- Johan promovierte am 26.2.1600 in Basel mit I(uris) V(tirusque) D(octor)
- Johan war ab 7.12.1610 Bürger und Syndicus von 46483-87 Wesel, von 1616-1630 Bürgermeister von Wesel und ab 1632 Schöffe van Wesel.
Hij werd ingeschreven aan de universiteit te Marburg op 28.9. 1586 (Joannes a Knippenberg Berkensis) en in deze van Herborn in 1593. In de maand november van 1599 werd hij ingeschreven aan de universiteit van Bazel. De collectie van Dorth uit het vroegere Stadtarchiv Wesel B verhaalt over hem:
" ... is in de negen jaren, zowel op de voornaamste academiën in " Duitsland en ook in Frankrijk als intendant (1) en als praecep tor (2) met de weledele heer Dodo von Inhausen en Kniphausen rondgereisd.
Dit klopt weliswaar niet helemaal. Wanneer Joannes a Knippenbergh de hoge school Herborn bezocht, kwamen de gebroeders Tido, Dodo en Enno Wilhelm in de studiesemester 1593 op de paedagogische school aldaar, dan in 1594 op de universiteit Marburg, al waar hij ze ook nog had kunnen begeleiden.
Later gingen Tido en Dodo naar Wittenberg en Strassburg, al waar de eerste in 1602 promoveerde.
De voornaamste was de "Reichsfreiherr" (3) Dodo zu Inhausen und Knyphausen, geboren in het huis Lütetsburg op 22.6.1583 en gevallen in de strijd tegen de keizerlijken bij Barwinkel, nabij Meppen op 6.1.1636 als koninklijke Zweedse veldmaarschalk in de Nedersaksische gebieden. Hij werd begraven te Fennelt op 3.5.1636 in de kerk.
Op 23.1.1600 verdedigde Johannes zijn dissertatie: "theses exvariis iuris utriusque partibus desumtae, pro summis docturae in utroque iure honoribus et previlegiis consequendis", te Bazel. Hij promoveerde de 26.2.1600 als doctor juris te Bazel. Op 7.12.1610 werd hij genoemd als I.V.D. burger en syndicus van de stad Wesel. Het raadsprotocol van Wesel schrijft hierover: "... is hij aanvankelijk tot burger aangenomen en beëdigd en werd hem het burgergeld geschonken."
Hij was van 1615 tot 1616 tweede (veld)burgemeester en in de periode van 1616-1617 en 1630-1631 eerste (stad)burgemeester. In 1617 wordt Johannes von der Knippenburgh j.u.d. burgemeester, meermalen genoemd in de burgerboeken van Wesel (4). Van 1631- 1632 was hij raadsheer en van 1632-1633 schepen van de stad We sel.
Johannes was in october 1629, in opdracht van de stad Wesel, naar Holland gereisd. Wesel was immers enige weken tevoren, nl. de 19.8.1629, door de Nederlanders bevrijd van de Spanjaarden.(5)
Johannes von der Knippenburg werd omtrent 1568/70 te Rheinberg (6) geboren. Hij overleed na 22.4 en vóór 7.9.1633 en werd begraven in de 5t.Willibrordi kerk te Wesel.
Zijn huwelijk met Johanna Haes (Haess, Hass, Hast) werd in de St. Willibrordi kerk te~ Wesel geproklameerd op 11.2.1601. Zij was een dochter van Johan Haes von Elverich, genoemd Haes, burger en burgemeester van Wesel (1567-1568), waarschijnlijk geboren te Wesel en aldaar overleden vóór 1616 en van Mechtild Ingenpass, gestorven te Wesel op 1.1.1616.
Ter ere van zijn afgestorven schoonouders gaven Johannes en zijn schoonbroer Johan Haes, opdracht aan Peter Maiss, een goud smid uit Wesel, om een grote Renaissance beker te maken, die met rijk snijwerk ver sierd werd en nu een der waardevolle stuk ken van het museum van Wesel uitmaakt. Op de beker is de alliantie van het wapen Knippenburg met het wapen van het geslacht Haes behouden gebleven: een schild met dwarsbalk, beladen met drie opwaarts ge richte pijlen.
Volgens Dr.Gerlach was de herkomst van Mechtild Ingenpass niet te achterhalen. In de "Duisburger-Neubürger Verzeichnissen" treft men de naam reeds vroeg aan. In 1464 "Mester Geryt In den Pass, smid"; in 1515 "Herman An gen Pass, alias Molner" met vier volwassen zonen. Nog in 1619 liet een Peter in gen Pass zich in St.Salvator dopen.
