Woonachtig: Singel over de Nieuwe Lutherse Kerk
==
Bron: 1967: Mej. dr. I.H. van Eeghen, De neergang van een voornaam geslacht door een "ongelukkig depensief naturel". Te downloaden via:
http://www.scribd.com/doc/75454322/De-Neergang-Van-Een-Voornaam-Geslacht-Door-Een-Ongelukkig-Depensief-Naturel-I-H-Van-Eeghen-Jaarboek-CBG-1967
Het echtpaar [Jan] de Bas- [Maria Jacoba] de Surmont van Vlooswijk was nu ogen
schijnlijk wat men noemt binnen. En er zou nog meer
komen. Jan Baptist de Surmont was blijkbaar de enige van zijn
ouderlijk huis, die nazaten had gehad, en zijn laatst overlevende
zuster, Margaretha Isabella de Surmont van Vlooswijk, die op
het Singel over de Nieuwe Lutherse Kerk woonde, maakte op
4 februari 1755 vlak na de dood van haar schoonzuster [Margaretha Cromhout]
ook al voor notaris van Dam haar testament. Toen was ze
blijkbaar nog optimist. Ze benoemde haar twee nichten tot erf
genamen [Maria Jacoba en Elisabeth Louise], met de bepaling dat Elisabeth haar huis, waarin ook
een kapel was, voor f 65.000, toebedeeld zou krijgen en ook
de kist met papieren. ,.waaruyt de oudheyd van de famielje
beweesen kan werden. De verdere familieleden zouden altijd
visie daarvan kunnen nemen.
Drie jaar later was ze blijkbaar wat anders over haar nichten
gaan denken. Bij haar testament van 28 april 1758 voor notaris
de Ridder legateerde ze hun slechts haar inboedel en sieraden etc,,
maar de kinderen zouden ieder voor de helft haar erfgenamen
zijn, met last van vruchtgebruik ten behoeve van hun moeders.
Haar neefje Theodorus Jan Baptist de Surmont de Bas vermaakte
zij ook nog f15.000, die hem uitgekeerd zouden worden, wanneer hij meerderjarig werd.
In 1761 stierf de testrice en zo kregen de beide zusters [Maria Jacoba en Elisabeth Louise de Surmont], toen een
jaarlijkse uitkering erbij.
==
The data shown has no sources.