Verdronken, Was op de 27-04-1859 afgevaren met zijn schuitje vanaf Amsterdam over het IJ en in dode toestand is ontdekt halverwege op het rietland vastzittend
Er ist verheiratet mit Wolmoed VEERMAN.
Sie haben geheiratet am 23. Juni 1839 in Edam, Edam-Volendam, Noord-Holland , er war 29 Jahre alt.
civil
Kind(er):
Gevonden op Geneanet:
Heintje Fik was tolhuislegger, schippersknecht en kubbenvisser. Heintje Fik is verdronken. Het bootje met zijn lijk is gevonden in de buurt van Haarlemmerliede/Spaarnwoude en hij werd begraven in Spaarnwoude. Zijn vrouw was toen al overleden. De jongste 6 kinderen zijn in een weeshuis ondergebracht. Vanuit dat weeshuis is zoon Jacob vertrokken naar Alkmaar. Men noemde deze zoon ook "Japie met zijn krekke". Hij was kleermaker.
Wie was Hein Janszoon Schilder (1810-1859) ?
Wanneer je lets dergelijks in de archieven vindt vraag je je natuurlijk onmiddellijk af, wie was nu eigenlijk die Hein Janszoon Schilder? Was hij misschien getrouwd? Had hij ook kinderen en zijn er personen van onze generatie die tot zijn nageslacht behoren? Daar hebben we onderzoek naar gedaan en hierna volgt, wat we over deze man zijn nageslacht allemaal hebben gevonden.
Hein Janszoon Schilder was een zoon van Jan Janszoon Schilder en Geesje Jansdochter Sanders en wordt geboren op 16 augustus 1810 " was bijgenaamd: ·ÄôHein Fik". Op 23 juni 1839 trouwde hij met Wolmoed Jacobs Veerman, een dochter van Jacob Veerman en Geertje Pooijer, Wolmoed werd geboren op 10 mei 1816. Uit het huwelijk van Hein Schilder en Wolmoed Veerman werden tien kinderen geboren, zes meisjes en vier jongens. Een meisje overleed op 5-jarige leeftijd en het jongste kind, een jongetje, word nog geen 2 jaar. De moeder, Wolmoed Jacobsdochter Veerman, overleed op 17 november 1855, 12 dagen na de geboorte van het laatste kind.
Om het dagelijks brood te verdienen oefende Hein Schilder ·ÄôFik·Äô verschillende beroepen uit: bij zijn trouwen in 1839 stond hij vermeld als schippersknecht, hij was o.a. ook kubbenvisser en toen hij in zijn bootje werd gevonden in 1859 was hij visventer. Voor het laatste verbleef hij de hele week in een van de tolhuisjes in Amsterdam-Noord, kocht op de vismarkt of direkt van de vissers wat vis en voer met zijn bootje ·Äôt IJ of om langs huizen en boerderijen zijn waar aan de man te brengen. Of de daarmee verkregen verdiensten toereikend waren om het grote gezin to onderhouden? Je vraagt je dat in weemoed af. En hoe zal de gezinssituatie eruit gezien hebben, met name vanaf november 1855, nadat de moeder was overleden? Het is in ieder geval bekend, dat de meeste kinderen een tijd lang in het weeshuis van Edam hebben vertoefd. Dat was het toenmalige katholieke weeshuis aan de Voorhaven, op de plek waar thans De Koningshoeve staat. Ondanks alle ellende stelde het verblijf in het weeshuis in Edam deze kinderen wel in de gelegenheid om intellectueel een voorsprong te nemen op hun generatiegenoten in Volendam, want aan het weeshuis was een school verbonden, waar zij leerden lezen, schrijven en rekenen. Zo konden zij bijvoorbeeld bij hun huwelijk de huwelijksacte zelf ondertekenen, dit in tegenstelling tot vele andere inwoners van Volendam, die ·Äôzulks nooit hadden geleerd·Äô. In Volendam was er wel een schooltje bij de gereformeerde kerk, maar daar gingen lang niet alle Volendammer kinderen naar toe.
Hendrik Janszoon SCHILDER | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
1839 | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Wolmoed VEERMAN |
Die angezeigten Daten haben keine Quellen.