaert en Gerard zijn zoons,
    verder Jan Jacops van der Hamsvoort als man van Lisbeth en Jan
    Gevaerts als man van Marie en verder Margriet met haar voogd,
    allen kinderen van genoemde Jacop Henrick van Strijp verwekt bij
    Katarina dochter van Jan Gerarts van der Ludsdonk, verkopen nu
    aan Jan Jan Gerards van der Lulsdonk die een huis, tuin etc., groot
    ca. 3 lopenzaad, gelegen in herdgang Spoordonk, b.p. Corsten
    Heessels (van Gemert, JT), Jan als koper, de gemeijnte. De koper
    moet hieruit jaarlijks een half mud rogge betalen maat van Oirschot
    en een stuiver als chijn aan de hertog. De verkopers berloven verder
    alle lasten van hun kant af te handelen. Datum 16 december 1497
    (attentie jaartal !), getuigen Brouwer, Crom en Dirck.
  9. R.A. Oirschot, inv. nr. 136 B, periode 1 Jan. 1549 t/m 31 december 1549.
    ==================404=======================
    103-v)
    Philips en Henrick, gebroeders en wettige kinderen van wijlen Henrick
    Jacops van Strijp, verder Katalijn dochter van genoemde Henrick
    Jacops van Strijp met mij als haar voogd, verder Frans Goijaerts van
    den Doeren als man van Dingen dochter van wijlen genoemde Henrick
    Jacops van Strijp, nog Peter Henrick Heijligen als man van Jueten
    dochter van genoemde Henrick Jacops van Strijp, namens zijn wettige
    kinderen verwekt bij deze Jueten waarvoor hij handelt, verder Elias en
    Jan, gebroeders en wettige kinderen van wijlen Melis Eliassen verwekt
    bij deze Melis en bij Marie dochter van genoemde Henrick Jacops van
    Strijp, en verder Hillegont dochter van genoemde Melis en Marie
    geassisteerd door Willem Eliassen als haar voogd, hebben met elkaar
    een boedelverdeling gemaakt inzake het bezit dat ze hebben geerfd bij
    de dood van genoemde Henrick Jacops van Strijp en diens vrouw
    Margriet respectievelijk hun vader en moeder en hun grootvader en
    grootmoeder.
    Philips, Katalijn, verder Peter en Frans in hun hoedanigheid, voor wat
    betreft vier vijfde delen, verder Eliaes, Jan en Hillegont voor wat
    betreft een vijfde deel, krijgen samen een huis, tuin, grond etc. met
    bakhuis, een schuur etc. groot ca. 3 lopenzaad en een vierdevat,
    gelegen in Oirschot herdgang Spoordonck, b.p. de kinderen van
    Wouter Peter Gerits, genoemde Henrick waarvan het is afgedeeld, de
    gemeijnte. Verder krijgen ze een beemd genoemd de Tijmerdonck,
    met recht van overpad over het erf van de kinderen van Henrick van
    Berze, gelegen in herdgang Spoordonk, b.p. de kinderen van Henrick
    van Berze, de kinderen van Henrick van der Lulsdonck. Verder krijgen
    ze een weiland met recht van overpad over het perceel van Jan
    Gevaerts, ter zelfder plaatse als hiervoor gelegen, b.p. de kinderen van
    Wouter Peter Gerarts, heer Goijaert Stevens, Dirk van Berze, Adriaen
    Nijssen. Hieruit moet jaarlijks een blank worden betaald aan de hertog
    als grondchijns en twee hoenderen aan de heer van Petershem, nog 10
    lopen rogge per jaar aan het St. Annen Gasthuis te Oirschot, nog 4 en
    een half lopen rogge aan de rector van het St. Eloijaltaar, nog 4 en een
    halve stuiver aan O.L. vrouw in Den Bosch, nog een half mudde rogge
    per jaar aan de rector van het St. Eloij altaar. Verder moet de rivier de
    Aa worden onderhouden aan het einde van de Tijmerdonck zoals van
    oudsher.
    Genoemde Henrick wat betreft een zesde deel krijgt de schuur die op
    de grond staat
    104)
    van zijn andere erfgenamen die hij moet afbreken en hij krijgt nog een
    stuk land van krap een lopenzaad groot, ter zelfder plaatse als hiervoor
    gelegen, b.p. het erf van zijn andere erfgenamen waar het van is
    afgedeeld, de gemeijnte. Hieruit moet hij jaarlijks 2 lopen rogge
    betalen aan het St. Anna Gasthuis te Oirschot.
    Genoemde erfgenamen beloven elkaar deze boedelverdeling altijd
    gestand te zullen doen en dat ieder de lasten op het eigen erfdeel
    zodanig zal betalen dat de erfdelen van de anderen daarvoor
    gevrijwaard blijven. Indien er op iemands erfdeel meer lasten zouden
    blijken te drukken dan zullen ze die gemeenschappelijk betalen.
    Datum 20 december 1549, getuigen Antonis en Loijwich.

Über den Familiennamen Van Strijp

  • Zeigen Sie die Informationen an, über die Genealogie Online verfügt über den Nachnamen Van Strijp.
  • Überprüfen Sie die Informationen, die Open Archives hat über Van Strijp.
  • Überprüfen Sie im Register Wie (onder)zoekt wie?, wer den Familiennamen Van Strijp (unter)sucht.

Geben Sie beim Kopieren von Daten aus diesem Stammbaum bitte die Herkunft an:
Sjoerd Willems, "Familienstammbaum Willems - Van den Heuvel", Datenbank, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/stamboom-willems-van-den-heuvel/I14405.php : abgerufen 12. Juni 2024), "Henrick Jacop Henricks van Strijp".