Woudwyk Genealogía » Buwe Bouwe Lieuwes van Ripama Rypama Rijpema Elama ,brouwer te Dokkum, burger-luitenant, lid van de Vroedschap, burgemeester Dokkum (1636-1694)

Persoonlijke gegevens Buwe Bouwe Lieuwes van Ripama Rypama Rijpema Elama ,brouwer te Dokkum, burger-luitenant, lid van de Vroedschap, burgemeester Dokkum 


Gezin van Buwe Bouwe Lieuwes van Ripama Rypama Rijpema Elama ,brouwer te Dokkum, burger-luitenant, lid van de Vroedschap, burgemeester Dokkum

(1) Hij is getrouwd met Eetske Botes Brantgum.

Zij zijn getrouwd op 14 maart 1669 te Dokkum, hij was toen 33 jaar oud.


(2) Hij is getrouwd met Trijntje Pieters Fogelsanck.

Zij zijn getrouwd op 11 december 1670 te Dokkum, hij was toen 34 jaar oud.


Kind(eren):



Notities over Buwe Bouwe Lieuwes van Ripama Rypama Rijpema Elama ,brouwer te Dokkum, burger-luitenant, lid van de Vroedschap, burgemeester Dokkum

Buwe Lieuwes van Ripama
Buwe was brouwer te Dokkum en daarnaast burger-luitenant, lid van de Vroedschap en later Burgemeester aldaar.
Elema & Van der Ley: "Buwe Ripema, geboortig van Ee, werd burger te Dokkum 31 maart 1669 (zijn broer Bernardus nauwelijks een maand later); dat valt samen met zijn huwelijk. Zijn vrouw, toen al weduwe met kind, kan het huwelijk niet veel langer dan een jaar overleefd hebben; Bouwe hertrouwde reeds eind 1670. De boedelinventaris werd pas in augustus 1671 opgemaakt, tegelijk met die van zijn tweede vrouw, die ook al weduwe was en twee dochters had. Over deze Bauckien en Jetske Douwes waren hun ooms Ruurdt en Jan Wytses curatoren; voor de kinderen werd fl. 541 vastgezet. De boedel van Bouwe was veel groter; daarvan resteerde fl. 3260. Het blijkt dat hij een huis, brouwerij en mouterij in de Dokkumer Keppelstraat bewoonde (getaxeerd op 2000 gulden), verder was er brouwersgereedschap t.w.v. bijna fl. 1000, een brouwersschuit, fl. 200 aan contanten en ettelijke schilderijen. Enkel andere objecten: (pro memorie) een derde deel van 25 grazen land tot Feerwerd in Groningerland, mendelig met respectievelijk zijn broer en zwager Bernard Ripema en Doytse Jans; en eveneens pro memorie een zesde deel van 16 pondematen land op Kollumer Uiterdijken, gebruikt door Eeco Swalue. Jacob Lubberts als curator over Meint Jansen (het voorkind van Eetske Botes Brantgum) had als uitkoop van huis en brouwerij fl. 1638 te vorderen, doch Eetske had bij haar leven aan Buwe fl. 200 gelegateerd.