Het huwelijk van Johanna Haes met Johannes von der Knippenburg was haar tweede huwelijk. Zij was de weduwe van Andreas van Holt, burger van Wesel en waarschijnlijk overleden te Wesel in de ja ren 1599/1600. Volgens het raadsprotocol van Wesel legde Andries van Holt op 27.1.1599 de burgereed af, terwijl verder staat: "... und ihm das burgergeldt schenckt, oick so vorth committirt worden, sich nomina senatus uf Collen (= Keulen) zu begeben und daselbst, neben D.Holtman bei den kreysstenden zu werben da man dieser statt auf der creysen unkosten etwa vier oder 500 soldaten in subsidium zuschicken wolle. Darzu er sich willig erpotten, doch also das er für sein persohn in uhr- und zurugkreisenn kost- und fahrfrei gestelt werden soll, quod pro misit senatus." (7)
Uit het eerste huwelijk van Johanna Haes sproten drie dochters: Margaretha Braems, weduwe van wijlen Abraham von der Straten en van Gosswein von Herlls; Sibille van Holt echtgenote van Dr.Jur, Henrich van Goor en Maria van Holt, echtgenote van Dr.Jur. Arnoldus von Beyer. (8)
Vermoedelijk hadden Johanna en Johannes slechts één zoon: Justinian. Alleen van hem is er sprake in het testament van 18.10.1634, dat Johanna Haes te Keulen opstelde ten huize van Hattin gen, ouderlijk huis van Christina, echtgenote van Justinian.
Hierin staat geschreven, dat Johanna Haes, echtgenote van wij len Dr.jur. Johann von der Knippenburg, gewezen burgemeester en syndicus (9) van de stad Wesel, weduwe was uit haar eerste huwelijk met Andries von Holt, schepen van Büderich (10). Haar drie dochters uit dat eerste huwelijk: Margaretha Braems, Sibilla en Marian von Holt, waarvan de laatste twee de echtgenoten waren van respectievelijk Henrich von Goor en Arnold de Beier, beiden doctors in de rechten en vorstelijke raadsheren en commissarissen van het hof voor Hoger Beroep van het graafschap Moers, had den op 10.9.1595 door het testament van hun vader Andries von Holt, hun vaderlijk of hun kinderlijk aandeel reeds bekomen.
Johanna's eigen bezittingen, zowel als haar inbreng in het hu welijk, als de verworven roerende en onroerende goederen worden verdeeld in twee gelijke delen. Omdat haar eerste dochter Marga retha reeds vroeger grotendeels haar aandeel ontvangen had,wordt deel toegewezen aan haar dochters Sibilla en Marian en het andere deel aan haar zoon Dr.Jur. Justinian von der Knippenburg. Bovendien mag Justinian, die gehuwd is met jonkvrouw Christina van Hattingen, zijn bruidschat en de bezittingen van zijn over leden vader behouden, alsmede de cijns, pacht, renten, zilveren en gouden bestek, handschriften en schuldbrieven. (11)
De getuigen waren: Melchior Lubler, Clemens Burscheidt, Die therich Haess, Johan Lutteringhausen en Johan de la Rue en be krachtigd werd het testament door Walramus Blanckenberg en Cas parus Lubleri doctors in de rechten en schepen van het hoge wereldlijke gerecht te Keulen. Als notaris trad op de openbare, keizelijke geïmmatriculeerde en toegelaten notaris Francisco ab Orsoy. (12)
«u»«i»Voetnoten:«/u»«/i»
«i»(1) intendant = hofmeester;
(2) praeceptor = leermeester;
(3) reichsfreiherr = baron;
(4) Langhaus, Bürgerbüchern der Stadt Wesel. Die listen der Neu- burger von 13U8-1677;
(5) mededeling Dr.Kirchman, Wesel 23,5.1969 - in stamboom van drs.W.H.Th,Knippenberg;
(6) Rheinberg ligt tussen Wesel en Duisburg;
(7) Dr.Gerlach, Stammfolge Grillo p,59 en 66; Elverich is nog steeds de naam van een goed bij Büderich, in het district van Moers;
(8) Dr.jur. Arnoldus de Beyer, zie p.98-99;
(9) syndicus = stadsadvokaat ;
(10) Büderich ligt op 4 Km. ten Z.W. van Wesel;
(11) Historisch Archiv Stadt Köln, Testament nr. H252;
(12) Orsoy is ook de naam van een gemeente op de linkeroever van de Rijn, halfweg Duisburg en Wesel.«/i»
.
Er ist verheiratet mit Joanna Haes.
Sie haben geheiratet am 11. Februar 1601 in Wesel, Germany , er war 32 Jahre alt.
Kind(er):
Johannes von der Knippenburg | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1601 | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Joanna Haes |
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.