De bijlagen 11-20 bij civiele sententies voor het Hof van Friesland (de stukken beslaan circa 250 pagina's) betreffen een geschil tussen de vijf kinderen van wijlen Bouwe Rijpema en Trijntje Pieters Vogelzang, alsmede de voordochter van Trijntje (Baukje D. Brantsma) enerzijds, en Julius Schelto van Aitsma in zin kwaliteit als mede-burgemeester en voormalig ontvanger der boelgoederen te Dokkum. Het centrale probleem was gelegen in de achterstallige boelgoedspenningen van het Boelgoed gehouden op 23 juli 1694 in het sterfhuis van Bouwe Rijpma. Rond datzelfde jaar 1694 verkocht Johannes Jennema als curator over de kinderen van Buwe en Trijntje een huis, brouwerij en waterschuur ten oosten van het Stadsdiep bij de Molensteegh te Dokkum. Genoemde weeskinderen verkochten (aan Mr. Nicolaus Rouwra, chirurgijn) eveneens een huis, stalling en tapperij "aen het Lijckpadt" en de Hereweg te Hantum, bewoond door Taecke Jeppes. (Ook toen al waren er café's eigendom van de brouwerij! - JL). Dezelfde curator Johannes Jennema (actuaris van de boelgoederen in Ferwerderadeel) verkocht in 1697 tweederde van een sate met huis en schuur, en 83 pondematen land in de Tjoegen te Ee, aan de curator van Elisabeth van Bosman. Op dat moment was Jacob Jans de meier; dat zou de schoonzoon (gehuwd met Aaltje Rijpma) kunnen zijn, hoewel die timmerman van beroep was.
Onder de erfgenamen die in 1706-'07 de Groninger nalatenschap van Harmannus Rijpma verdeelden, waren een Lieuwe en een Pieter Rijpma, over wie Jacob Jans voormond was. Dat zullen de twee jongste kinderen uit het gezin zijn geweest; aangenomen dat Anneke en Saeckjen jong zijn gestorven (we zien ze niet meer genoemd) brengt dat het aantal kinderen inderdaad op vijf, zoals in bovenstaand proces vermeld. Pieter zal dan de latere brouwer te Leeuwarden zijn en is vernoemd naar moeders vader. Ook in 1704 waren zij nog minderjarig: op 14 april 1704 werd tot curator benoemd Jacob Jans, mr. timmerman te Ferwerd, zwager van Trijntje Pieters Vogelsang (bedoeld zal wel zijn zwager van de kinderen: hij was met hun zuster Aaltje getrouwd). In 1709 werden Djoerd Rypama en Jakob Jans benoemd tot curatoren over Pieter, die toen 19 jaar oud was.


https://www.genealogieonline.nl/stamboom-van-spijk/I10804.php 


 


Buwe Lieuwes van Ripama.
Buwe era cervecero en Dokkum y también teniente ciudadano, miembro de la Vroedschap y más tarde alcalde allí.
Elema & Van der Ley: "Buwe Ripema, nacido en Ee, se convirtió en ciudadano de Dokkum el 31 de marzo de 1669 (su hermano Bernardus apenas un mes después); esto coincide con su matrimonio. Su esposa, entonces ya viuda con un hijo, puede no sobrevivió mucho más de un año, Bouwe se volvió a casar ya a fines de 1670. El inventario no se hizo hasta agosto de 1671, al mismo tiempo que el de su segunda esposa, que también era viuda y tenía dos hijas. Curadores de los tíos Ruurdt y Jan Wytses: el fl. 541 fue encarcelado para los niños. La propiedad de Bouwe era mucho más grande, de la cual quedaba el fl. 3260. Parece que vivía en una casa, cervecería y maltería en Dokkumer Keppelstraat (valorada en 2000 florines ), además había herramientas de cervecería por valor de casi 1000 NLG, una barcaza de cervecería, 200 NLG en efectivo y varias pinturas. su hermano y cuñado Bernard Ripema y Doytse Jans; y también en memoria una sexta parte de 16 libras de terreno en Kollumer Uiterdijken, utilizado por Eeco Swalue. Jacob Lubberts como curador de Meint Jansen (el antehijo de Eetske Botes Brantgum) tuvo que reclamar el fl. 1638 como una compra de la casa y la cervecería, pero Eetske le había legado 200 fl. a Buwe durante su vida.


Los apéndices 11 a 20 de las sentencias civiles ante el Tribunal de Frisia (los documentos ocupan aproximadamente 250 páginas) se refieren a una disputa entre los cinco hijos del difunto Bouwe Rijpema y Trijntje Pieters Vogelzang, así como la hija de Trijntje (Baukje D. Brantsma) sobre por un lado, y Julius Schelto van Aitsma en su calidad de co-alcalde y antiguo receptor de bienes en Dokkum. El problema central residía en las fichas de bienes vencidos del Boelgoed celebrado el 23 de julio de 1694 en la casa de Bouwe Rijpma. Alrededor del mismo año 1694, Johannes Jennema vendió una casa, una cervecería y un cobertizo de agua al este de Stadsdiep cerca de Molensteegh en Dokkum como curador de los niños de Buwe y Trijntje. Dichos huérfanos también vendieron (al Sr. Nicolaus Rouwra, cirujano) una casa, establos y pub "aen het Lijckpadt" y el Hereweg en Hantum, habitado por Taecke Jeppes. (¡Incluso entonces había pubs propiedad de la cervecería! - JL). En 1697, el mismo curador Johannes Jennema (actuario de los bienes inmuebles en Ferwerderadeel) vendió; dos tercios de un estado con casa y granero, y 83 libras de terreno en Tjoegen en Ee, al curador de Elisabeth van Bosman. En ese momento Jacob Jans era el alcalde; ese podría ser el yerno (casado con Aaltje Rijpma), aunque era carpintero de oficio.
Entre los herederos que dividieron la propiedad de Groninger de Harmannus Rijpma en 1706-'07, había un Lieuwe y un Pieter Rijpma, sobre los cuales estaba el prefacio de Jacob Jans. Estos deben haber sido los dos niños más pequeños de la familia; suponiendo que Anneke y Saeckjen murieran jóvenes (ya no los vemos mencionados), eso eleva el número de hijos a cinco, como se menciona en el proceso anterior. Pieter será entonces el último cervecero en Leeuwarden y lleva el nombre del padre de la madre. En 1704 eran todavía menores de edad: el 14 de abril de 1704, Jacob Jans, el señor carpintero te Ferwerd, cuñado de Trijntje Pieters Vogelsang (probablemente se refería a su cuñado de los niños: estaba casado con su hermana Aaltje) fue nombrado curador. En 1709, Djoerd Rypama y Jakob Jans fueron nombrados curadores de Pieter, que entonces tenía 19 años.

Heeft u aanvullingen, correcties of vragen met betrekking tot Buwe Bouwe Lieuwes van Ripama Rypama Rijpema Elama ,brouwer te Dokkum, burger-luitenant, lid van de Vroedschap, burgemeester Dokkum?
De auteur van deze publicatie hoort het graag van u!


Tijdbalk Buwe Bouwe Lieuwes van Ripama Rypama Rijpema Elama ,brouwer te Dokkum, burger-luitenant, lid van de Vroedschap, burgemeester Dokkum

  Deze functionaliteit is alleen beschikbaar voor browsers met Javascript ondersteuning.
Klik op de namen voor meer informatie. Gebruikte symbolen: grootouders grootouders   ouders ouders   broers-zussen broers/zussen   kinderen kinderen

Via Snelzoeken kunt u zoeken op naam, voornaam gevolgd door een achternaam. U typt enkele letters in (minimaal 3) en direct verschijnt er een lijst met persoonsnamen binnen deze publicatie. Hoe meer letters u intypt hoe specifieker de resultaten. Klik op een persoonsnaam om naar de pagina van die persoon te gaan.

  • Of u kleine letters of hoofdletters intypt maak niet uit.
  • Wanneer u niet zeker bent over de voornaam of exacte schrijfwijze dan kunt u een sterretje (*) gebruiken. Voorbeeld: "*ornelis de b*r" vindt zowel "cornelis de boer" als "kornelis de buur".
  • Het is niet mogelijk om tekens anders dan het alfabet in te voeren (dus ook geen diacritische tekens als ö en é).



Visualiseer een andere verwantschap

De getoonde gegevens hebben geen bronnen.

Historische gebeurtenissen


Over de familienaam Van Ripama Rypama Rijpema Elama ,brouwer te Dokkum, burger-luitenant, lid van de Vroedschap, burgemeester Dokkum


De publicatie Woudwyk Genealogía is opgesteld door .neem contact op
Wilt u bij het overnemen van gegevens uit deze stamboom alstublieft een verwijzing naar de herkomst opnemen:
Martin Woudwyk, "Woudwyk Genealogía", database, Genealogie Online (https://www.genealogieonline.nl/woudwyk-genealogia/I31905.php : benaderd 31 mei 2024), "Buwe Bouwe Lieuwes van Ripama Rypama Rijpema Elama ,brouwer te Dokkum, burger-luitenant, lid van de Vroedschap, burgemeester Dokkum (1636-1694)".